Samenvatting: 1.1.2. Metabool
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van 1.1.2. metabool
-
1 1.1.2. metabool
Dit is een preview. Er zijn 59 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1
Laat hier meer flashcards zien -
Hoe gaat anaerobe glycolyse? Wat is de Cori-cyclus en waar vind het plaats?
Als er geen zuurstof is die de elektronen van NADH op kan nemen, neemt lactaat het elektron op. Nu wordt pyruvaat omgezet in lactaat. Als er weer voldoende zuurstof is wordt het lactaat weer omgezet in pyruvaat + NADH, dit is de Cori-cyclus en vind in de lever plaats. -
Hoe werkt de citroenzuurcyclus? Waar vindt het plaats?
In de mitochondriën wordt pyruvaat omgezet in CO2 en acetyl CoA. Dit wordt weer omgezet in citraat en HS-CoA. Citraat gaat de citroenzuurcyclus in.
De acetylgroep wordt geoxideerd tot CO2, hier komt veel NADH vrij.
Hs-CoA wordt weer aan het molecuul gekoppeld en losgekoppeld, hierdoor ontstaat GTP.
Ook ontstaat er in de citroenzuurcyclus FADH2.
Vindt plaats in de matrix van de mitochondriën. -
Hoe werkt de oxidatieve fosforylering? Waar vindt het plaats?
De energie die vrijgekomen bij de citroenzuurcyclus in de vorm van NADh en FADH2, wordt gebruikt in de ATP-synthese.
-De elektronen worden in het membraan van de mitochondriën gebracht.
- Energie die hier bij vrijkomt wordt gebruikt om protonen H+ binnen het membraan te pompen. Zo ontstaat er een chemi-osmotische gradiënt.
- Door ATP-synthase stromen de H+-ionen weer terug, de energie die hierbij vrij komt gebruikt ATP-synthase om ADP+Pi om te zetten in ATP.
- Aan het einde van de elektron-transportketen worden de elektronen opgevangen door O2 en wordt er water gevormd. -
Wat is glycosylering? Wat is de functie van oligosachariden?
glycosylering vindt plaats in het ER, eiwitten worden omgezet in glycoproteïnen door de verbinding met oligosachariden.
Oliogosachariden hebben als functie:
- Eiwit tegen afbraak beschermen
- Eiwit in ER houden tot het op de juiste manier gevouwen is
- Transportsignaal zodat het eiwit bij het juiste organel terecht komt -
Wat zorgt ervoor dat een gen aan en uit wordt gezet?
Regulator DNA sequences. Dit kan alleen als ze worden herkend, door transcriptie regulatoren, deze herkent de specifieke nucleotidevolgorde. -
Waaruit bestaat een transcriptie complex en wat is hun functie?
De activator, mediator, de algemene transcriptiefactoren en het RNA-polymerase.
- Een activator bindt zich aan een enhancer, deze kan wel duizenden nucleotiden verwijdert zitten van het te activeren gen.
- Omdat deze afstand zo groot is, wordt er gebruik gemaakt van een mediator die de verbinding alsnog mogelijk maakt. -
Op welke manieren kunnen post-transcriptional controls een rol spelen bij de activatie van genen?
- alternatieve RNA-splicing
- modificaties van een eiwit: verandering van vouwing
- expressie mRNA: aan mRNA zit een 5'cap. Deze cap helpt een ribosoom om het startcodon te vinden. Repressoren kunnen aan een deel van deze 5'cap binden
- Regulator RNA: niet coderend RNA -
Er zijn 3 verschillende soorten regulator RNA welke?
- microRNA: beïnvloeden gen expressie door baseparing met het mRNA. Hierdoor vermindert de stabiliteit en expressie van dit mRNA
- small interfering RNA (siRNA): siRNA's ontstaan als het enzym Dicer lichaamsvreemd RNA in stukjes knipt. Deze siRNA;s worden hierna gebruikt om complementair lichaamsvreemd op te sporen.
- Long noncoding RNA: RNA moleculen langer dan 200 nucleotiden. Noncoding RNA xist speelt een rol bij de X-inactivatie -
Wat zijn sarcomeren en wat bevatten deze?
Er zijn lichte en donkere eenheden te zien, 1 eenheid heet een sacromeer. Het plasmamembraam heet sacrolemma.
In het sarcomeer zit sarcoplasma, deze bevat myofibrillen, met Golgi-membranen en mitochondriën. -
Wat bevat het overige ruimte in het spiervezel?
Glycogeen, vetzuren, mitochonriën, sarcoplasmatisch reticulum SR en transverse tubular systemen TT
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden