Samenvatting: Aandoeningen Van Het Urinewegstelsel En Het Voorplantingstelsel
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Aandoeningen van het urinewegstelsel en het voorplantingstelsel
-
1 Diagnotisch onderzoek
Dit is een preview. Er zijn 9 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1
Laat hier meer flashcards zien -
Hoe kan men de nierfunctie bepalen?
Men kan de concentratie afvalstoffen in het bloed meten en deze gegevens vergelijken met de concentratie afvalstoffen in de urine. -
Bespreek de stoffen die niet in de urine zouden mogen voorkomen?
Wanneer bepaalde (grotere) stoffen voorkomen in de urine, zoals eiwitten of bloedcellen, dan kan dit een indicatie zijn van een nieraandoening maar ook van een andere aandoening. (Vb bij suikerziekte heeft de patient suiker in de urine maar heeft de patient niet noodzakelijk een nierziekte) -
Welke stoffen kunnnen voorkomen in het bloed?
WAter
Zouten
Afvalstof creatine
Afvalstof urinezuur
Afvalstof ureum
Glucos
Proteinen
Eiwit albumine
(Rode)bloedcellen -
Welke stoffen kunnen in de urine voorkomen bij een bepaalde nierziekten?
GLucoseurie
Proteinurie
Albuminurie
Hematurie -
Wat is een belangrijke factor voor het bepalen van de nierfunctie?
CReatineklaring -
Welke informatie krijg je door de klaringswaarde?
De klaringswaarde zegt iets over de glomerulire filtratiesnelheid (GFR) van de nieren. De GFR ( glomerulair filtration rate) is het totale volume voorurine dat, in een bepaalde tijd, wordt gefilterd door alle glomeruli van beide nieren. Bij mensen met een normaele bloeddruk is dat ongeveer 170 liter voorurine per dag. De waarde daalt met de leeftijd en kan sterk dalen bij bepaalde nieraandoeningen. -
Wanneer spreekt men van nierinsufficientie of nierfalen?
Wanneer de filtercapaciteit van de nieren te laag is (minder dan 30 %) -
Waarom wordt in de praktijk meestal niet de creatineklaring maar de creatinespiegel gebruikt als maat voor de nierfunctie.
Deze factor is sterk afhankelijk van een aantal factoren zoals geslacht,leeftijd en spiermassa (meer specifiek gewicht) van de patient. -
Welke andere onderzoeken kan men doen om de functie en anatomie van het urinewegstelsel te controleren?
- cystoscopie
- macroscopisch of microscopisch onderzoek van de urine
- ivp of intraveneus pyelogram
-CT scan
- echo onderzoek -
Wat is macroscopisch of microscopisch onderzoek van de urine?
Voor het opsporen van bloed partikels,bacterien, enz in de urine en eventueel angevuld met een kweek van de urine op een voedingsbodem.
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden