Heup/SI/bekken

32 belangrijke vragen over Heup/SI/bekken

Relaties heup en rug (3)

1. Biomechanisch (verkorte psoas --> minder heupextensie --> rug moet compenseren)
2. Reflectorische relatie (bilspier L5/S1 of TLO dus rugprobleem geeft bilklachten
3. Myofasciale relatie (triggerpoint bil geeft rugklachten)

Wat is de C7 plumb line (line van Mathias?)

Lijn van C7 of gehoorgang loodrecht naar beneden. C7 komt idealiter loodrecht in het sacrum uit

Welke segmenten zorgen voor 70% van de lumbale lordose?

L4-5-S1
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Wat is het gevolg van discus generatie op de balans van de wervelkolom?

Bij discusdegeneratie verlies van de lumbale lordose (voorover vallen), extensie oefeningen kunnen in het begin nog helpen.

Compensatiestrategieën om de plumb lijn in het lood te houden (4)

1. Retroversie van het bekken: C7 plumb line verschuift naar achteren
2. Extra extensie (5-6gr) van de heup
3. Knieën gaan naar flexie
4. Vaak hulpmiddelen voor het wandelen

Hoe kan de frontale balans van het bekken worden gemeten?

Denk aan Trendelenburgh/Duchenne --> SLS gedurende 30seconden in circa 60gr heupflexie

Wat kan de stabiliteit van het bekken beïnvloeden (en de uitkomst SLS)?

1. Kracht abductoren
2. Lengte quadratus lumborum
3. Tendinose gluteus medius leidend tot laterale heuppijn
4. Lage rugpijn
5. Triggerpoints bilspier en daardoor pijn

Wat is de bijzonderheid in functie van de piriformis?

Gestrekt exorotator, bij heupflexie boven de endorotator.

Definitie simple/primair HSS

Er zijn weliswaar 2 pathologische beelden, maar de nocisensorische bron is duidelijk.

Definities secundair HSS

Er is sprake van een 'interpedent' signs'en symptoms: beide aandoeningen versterken elkaar/houden elkaar in stand, behandeling van beide aspecten

Definitie complex HSS

Coexisting pathologie, geen duidelijke bron van klachten, meer onderzoek nodig

Definitie misdiagnosed HSS

Verkeerde keuze/behandeling

Diagnose coxartrose met kngf richtlijn

1. Leeftijd 45 jaar en ouder
2. Bij zitten geen verergering van de klachten
3. Pijn in de lies of het dijbeen, soms in de bil of lagerug
4. Verminderde endo/exo/extensie en flexie, benig eindgevoel
5. Krachtsverlies heupabductoren
6. Startpijn en/of stijfheid bij bewegen en pijn bij palpatie over lig. Inguinale

Altman CPR heupartrose

1. Endo heup < of gelijk 15gr, pijn bij endo, ochtendstijfheid voor minder of gelijk 60min, leeftijd boven de 50
OF
2 endo heup < 15 gr, pijn bij endo, leeftijd 45 jaar of ouder, ochtendstijfheid van de heup > 1uur
Sensitiviteit van 86% en specificiteit van 75%, LR + 3.4

Hoeksma et a. 2004

HVT tractie manipulatie gecombineerd met rekkingstechnieken van korte diepe bindweefselplaten is effectief (pijn en bewegingsbeperkingen) bij patiënten met coxartrose graad 1-3 volgens Kellgren en Lawrence. Daarbij coaching, betrekken van contextuele factoren, gedoseerde graded activity, gewichtsvermindering, functionele training, HVT-tractiemanipulatie in beperkte gewrichtsstanden totdat therapeut vond dat het optimale resultaat behaald was.
Rekken in buiklig van m. iliopsoas, m. quadriceps femoris, m.tensor fascia latae, m. sartorius, m.m. adductorne en m. gracilis, alle spiergroepen 2 keer 8-10seconden
HVT: eerst in MLPP, daarna richting meest beperkte houding, maximaal 5 manipulaties à eindgevoel met andere heup vergelijken.

Welke twee typen femoro acetabulair impingement zijn er

1. Impingement op basis van verdikking van de kop/hals femur (CAMO)
2. Impingement door verandering rand acetabulum (PINCER)

Kenmerken en behandeling reduced forced closure

1. Pos. ASLR + compressie geeft reductie
2. Pijn bij belaste situaties, voorkeur passieve houding
3. Aanleren actieve i.p.v. Passieve houding lumbaal
4. Aanleren aanspannen bekkenbodem, buikspieren, psoas, gluteaal spieren
5. Evt. CGT voor reductie angst en avoidance
6. Evt. Mobi/mani LWK pijndempend (korte termijn)

Kenmerken excessief forced closure

- pijnlijke SI en alle myofasciale structuren eromheen (bekkenbodem/piriformis)
- pos. Pijnprovocatie testen
- negatieve ASLR --> compressie geeft juist meer klachten
- actieve bekkenbodem, buikspieren, iliopsoas en bilspieren geeft meer klachten

Behandeling excessive forced closure

- Aanleren ontspannen stabiliseren
- Cardiovasculaire training en passieve, ontspannende houding
- kortdurend pijndempend evt. Massage, manipulatie, rekken en stabiliserende oefeningen
- illness beliefs veranderen (bekken gedisloceerd of instabiel)

Klinisch redeneren bij verstapmoment

1. Met extensie been verstappen (laatste traptrede gemist) --> ilium achterover (contra-nutatie stand) en sacrum blijft in nutatie staan -
2. Val op de billen (schaatsen) sacrum achterover contra-nutatie en ilium voorover (nutatie)

A-specifiek inflammatoire bekkenpijn

Constante, beperkende, niet-veranderende pijn gelokaliseerd rond SI, meer bij belasting een compressie en tijdens SI pijn provocatie testen. Beeldvormend onderzoek om ontsteking vast te stellen, rust en medicatie.

Bursitis trochanterice Diagnose en behandeling

DD --> hypo L4/5
Theorie: Opgezwollen bursa --> verminderd glijmechanisme --> HVT tractiemanipulatie --> mobilisatie diep bindweefsellagen rond bursa + opheffen disposities corpus adipositum. Combineren met rekkingstechnieken vanuit adductie en HVT-kantelmanipulaties naar lateraal, kijk ook naar SI en BSG

Gluteale claudicatio (oorzaak en beeld)

Obstructie van de a. Iliaca communis of de a. Iliaca interna wordt bloedtoevor naar de gluteus maximus afgeremd, distale pulsaties blijven normaal, kramp in de bil met lopen.

A. Iliaca communis

Loopt aan de voorkant

Gluteaal pijnsyndroom diagnose en behandeling

1. 1 op de 4 vrouwen boven 50jaar
2. Positieve SLS
3. Pijn bij weerstandstesten en palpatie glut med/min
Spierzwakte en heupklachten correleren met elkaar

Test batterij van de Wurff inhoud en afkap

3vd5, alle testen aan beide kanten, bekende pijn
1. Distraction
2. Tigh Thrust
3. Gaenslen
4. Patrick test (Faber)
5. Compressie

Laslett inhoud en afkap

Vaste volgorde van testen, 2 vd 4
Thigh Thrust en Distraction als stand alone hoogste validiteit.
1. Distractie
2. Thigh Thrust
3. Compress
4. Sacraal Thrust
AUC 0,819 sensitiviteit 0,88 en specificiteit 0,78

Rol/schuif anteversie

Tot 90gr spinrotatie, daarna rol naar craniaal en schuif naar caudaal (scheppende beweging met translatie)

Rol/schuif exorotatie heup

Rolt naar dorsaal en schuift naar ventraal

Indicatie SI manipulatie

Geen echt gewricht, scharniert een beetje maar geen scharniergewricht. Nutatie en contra-nutatie worden vanuit het sacrum benoemd.
Idee, dat
- Wanneer iemand zich bij voorbeeld in extensie been, verstapt (laatste traptrede gemist), het ilium achterover blijft staan (in contra-nutatie) en het sacrum dus in nutatiestand, waardoor een contra-nutatie techniek gebruikt kan worden.
- Bij val op de billen (schaatsen) is het precies andersom.
Rotatie-as van het sacrum loopt door S2, of te wel de SIPS

Wat zijn de normale hoekgraden collum femoris met femurschacht?

125-128 graden in het frontale vlak, caput staat 12-14 graden naar ventraal

Omschrijf de normaal vorm in hoeken met LWK van het bekken

Promotoriumlood valt dorsaal het acetabulum, koplood ligt vrijwel direct achter het heupgewricht. Discus L4-L5 ligt op de christa verbindingslijn. Discus L5-S1 is iets smaller dan die van L4-5 en dorsaal iets lager dan ventraal

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo