Samenvatting: Aantekeningen Media Effecten
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Aantekeningen Media Effecten
-
2 Hoorcollege 2
Dit is een preview. Er zijn 19 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 2
Laat hier meer flashcards zien -
Piaget heeft het over 5 verschillende ontwikkelingsfasen. Welke zijn dit?
Sensomotorische fase, 0-2 jaar
Pre-operationele fase, 2-7 jaarConcreet-operationele fase, 7-12Formeel-operationele fase , 12 jaar en ouder
Late adolscentie, 16-19 jaar -
Welke fase is gericht om door middel van voelen, tasten, proeven, motoriek, kennis te verweren van de omgeving?
De Sensomotorische fase, 0-2 jaar -
In welke fase zitten kinderen die nog niet kunnen lezen en schrijven maar wel verhalen willen horen en leven in een fantasiewereld? Ze kunnen nog niet abstract denken.
DePre-operationele fase,2 -7 jaar. -
In welke fase van Piaget denken kinderen abstract en leren ze over normen en waarden, culturele afspraken ?
In de Formeel-operationele fase (Vroege adolescentie, 12 jaar en ouder. -
Wat voor soort kennis kunnen jongeren in de formeel-operationele fase verwerven?
Fysiek-empirische kennis (Over kenmerken van fysieke objecten)
Logisch-wiskundige kennis (abstracte kennis)
Sociale kennis (kennis die gemaakt is door de mens) -
Hoe heet de doelgroep die met technologie is opgegroeid?
Digital native learners -
Hoe heet de doelgroep die in de loop van hun leven technologie eigen moeten maken?
Digital immigrant teachers -
Wat is het Constructivisme (in het bijzonder: sociaal-constructivisme)?
Hoe kennis opgebouwd wordt. Wordt bepaald door de context waarin jij je begeeft. Niet wat je zelf kan of je hersenen, maar afhankelijk van de context waarin jij je bevind. -
Binnen het behaviorisme komt het leren tot stand door het creëren van positieve of negatieve associaties, waarbij het uitgangspunt is dat gecreëerde positieve associaties gedag bevorderd en negatieve associaties gedragingen ontmoedigen.Welke twee conditioneringen zijn er?
Klassieke conditionering - Pavlov - Bepaalde stimulus, daarop komt een responds. Denk aan de hond met het kwijlen
Operante conditionering - Skinner- Iets doen voor een beloning, iets niet doen om een straf te mijden. Bekrachtiging van het gedrag -
Bij het cognitivisme gaat het meer om de processen die aan de binnenkant afspelen om te kunnen leren. Welke drie soorten kennis zijn er?
Declaratieve kennis (Bv stampwerk. Makkelijk te leren, maar ben je snel kwijt)
Procedurele kennis (de wijze waarop je een handeling uitvoert)
Metacognitieve kennis (zelfinzicht over hoe je-het beste- leert)
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden