Samenvatting: 2.4: Maag-, Darm- En Leverziekten | Erik
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van 2.4: Maag-, darm- en leverziekten | Erik
-
2 Reader
Dit is een preview. Er zijn 3 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 2
Laat hier meer flashcards zien -
Uit welke 6 lagen bestaat de cellulaire opbouw van de tractus digestivus? Van buiten naar binnen!
1. Serosa
2. Muscularis Externa
3. Submucosa
4. Mucosa, bestaande uit:
4a. Muscularis mucosae
4b. Lamina propria
4c. Epitheel
-
Waaruit bestaat de mucularis externa, en wat is hiervan de functie? Hoe verloopt deze in de oesofagus?
Muscularis externa: Zorgt voor peristaltiek
In de oesofagus:
Craniaal: dwarsgestreept
Caudaal: glad gestreept
-
Waaruit bestaat de submucosa (5 dingen noemen)? Wat bevat de submucosa in de oesofagus?
Submucosa:
- Bindweefsel
- ECM
- Bloedvaten
- Lymfevaten
- Immuuncomplexen
In de oesofagus: glandulae oesofageales: muceuse kliertjes.
-
Uit welke 3 dingen bestaat de mucosa (van buiten naar binnen)? Wat is hiervan de functie?
1. Muscularis mucosae
- Kneden van eten, optimaal mengen van voedsel en enzymen
2. Lamina propria
- Bevat bindweefsel, ECM, bloedvaten, lymfevaten, zenuwen, lymfocyten
- In de maag bevat het tevens de cardiaklieren (lysozymproductie)
3. Epitheel- ALTIJD EENLAGIG MUV. OESOFAGUS EN ANUS
- Oesofagus:
a. niet-verhoornend meerlagig plaveiselepitheel
b. In het patroon van diepe lijsten en papillen in verband met de mechanische belasting in de oesofagus -> voorkomen dat plaveiselepitheel losscheurt van de lamina propria.
- Z-lijnen (andere flashcard)
-
Epitheel: op welke 2 plaatsen in het maagdarmstelsel zit overgangsepitheel? Welke celtypen? Wat is de oorzaak van metaplasie?
1. De Z-lijn (oesofago-gastrische overgang)
- Abrupte overgang tussen oesofagus en maagepitheel
- In de maag zit slijmnapcelepitheel. Als deze ook boven het diafragma zitten: GASTRISCHE METAPLASIE
- Oorzaak: reflux
2. In de sphincter pylori (overgang gastrisch-intestinaal epitheel)
- In de darm zitten slijmbekercellen en enterocyten.
- Als deze ook in de maag zitten: Intestinale metaplasie
- Oorzaak: Heliobacter Pylori
-
2.1.1 Celtypen en functie
Dit is een preview. Er zijn 1 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 2.1.1
Laat hier meer flashcards zien -
Waar ligt de oesofagus? Afgrenzende structuren noemen. Hoe is de musculatuur? Divertikel van Zenker? Epitheel?
De oesofagus ligt:
- direct onder de larynx: m. laryngeus inferior
- tot aan de LES (dus maar een zeer klein deel abdominaal)
Musculatuur:
- vnl craniaal en caudaal, in het midden van de oesofagus relatief weinig (hier is dus ook de grootste kans op een divertikel van Zenker
Verdere bijzonderheid:
- de oesofagus is, samen met de anus, het enige deel van de tr. digestivus die meerlagig plaveisel epitheel heeft (veel mechanische belasting)
-
2.6 Pancreas
Dit is een preview. Er zijn 13 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 2.6
Laat hier meer flashcards zien -
Hoe ligt de pancreas in het lichaam?
De pancreas ligt retroperitoneaal.
- Pancreaskop: in het hoefijzer dat door het duodenum wordt gevormd.
- Pancreasstaart: bij de milt
-
Eilandjes van Langerhans: uit welke cellen bestaat zo'n eiland? Wat doen deze cellen?
Een eiland van Langerhans bestaat uit voornamelijk B-cellen centraal, met daaromheen enkele A- en D-cellen. De werking gaat van centraal naar perifeer.
A-cellen
- maken glucagon
B-cellen (70%)
- maken insuline
D-cellen
- maken somatostatine en gastrine
-
Wat is het hoofddoel van de endocriene functie van de pancreas? Op welke manier voeren de eilandjes van Langerhans de endocriene functie uit?
Hoofddoel van de endocriene functie: metabolisme in stand houden van koolhydraten, eiwitten en vetten.
Het eilandje van Langerhans is zeer gevoelig voor de glucose-waarden in het bloed.
Bij een te hoog glucose scheiden de B-cellen insuline uit. Dit remt de aanmaak van glucagon door de A-cel.
Hier vindt dus antagonisme plaats!
Somatostatine (gevormd door de D-cel) remt zowel glucagon als insuline.
-
Uit welke 2 celtypen bestaat de exocriene unit van de pancreas? Wat doen deze cellen?
1. Acinuscellen (95%)
- maken pro-enzymen
2. Ductuscellen
- produceren bicarbonaat: HCO3–
- produceren chloorrijk vocht
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden