Berechting in eerste aanleg - Aanhangig maken van de zaak

Question

Aanhangig maken van de zaak, waar in de wet geregeld? En op verzoek van wie?

Answer 1

Art. 258 Sv e.v.

Op het verzoek en de voordracht van de OvJ, zie lid 5.

Nadat dit is gebeurd (=de zaak is geappointeerd) wordt de zaak formeel ter terechtzitting aanhangig gemaakt. Dit gebeurt door betekening van een dagvaarding, vanwege de OvJ aan de verdachte, pas hierdoor neemt het rechtsgeding een aanvang, lid 1.

Answer 2

Art. 259, deze worden gevoegd. Dit behoort te worden gedaan door de OvJ en wordt in de dagvaarding vermeld.

Cumulatieve tenlastelegging: alle feiten opsommen.

Komt de rechter erachter dan kan hij ook nog voeging bevelen, 285 lid 1.

Answer 3

De verklaringen van verdachten gelden alleen ten aanzien van henzelf en mogen voor het bewijs niet tegen (één van) de andere verdachten worden gebruikt, art. 341 lid 3 Sv. Dit is zo bezwaarlijk, dat zaken tegen meerdere verdachten (begrijpelijk) vrijwel nooit worden gevoegd.

Answer 4

-Enkel: strafmaximum, strafsoort en de kwalificatie veranderen niet zo lang het ten laste gelegde in juridische zin hetzelfde blijft (op of omstreeks, gestompt of geslagen).

-Samengestelde bestaat weer uit cumulatieve ttl of subsidiaire ttl.

Cumulatief: binnen 1 feitelijke omschrijving verschillende alternatieven; braak of verbreking. De rechter moet kiezen, alternatieve ttl.

Subsidiair: gedraging in meer dan 1 juridisch kleed te steken of op meer dan 1 manier feitelijk te omschrijven zodat de tll primair 1 verwijt gevolgd door het subsidiaire 2e verwijt.

(Verschil cum en subs: rechter is bij cum vrij in volgorde, bij subs eerst primair)

Answer 5

OvJ moet voor afloop van de (laatste) termijn van de gevangenhouding de zaak ter zitting brengen, 66 lid 3, maar soms nog bezig met onderzoek (verzamelen bewijs, psychiatrisch onderzoek). Onduidelijk is nog hoe de tll dan moet luiden. OvJ mag dan volstaan met opgave van het feit oals het is omschreven in het bevel tot gevangenhouding, 261 lid 3.

Ttz vordert hij direct schorsing, 282 lid 4.

Answer 6

Toepassing van 313, zie 314a lid 2.

Answer 7

Tussen dag van dagvaarding en terechtzitting moeten minstens 10 (vrije) dagen zitten, 265 lid 1.

Doel: verdachte voldoende tijd heeft om zijn verdediging voor te bereiden. 6 lid 3 onder b EVRM en 14 lid 3 onder b IVBPR.

Answer 8

De OvJ totdat het onderzoek ter terechtzitting is aangevangen, zie 266. Dit mag dus ook nog wanneer het onderzoek na de uitroeping meteen is geschorst.