Toezichthoudende bevoegdheden en dwangmiddelen - aanhouden, staande houden etc - bijz. opsporingsbevoegdheden
32 belangrijke vragen over Toezichthoudende bevoegdheden en dwangmiddelen - aanhouden, staande houden etc - bijz. opsporingsbevoegdheden
wat is observatie in de meest letterlijke zin?
het opzettelijk waarnemen van het gedrag van burgers.
wat is observatie in politietechnische en strafvorderlijke zin?
wanneer het optreden van de betrokken ambtenaar een min of meer systematisch en gericht karakter draagt: één bepaald adres, een bepaalde verdachte wordt gedurende enige tijd in het oog gehouden. Daarvoor zet men vaak specialisten in: obeservatieteam of volgploegen.
welk grondrecht is in het geding bij obeservatie?
het in artikel 10 Gw en artikel 8 EVRM/17 EHRM gewaarborgde recht op eerbiediging van de persoonlijke levenssfeer (privacy).
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
maakt iedere observatie inbreuk op het grondrecht recht op privacy?
NEEN; het wetboek onderscheidt tussen stelselmatige en niet stelselmatige waarnemingen.
wat wordt verstaan onder stelselmatige waarnemingen?
stelselmatig worden alle waarnemingen genoemd die (in betekenende mate) inbreuk maken op de privacy en daarom een wettelijke grondslag nodig hebben. Dit is het geval zodra zij tot resultaat kunnen hebben dat een min of meer volledig beeld van bepaalde aspecten van iemands leven wordt verkregen.
hebben waarnemingen in het openbaar een wettelijke grondslag nodig?
in beginsel niet. Uitzonderingen moeten weer worden gezocht in de toegepaste hulpmiddelen en in bijzondere omstandigheden (vrijend paar in het bos). Het op film vastleggen van (de waargenomen) gedragingen zal vrij snel leiden tot het aannemen van stelselmatigheid, al is de betrokkene slechts een keer geobserveerd.
op welke grond(en) is/zijn niet stelselmatige observaties toegestaan?
zonder meer indien zij worden gedaan ter uitvoering van de in artikel 2 PolW en 141 Sv omschreven taken (daadwerkelijke handhaving van de rechtsorde resp. opsporing.
wanneer is het stelselmatig volgen van een persoon of stelselmatig zijn aanwezigheid of gedrag waarnemen door opsporingsambtenaren geoorloofd?
bij verdenking van een misdrijf, mits de OvJ er uitdrukkelijk opdracht toe heeft gegeven (artikel 126g lid 1).
welke afweging dient de OvJ te maken bij het wel of niet verstrekken van de opdracht tot observatie (artikel 126g lid 1)?
deze dient daarbij het belang van de opsporing af te wegen tegen het belang dat de te observeren persoon heeft bij het respecteren van zijn privacy.
kunnen ook andere personen dan de verdachte zelf worden geobserveerd?
JA, derden en zelfs geheimhouders in het uiterste geval. Het spreekt dan welhaast vanzelf dat dan ook andere maatschappelijke belangen in het spel zijn die behoren te worden meegewogen.
wat betekent het dat stelselmatige observatie moet voldoen aan de eisen van prop/subs?
dat andere, minder ingrijpende middelen dus onvoldoende perspectief moeten bieden.
wanneer is infiltratie toegestaan?
zie daarvoor artikellid 1 artikel 126h Sv .
wie kan opdracht geven tot infiltratie en onder welke voorwaarde?
de OvJ (met achterliggende gedachte dat hij dan ook toezicht kan houden op het verloop) indien het onderzoek dit dringend vordert.
wat verwoord artikel 126h lid 2 Sv?
het Tallon criterium : bij de tenuitvoerlegging van het bevel mag niemand tot andere sf worden gebracht dan waarop zijn opzet reeds was gericht. Anders kan niet alleen sprake zijn van strafbare uitlokking door de infiltrant maar gaat de uitgelokte bovendien vrijuit.
waar is de infiltratie in een criminele organisatie geregeld in het Wetboek?
artikel 126p Sv.
welke graad van verdenking vereist de inzet van opsporingsbevoegdheden zoals infiltratie en observatie?
de gewone artikel 27 Sv verdenking.
kunnen de opsporingsbevoegdheden zoals infiltratie en observatie ook worden toegepast wanneer sf in de toekomst worden verwacht?
ja, nl. igv beraamde misdrijven (preciezer artikel 67 lid 1 misdrijven) artikel 126o Sv. Dit is echter niet mogelijk tav een individuele actie maar vereist een georganiseerd verband.
welke drie verdenkingscriteria kent u?
1 - artikel 27 Sv; 2 - verruimd verdenkingscriterium van artikel 126o Sv; 3 - de aanwijzing dat een terroristisch misdrijf is begaan (artikel 126zd e.v. WvSv).
wat verstaat men precies onder aanwijzingen in artikel 126zd Sv?
dat is niet helemaal helder; duidelijk is wel dat het hier een ruimer criterium betreft dan een redelijk vermoeden. Bij aanwijzingen zal het minder waarschijnlijk zijn dat een sf wordt beraamd of gepleegd dan igv een redelijk vermoeden daarvan.
kunnen de opsporingsbevoegdheden zoals observatie en infiltratie worden ingezet bij aanwijzingen van een terroristisch misdrijf?
JA.
maken opsporingsbevoegdheden als observatie en infiltratie inbreuk op het in artikel 10 Gw en 8 EVRM beschermde recht op eerbiediging van de persoonlijke levenssfeer?
dat lijkt een kwestie van gradatie te zijn. Bij minder ingrijpende vormen van deze bevoegdheden lijkt er geen sprake te zijn van een inbreuk op de persoonlijke levenssfeer. Soms is er sprake van slechts een beperkte inbreuk op de persoonlijke levenssfeer. (Zwolsman criterium : voor geringe inbreuken kan worden teruggevallen op taakstellende bepalingen zoals 141 Sv voor de opsporing). Hiervan kan uiteraard geen sprake meer zijn in geval van niet geringe inbreuken op de privacy.
wat geldt ten aanzien van infiltratie en inbreuk op de persoonlijke levenssfeer?
daarvan kan geen sprake zijn bij infiltratie omdat de verdachte - weliswaar onwetend - maar vrijwillig contact met de infiltrant aangaat.
onder welke voorwaarden is infiltratie geoorloofd?
zie hiervoor artikel 126h 2e lid Sv.
in welke gevallen komt infiltratie in de praktijk meestal voor?
bij Opiumwetdelicten en in mindere mate bijv. ook bij valsheidsdelicten en diefstal en heling, vaak samen met spseudokoop.
waar is pseudokoop wettelijk geregeld?
in artikel 126i Sv.
wanneer is pseudokoop toegestaan?
slechts onder bepaalde in de betreffende artikelen genoemde voorwaarden waarbij telkens als algemene voorwaarde geldt dat er sprake moet zijn van verdenking van een misdrijf als omschreven in artikel 67 1e lid Sv.
noem de voorwaarden voor infiltratie en pseudokoop?
1) iemand mag niet tot andere handelingen worden gebracht dan waarop zijn opzet is gericht (Tallon criterium); 2) de ovj moet vooraf toestemming hebben gegeven, beter gezegd: het bevel hebben gegeven; 3) ze moeten plaatsvinden iom de beginselen van prop en subs; 4) soms kan een rol voor de burger zijn weggelegd maar hiermee dient zeer terughoudend te worden omgegaan.
in welke gevallen mag méér dan in het WvSv staat aangegeven?
in het geval waarin geen sprake is van inbreuk op grondrechten of wanneer slechts een geringe inbreuk daarop plaatsvindt; als wettelijke grondslag voor dergelijke opsporingsactiviteiten wordt dan de taakstelling in artikel 141 Sv gebruikt. (bijv. inzet van een lokfiets).
wat was de vraag die men zich stelde bij het toepassen van een zgn. 'lokfiets'?
of er sprake was van schending van de voorwaarden zoals dat iemand niet tot andere handelingen gebracht mag worden dan waarop zijn opzet was gericht (Tallon criterium).
hoe reageerde de HR op de vraag nav het toepassen van een lokfiets of lokauto?
dat er geen sprake was van onrechtmatig handelen door de politie.
welke dingen rechtvaardigen zoals de inzet van bijzondere bevoegdheden zoals infiltratie etc?
feiten en omstandigheden waarvan de juistheid niet verifieerbaar is of de herkomst niet of onvoldoende kan worden onderzocht en een anonieme tip met concrete gegevens over een aanslag.
wat brengt artikel 33 Sv met zich mee?
dat kennisneming van alle processtukken niet aan de verdachte mag worden onthouden zodra de dv is betekend.
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden