Terrible Toddlers

29 belangrijke vragen over Terrible Toddlers

Wat zijn gedragsproblemen volgens Grietens?

Bron Grietens: gedragsproblemen is een relatief concept als op het moment in een bepaalde omgeving heersende normen en regels worden overschreden en de ernst wordt bepaald adhv frequentie. Duur, omvang en schade (Van der Ploeg)
- Gedragsproblemen: kinderen die zichtbaar ongewoon of abnormaal gedragen en dat afgezien van de ernst, oorzaak en context van het ongewone gedragà zowel kinderen met storend gedrag, kinderen met emotionele problemen of kinderen met somatoforme (lichaamsklachten die onvoldoende verklaard worden door lichamelijke ziekte) stoornissen plaatsen we onder deze noemer

Waarom wordt er eerder gebruik gemaakt van gedragsstoornis als term dan gedragsproblemen volgens Grietens?

o Binnen de veelheid van gedragsproblemen onderscheiden wij lichte, tijdelijke problemen die het kind vertoont als reactie op nieuwe situaties, gedrag die slechts in bepaalde situaties voorkomen, gedrag dat leeftijds/fasegebonden zijn en extreem gedrag
o Als benaming voor deze ernstige gedragsproblemen verkiezen we de term gedragsstoornis: die zijn minder situatiegebonden dan gedragsproblemen
o Alle gedragsstoornissen vallen dus onder gedragsproblemen, maar alle gedragsproblemen zijn niet ernstig genoeg om gedragsstoornis te zijn

Waarom behoort gedragsproblemen/stoornis niet bij een ontwikkelingsstoornis volgens Grietens?

o Gedragsproblemen/stoornissen zijn geen ontwikkelingsstoornissen. Bij ontwikkelingsstoornissen verloopt de ontwikkeling in 1 of meer domeinen vertraagd of verstoord. Kids met ontw stoornis vertonen vaak lichte gedragsproblemen
o Gedragsproblemen zijn geen synoniem van kinderpsychiatrische stoornissen, maar behoren wel tot het domein van de kinderpsychiatrie
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Wat is een nadeel voor het gebruik van d term gedragsstoornis/problemen volgens Grietens en waarom komt het juist door de omgeving?

· De term gedragsproblemen/stoornissen impliceren vaak ten onrechte dat er wat mis is met het kind, dus dat het probleem/stoornis in het kind zità gedragsproblemen worden echter vaak uitgelokt of versterkt door omgeving
o Het pedagogische klimaat en wijze waarop peda-situaties gehanteerd worden zijn medebepalend voor de wijze waarop het kind zich zal gedragen: VB als je weinig warmte krijgt, zal hoogstwaarschijnlijk een last kind worden
o Ook kan de aanpak van ouders onjuist zijn en leiden tot problemen bij het kind
o Daarnaast kan er niet adequaat afgestemd zijn op pedagogische behoeften van kind

Wat zijn de aandachtspunten bij het definiëren van gedragsproblemen volgens Grietens?

Aandachtspunten bij definiëren gedragsproblemen
· Het gaat bij gedragsproblemen om zichtbaar ongewoon/abnormaal gedrag. Het is lastig om op een exacte manier criteria te formuleren omdat het niet gaat om absolute gegevenheden
· Gedragsproblemen zijn geen eenduidig waarneembare/objectief te identificeren entiteiten. Daarom dient men rekening te houden met de volgende elementenà

Waarom moet je volgens Grietens bij het definiëren van gedragsproblemen rekening houden met de ontwikkelingsperspectief?

Ø Ontwikkelingsperspectief: gedrag is op de ene leeftijd adequaat en aangepast en kan dit op een andere leeftijd niet meer zijn. Het verdisconteren van dit perspectief in beoordeling probleemgedrag vereist grote kennis van normale ontwikkeling van kids

Wat zijn de criteria van de ODD en de kernsymptomen Volgens Grietens?

§ Criteria van de ODD kennen 8 kernsymptomen (driftig, ruzie, opstandig, ergert aan anderen, geeft anderen schuld van eigen fout, prikkelbaar, boos en hatelijk/wraakzuchtig). Er zijn 4 criteriaà
1. Een patroon met negatief, vijandig, ongehoorzaam gedrag met een duur van minstens 6 mnd (met de kernsymptomen)
2. Gedragsstoornis veroorzaakt in significante mate beperkingen in sociale, school- of beroepsmatige functioneren
3. Gedrag komt niet uitsluitend voor tijdens beloop van psychotische of stemmingsstoornis
4. Er wordt niet voldaan aan criteria van een gedragsstoornis (CD) en indien betrokkene 18 jaar of ouder is, wordt niet voldaan aan criteria van antisociale persoonlijkheidsstoornis

Hoe verschillen gedragsproblemen en stoornis op den duur bij jongeren volgens Gietens?

· Gedragsproblemen = zijn vrij stabiel; ze blijven aanwezig en nemen vaak zelfs in frequentie en intensiteit als je niet tijdig ingrijpt. Kinderen met een gedragsstoornis= daarentegen laten steeds ernstiger gedrag zien. De kans voor hen om crimineel gedrag te vertonen is steeds groter.
o Vroege starters worden vaak erger met het ouder worden en breiden zich progressief uit over verschillende domeinen.
o Met de komst van media begon de bewering dat gedragsproblemen nu meer voorkomen. Onderzoek laat echter zien dat jeugddelinquentie toeneemt, maar resultaten zijn niet eenduidig.

Wat is een mogelijke etiologie van gedragsproblemen volgens Grietens?

· Door de vele variaties waarin gedragsproblemen zich kunnen manifesteren zijn er talrijke theorieën over het ontstaan ervan in omloop. Er kan een onderscheid gemaakt worden in 2 verklaringsmodellen
o Modellen die de nadruk leggen op factoren in het kind à biologische oorzaken
o Modellen die de nadruk leggen op factoren in de context à gezinsomgeving.
§ Tegenwoordig denken we echter zelden dat er 1 oorzaak is voor gedragsproblemen. Men toont namelijk aan dat de multigedetermineerd zijn.

Wat is de cognitief-behavioristisch perspectief volgens grietens?

· Vanuit cognitief-behavioristisch perspectief wordt gesteld dat inadequate cognities, overtuigingen of attitudes belangrijke impact hebben op ontstaan en instandhouden van gedragsproblemen (VB als kind denkt op school de taken niet te kunnen volbrengen zal dat gedrag beïnvloeden en evt leiden tot faalangst)
§ Delinquente jongeren hebben cognitieve strategieen ontwikkeld ter rechtvaardiging van hun gedrag (blaming-the-victim- strategie: bv bij autodiefstal zeggen dat ze maar beter de auto hadden kunnen afsluiten)
Zowel behavioristische als cognitief-behavioristische bandering kent groot gewicht toe aan omgevingsfactoren, onder andere opvoedingsfactoren

Wat is de etiologie en pathogenese volgens verhulst van gedragsproblemen?

Etiologie en pathogenese (ADHD komt tussen 1,9 en 8,8%)
- Genetische aanleg speelt een grote rol bij ADHD en waarschijnlijk ook bij vroege gedragsstoornissen in combinatie met prenatale en psychosociale omgevingsfactoren
- Bij gedragsstoornissen lijken psychosociale factoren grotere rol te spelen dan prenatale factoren
- Blootstelling aan roken in zwangerschap is risicofactor voor zowel ADHD als gedragsstoornissen
- Mogelijke voorlopers van disruptieve stoornis zijn temperamentskenmerken zoals weerstand tegen gezag /negatief affect vaak in combi met negatief ouderschap
- Vaak zijn deze gedragsprob bij peuters/kleuters comorbide met interne problemen

Wat is verder het beloop en prognose volgens Verhulst?

Beloop en prognose
- Een deel van kids die ADHD heeft op kleuterleeftijd voldoen een paar jaar later niet aan deze criteria, maar een meerderheid hebben wel persisterende symptomen
- Er is continuiteit naar andere ADHD subtypen maar ook naar andere psychopathologie
- Een diagnose gedragsstoornis op 5 jarige leeftijd leidt tot een 20 maal grotere kans op gedragsstoornis op 7 jarige leeftijd

Benoem de risico en protectieve factoren in de etiologie van gedragsproblemen volgens verhulst op per kind, gezin, en bredereomgeving?

Kind, gezin en bredere omgeving zie foto

Wat is de invloed van sociale ondersteuning en ouderschap volgens Green 2007?

Sociale ondersteuning en ouderschap
- Dat ondersteuningsprocessen anders kunnen werken voor chronisch gestreste gezinnen werd gesuggereerdà sociale steun is mogelijk minder effectief bij ondersteunen van opvoeden van arme gezinnen vanwege stressfactoren en netwerk met zelfde stressvolle omstandigheden
· Anderen suggereren weer dat sociale steun voor hen misschien nog wel belangrijker is
· Sociale steun kan ouderschap dus positief beïnvloeden, maar dat ondersteuningsprocessen anders kunnen werken voor chronisch gestreste populaties

Wat bevestigen de resultaten van het onderzoek van Green 2007?

Deze resultaten bevestigen eerdere bevindingen die het belang erkennen van sociale steun als hechtingsstijl als voorspellers van opvoedgedrag maar suggereren een uniek pad waarlangs deze variabelen effect hebben
- Sociale steun lijkt veranderingen in ouder-kindactiviteiten voornamelijk te beïnvloeden via effecten op angstige/ambivalente gehechtheid (BEWIJS voor model 3)

Wat onderzocht Field (abstract)?

Bron Field: onderzoek naar effecten van postpartumdepressie op vroege interacties, ouderschap, veiligheidspraktijken en vroege interventies
- De interactiestoornissen van depressieve moeders en hun baby’s lijken universeel te zijn, in verschillende culturen en sociaaleconomische statusgroepen en omvatten minder gevoeligheid van moeders en responsiviteit van baby’s
- Verschillende zorgactiviteiten lijken door post-partumdepressie in het gedrang te komen zoals voedingsgewoonten, met name borstvoeding, slaaproutines, bezoeken aan goede kinderen, vaccinaties en veiligheidspraktijken
- Vroege interventies als psychotherapie en interactiecoaching voor moeders en babymassage voor hun baby’s worden besproken

Wat zijn de effecten van postpartumdepressie op ouderschap volgens Field?

- Postpartumdepressie wordt geschat op 20-40% bij moeders en iets lager bij vaders, waarbij negatieve gevolgen op lange termijn zoals gedragsproblemen/gezondheidsprobleem wordt toegeschreven aan verstoorde interactie moeder-kind

Wat heeft Neece onderzocht betreft de omgevingsfactoren op gedragsproblemen abstract?

Bron Neece: Aangenomen wordt dat opvoedingsstress en gedragsproblemen een transitie-effect op elkaar hebben tijdens de ontwikkeling. De relatie tussen opvoedingsstress en gedragsproblemen bij 237 kids van 3-9 jaar wordt onderzocht, van wie 144 normaal ontwikkeld en 93 met ontwikkelingsachterstand

- Conclusie: Gedragsproblemen en opvoedingsstress varieerden significant over de tijd voor beide groepen kinderen. Over het algemeen bleek er een bidirectionele relatie tussen opvoedingsstress en gedragsproblemen te zijn bij kinderen voor moeders en vaders

Wat houdt het transactionele  ontwikkelingsmodel volgens Neece?

Transactionele ontwikkelingsmodel

- Stelt dat ontwikkeling niet de som is van individuele mechanismen, maar het product van voortdurende interacties tussen individu en omgeving, met een bijzondere focus op bidirectionele effecten

Waarom vallen Kinderen met ontwikkelingsachterstand onder een risicogroep volgens Neece?

Kinderen met ontwikkelingsachterstand als risicogroep

- Er is consistent bewijs dat kinderen met cognitieve achterstanden meer kans hebben op significante gedragsproblemen en psychopathologieà verhoogde internaliserende en externaliserende problemen vergeleken normaal ontwikkelende kinderen
- Vroege gedragsproblemen zijn een bijzonder belangrijke risicofactor omdat ze in verbandzijn met ontwikkeling psychopathologie bij kids met en zonder vroeg ontw risico
- Hoge niveaus van gedragsproblemen en psychopathologie zijn significante risicofactoren voor kinderen met vertragingen; deze risicofactoren kunnen wisselwerking hebben met de omgeving, wat het risicio vergroot of als beschermende factor dient

Leg uit waarom ouderschapsverlof als risicofactor voor het milieu volgens Neece?

Ouderschapsstress als risicofactor voor het milieu

- Hoge opvoedingsstress is belangrijke risicovariabele voor het milieu. Het wordt in verband gebracht met onwenselijke gevolgen zoals depressie van ouders, huwelijksconflicten, minder effectief opvoeden en verhoogde gedragsproblemen
- Kinderen met achterstanden hebben vaker familie-omgevingen met hoge niveaus van opvoedingsstress; deze ouders rapporteren meer opvoedingsstress

Welke interventies worden aangeraden volgens Neece ?

Interventies: oudertrainingsinterventies gericht op gedragsproblemen blijken ouderstress te verminderen; stressmanagementinterventie is effectief in verminderen opvoedstress en bijgevolg tot vermindering gedragsproblemen, stressbeheersingstechnieken

Wat zijn de resultaten van de moderatorvariabelen gendereffecten uit het onderzoek van Goodman?


Gendereffecten: geslacht van kind speelt (vrouw zijn) grote rol in relatie internaliserende problemen en depressie, terwijl het geslacht minder relevant is voor andere uitkomsten
o Maternale depressie was sterker geassocieerd met internaliserende problemen bij meisjes dan jongens (dit kan worden verklaard doorà)
• Erfelijkheid van depressie is aanzienlijk sterker bij vrouw dan bij mannen
• Genderspecifieke socialisatiemechanismen
• Meisjes ervaren meer stressoren dan jongens, mbt depressie van moeder
• Bepaalde opvoedstijlen: de wegen naar externaliserende problemen zijn bij kids met depressieve moeder echter nier genderspecifiek

Wat zijn de resultaten van de moderatorvariabelen van gezinskenmerken uit het onderzoek van Goodman?


Gezinskenmerken: associaties tussen depressie moeder en intern/extern problemen, algemene psychopathologie en negatief en positief affect/gedrag is sterker voor armoedige gezinnen (armoede is dus een risicoverhoger bij depressie van moeder)
o Studies met meer etnische minderheden leverde hoge effectgroote op voor relatie depressie moeder en externaliserende EN internaliserende prob en positief affect/gedrag en niet de andere uitkomsten

Waar begin je als pedagoog met het aanpakken van deze problemen volgens grietens?

Diagnostiek van gedragsproblemenà de pluriformiteit en complexe etiologie van gedragsproblemen doen al vermoeden dat diagnostiek niet makkelijk is

- Diagnostiek in enge zin: het stellen van een formele diagnose, lijkt op classificatie/onderkenning (onderkennende diagnose: DSM)
- Diagnostiek in ruime zin: onderzoeken/vaststellen van de oorzaak of aard van een situatie/fenomeen evenals inschatting van therapeutische mogelijkheden; dit is erg nodig in praktijk want aan formele diagnose heb je niet veelà je moet ook kijken welke aanpak meeste succes zal hebben
- Er zijn 3 hoofdvormen van diagnostiek

WAt zijn de algemene aspecten van behandeling volgens Verhulst die evidence bases zijn?

Algemene aspecten van behandelingà

- Behandelingsvorm wint aan kracht wanneer hij kan steunen op empirische effecten
- Door de complexiteit en samenhang met meerdere factoren in kind, gezin en omgeving dringt zich meervoudige/multimodale behandeling op

WAt is de psychoanalytische/psychodynamische model als algemene aspect van behandeling volgens Verhulst?

Psychoanalytische/psychodynamische model: wil het kind helpen de intrapsychische conflicten uit verleden die ten grondslag liggen aan gedragsproblemen op te lossen

▪ Hiervoor worden spel- en gespreksanalytische technieken gebruikt; binnen spel wordt kind aangemoedigd fantasie de vrije loop te gaan om informatie uit ze te krijgen
▪ Dit behandelingsmodel bleef dominant tot jaren zestig en kreeg toen kritiek omdat het intensief, langdurig en erg duur was, weinig rekening met omgevingsfactoren en dat het effect nog weinig is aangetoond in studies

Wat is de cognitieve gedragstherapeutische behandelingsmodel als algemene aspect van behandeling volgens Verhulst?

Cognitieve gedragstherapeutische behandelingsmodel: momenteel dominant, oorzaak van gedragsproblemen ligt in tekort aan leerervaringen ( kind ziet onvoldoende sociaal gedrag) of verkeerde leerervaring (als kind agressief is krijgt het zijn zin)

▪ Moderne gedragstherapie poogt cognitieve en omgevingsinvloeden te integreren
▪ Gedragsmodificatie: zelfredzaamheid en sociale vaardigheden bijbrengen
▪ Mediatietherapie: ouders/opvoeders zelf de gedragstherapeutische procedures kunnen toepassen in natuurlijke omgeving
▪ Oudertrainingen: leren controle te krijgen over hun kind

Wat is de systeem/gezinstherapeutische benadering dat als algemene aspect vanbehandeling dien volgens Verhulst?

Systeem/gezinstherapeutische benadering: ontstaan eind jaren 50 uit onvrede over psychoanalyseà gedragsproblemen zijn gezinsproblemen waarvoor elk gezinslid verantwoordelijk is. De verschillende therapievormen kennen deze kenmerkenà

▪ Gezin staat centraal, benadering is relationeel (gericht op wijzigen interactie tussen gezinsleden), elk gezinslid wordt als client gezien, moet iets met hele gezin gebeuren, hier en nu is centraler dan verleden (vergeleken met psychoanalyse): momenteel groot
▪ Kritiek: te veel aandacht gezin en te weinig voor kind, neigen gedragsproblemen van kids te herdefinieren als partnerrelatieproblemen en andere oorzaken niet meeneemt

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo