Bewegingsstoornissen - Acute dystonie - Acute dystonie als een fout in het 'motor programma

7 belangrijke vragen over Bewegingsstoornissen - Acute dystonie - Acute dystonie als een fout in het 'motor programma

Bepaalde bewegingspatronen liggen gecodeerd klaar in de hersenen en bij het uitlezen

van een specifiek motorprogramma ontstaat er uitgebalanceerde en gecoordineerde neurale activiteit die weer leidt tot een exacte stimulatie en inhibitie van specifieke spiergroepen.

Lokatie stoornis dystonie

waarschijnlijk: putamen dat onderdeel is van de basale ganglia.

Dit verklaard waarom antipsychotia met anticholinerge eigenschappen 

minder vaak acute dystonie geven dan antipsychotica zonder anticholinerge eigenschappen. 

Het verklaart ook waarom anticholinergica uiterst effectief zijn ind e behandeling van acute dystonie.
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Vanuit het concept van de affiniteit voor D2 receptor en anticholinerge eigenschappen is aannemelijk te maken 

waarom de kans op acute dystonie verschilt binnen de eerste generatie antipsychotica (klassieke antipsychotica).  De hoogpotente antipsychotica (bijv haloperidol en flufenazine) binden sterk aan de D2 receptor, zijn niet anticholinerg en geven vaker acute dystonie dan de laagpotente antipsychotica (bijv chloorpromazine en thioridazine) die zwakker binden aan de D2 receptor en anticholinerg zijn, terwijl een matig potent middel als perfenazine een tussenpositie inneemt.

Van de secundaire (tweede generatie) antipsychotica geeft clozapine

geen tot vrijwel geen acute dystonie vanwege een zwakke binding aan de D2 receptor en vanvwege de sterk anticholinerge eigenschappen. 

De kans op acute dystonie bij quetiapine is

laag --> quetiapine bindt ook zwak aan de D2 receptor.

De relatie tussen de dosering van een antipsychoticum en de kans op acute dystonie

ligt complex

Deze relatie is een soort omgekeerde U.
Heel lage en hoge doseringen antipsychotica geven minder vaak acute dystonie dan doseringen tussen 4-10 mg haloperidol equivalenten.

Dit zou erop kunnen wijzen dat een heel lage dosering geen instabiliteit veroorzaakt van het dopaminesysteem en dat een heel hoge dosering een soort kunstmatige stabiliteit van voortdurende bezetting geeft. 

Deze kunstmatige stabiliteit wordt ook wel toegeschreven aan de anticholinerge eigenschappen die pas bij hoge dosering tot uitdrukking komen.

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo