Gedragsbiologie - Toetsvragen
22 belangrijke vragen over Gedragsbiologie - Toetsvragen
Zet op volgorde van eenvoudig naar ingewikkeld:
a. gedragsketen;
b.gedragselement;
c.gedragssyteem
Geef van de volgende bewering of het juist of onjuist is:
De vogel die in het voorjaar in de boomtop zingt vertoont territoriumgedrag.
Geef van de volgende bewering of het juist of onjuist is:
Niets doen is geen gedrag.
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Geef van de volgende bewering of het juist of onjuist is:
Balts is een gedragselement.
Geef van de volgende bewering of het juist of onjuist is:
Zich uitrekken (bijvoorbeeld een hond) is een gedragselement.
Geef van de volgende bewering of het juist of onjuist is:
Voortplantingsgedrag is een gedragssysteem.
Geef van de volgende bewering of het juist of onjuist is:
Een protocol is een lijst van alle gedragingen die een bepaalde soort vertoont.
Welk antwoord is waar?
Verschillende vormen van conflictgedrag zijn:
A.omgericht gedrag, territoriumgedrag en ambivalent gedrag
B.omgericht gedrag, ambivalent gedrag en overspronggedrag
C.overspronggedrag, vluchtgedrag en aanvalsgedrag
D.overspronggedrag, poetsgedrag en ambivalentgedrag
Bij A: een dier kan op de grens van zijn territorium best conflictgedrag vertonen, maar vechten om een territorium is geen conflictgedrag.
Bij C: vluchten en aanvallen horen bij territoriumgedrag, zie de uitleg bij A
Bij D: poetsen kan wel een uiting zijn van conflictgedrag, bijvoorbeeld als overspronggedrag, maar poetsen op zich is geen conflictgedrag
Geef aan om welke vorm van leren het hieronder gaat:
Een hongerige pad in gevangenschap krijgt geregeld een levende zweefvlieg aangeboden. De pad eet de zweefvliegen op.
Geef aan om welke vorm van leren het hieronder gaat:
Een zweefvlieg lijkt erg veel op een wesp. De pad (van vorige vraag) kreeg vervolgens een levende wesp aangeboden. Toen de pad de wesp wilde opeten, stak de wesp. De pad at de wesp niet op. Toen werd de pad opnieuw een zweefvlieg aangeboden. De pad reageerde niet. (Als de pad een huisvlieg kreeg, at de pad hem wel op.)
Geef aan om welke vorm van leren het hieronder gaat:
Een studente verhuist naar een flat en komt vlak naast de lift te wonen. De eerste nacht wordt ze steeds wakker wanneer de lift door iemand werd gebruikt. Na drie nachten heeft ze daar geen last meer van.
Geef aan om welke vorm van leren het hieronder gaat:
Nadat een koe een paar keer tegen schrikdraad is gelopen, blijft ze bij de draad vandaan.
Geef aan om welke vorm van leren het hieronder gaat:
Een jongen leerde zichzelf precies zo te dansen als Michael Jackson.
Geef aan om welke vorm van leren het hieronder gaat:
Een ganzenkuiken dat in een broedmachine van de onderzoeker Lorenz was uitgebroed, zag eerst Lorenz en volgde hem; het ganzenkuiken volgde niet de gans die het ei had gelegd en die het kuiken pas later zag
Noem drie typen leergedrag en van elk een voorbeeld.
Proefondervindelijk leren, voorbeeld een kuiken dat in een paar dagen het verschil leert tussen een steentje en een graankorrel.
Inprenten, voorbeeld de jonge gansjes die het eerste wat ze zien bewegen als moeder leren beschouwen.
Je hebt gedrag van mensen en/of dieren geobserveerd. Hoe zou je door observatie kunnen nagaan of het gedrag aangeleerd of aangeboren is?
Elk dier heeft het vermogen om iets te leren. Waarom is dat nodig?
Territoriumgedrag wordt gerekend tot het sociale gedrag. Verklaar dat
Noem drie voorbeelden vansociaal gedragen geef aan wat de functie is.
·baltsen Door de balts laten de dieren hun belangstelling blijken en tonen ze zich van hun beste kant, zodat de partner weet dat ze sterk en gezond zijn. Dieren moeten zeker zijn dat de partner van dezelfde soort is, en ze moeten een zekere angst om aangeraakt te worden
overwinnen;
·broedzorg: de overlevingskansen van nageslacht vergroten;
· territoriumgedrag: spreiden van de soort tegen overbevolking,
garanderen dat er voldoende voedsel is voor het nageslacht
. in groepen bij elkaar blijven: grotere veiligheid;
·samen voor eieren en larven zorgen bij de sociale insecten.
Geef voorbeelden van gedragselementen die in verschillende gedragssystemen kunnen optreden. Leg ook uit hoe dat kan zijn ontstaan.
Wat verstaan we in de ethologie onder ‘fitness'? Noem drie manieren waarop een dier zijn fitness vergroot.
- door te proberen zoveel mogelijk nakomelingen te krijgen,
- door die nakomelingen zo groot mogelijke overlevingskansen te geven,
- maar ook door verwanten die voor een belangrijk deel dezelfde genen bezitten (broertjes en zusjes bijvoorbeeld) grotere overlevingskansen te geven.
Altruïstisch gedrag lijkt niet geschikt om je fitness te vergroten. Leg uit dat dat toch wel het geval kan zijn.
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden