Samenvatting: 4.1 De Pruikentijd & 4.2 Revolutie In Amerika
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van 4.1 De Pruikentijd & 4.2 Revolutie in Amerika
-
1 4.1 De Pruikentijd & 4.2 Revolutie in Amerika
Dit is een preview. Er zijn 6 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1
Laat hier meer flashcards zien -
Welke groepen werden armer in de 18e eeuw en welke groep werd rijker?
Armer: handelaren, boeren
Rijker: bankiers -
Waarom droegen ambachtslieden en handelaars geen pruiken?
Omdat pruiken een status-symbool waren voor de adel en de hogere burgerij. -
Waarom hadden Franse boeren het zwaar?
Ze hadden veel verplichtingen aan de lokale edelman, bijv. belastingen en herendiensten. -
Naar welke groep mensen in Frankrijk verwijst de titel van dit stukje? ('Economische bloei in Frankrijk')
Fabriekseigenaren en rijke kooplieden, want er was een grote vraag naar exotische producten. -
Vul het schema van de standenmaatschappij in:
1. Geestelijkheid
2. Adel
3. Burgers -
Wat was vooral oneerlijk aan de standenmaatschappij?
Sommige burgers waren toch heel rijk, maar konden de privileges van de geestelijkheid en adel niet krijgen. -
Welke oproep deed Immanuel Kant aan de mensen?
Om zelf te denken en niet zomaar te geloven wat de rijken zeggen. -
In de Verlichting hadden mensen een optimistische kijk op de wereld. Wat betekent dat?
Alles positief inzien. -
De Verlichte denkers dachten na over allerlei onderwerpen. Leg uit hoe Verlichte denkers dachten over:1. Discussies over godsdienst2. Mensenrechten3. De macht van de koning
Discussies over godsdienst:
Discussies nutteloos, 1 ware godsdienst.
Mensenrechten
Iedereen moet recht hebben op vrijheid van godsdienst en meningsuiting.
De macht van de koning:Koning minder macht, volk meer macht. -
Wat was de grootste verbetering van de driemachtenleer van Montesquieu? (in vergelijking met hoe de situatie was?)
De koning was geen alleenheerser meer.
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden