Diagnostiek, toetsing en interventie

12 belangrijke vragen over Diagnostiek, toetsing en interventie

Welke twee vormen van betrouwbaarheid zijn er ten aanzien van classificatie systemen?

  • Interrater reliability: de mate waarin verschillende diagnostici dezelfde categorie gebruiken om het gedrag van een persoon te beschrijven
  • Test-hertest betrouwbaarheid: refereert naar de mate waarin het gebruik van een categorie bij een bepaalde persoon, stabiel is over de tijd

Wat houdt validiteit in ten aanzien van diagnostische systemen?

Dit is de mate waarin een diagnose ons meer informatie geeft dan we aanvankelijk hadden voor de diagnose. De diagnose moet ons dus bijvoorbeeld bieden ten aanzien van etiologie en de ontwikkeling van de stoornis.

Wat betekent clinical utility?

Vertaald: het klinisch nut/bruikbaarheid. Hoe compleet en bruikbaar is een classificatiesysteem?
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Noem vier verschillen tussen de assenverdeling van DSM-V en DSM-IV-TR

  • DSM-V heeft geen multiassen systeem
  • As III (medische condities) wordt in DSM-V gecombineerd met de stoornissen
  • Voor het aangeven van pschosociale- en omgevingsproblemen benoemt de DSM-V dat je de ICD-10’s V and Z codes moet gebruiken
  • De DSM-V benoemt dat je voor het vaststellen van het globale functioneren (voorheen as 5) nu de WHO’s Disability Assessment Schedule (WHODAS) moet gebruiken

Noem het verschil tussen categoriseren in leeftijd in DSM-V en DSM-IV-TR

De DSM-V heeft niet langer een aparte categorie voor kinderen en adolescenten. Vanaf nu kunnen alle stoornissen toegepast worden op alle leeftijdsgroepen.

Wat is er gebeurd met de DSM-IV-TR stoornissen voor kinderen?

Veel van de DSM-IV-TR stoornissen voor de categorie “Disorders usually first diagnosed in infancy, childhood or adolescence” staan in de DSM-V onder neurologische stoornissen.

Naar welke vier thema's kijkt epidemiologie?

  1. Het algemeen voorkomen van een stoornis in de populatie op een specifiek punt
  2. Begrijpen van gerelateerde problemen
  3. De prevalentie van de stoornis in iemands leven 
  4. Incidence

Waarop is de empirische benadering van classificatie gebaseerd?

Deze benadering gebruikt statistische technieken om samenhangende gedragspatronen te identificeren. In de procedure worden ouders of andere respondenten gevraagd de aan- of afwezigheid van bepaald gedrag bij het kind aan te geven.

Noem enkele kenmerken van empirische classificatie

  1. Dimensionaal: een probleem is dimensionaal ipv categorisch
  2. Het gebruik van normatieve samples: oordeel over jeugdige wordt gedaan adhv opgestelde normen
  3. Test-hertest betrouwbaarheid is goed
  4. Validiteit is goed
  5. Interrater betrouwbaarheid niet zo goed -> dus, niet iedere diagnostici gebruikt dezelfde categorie

Ten aanzien van assessment is het belangrijk om evidence-based te werken. Wat houdt dit in en waarom is het belangrijk?

Als je evidence-based werkt, betekent het dat je werkt volgens procedures die zijn gebaseerd op empirsch bewijs en theorien. Je doet dit om de validiteit te ondersteunen.

Noem de drie manieren waarop een klinisch interview vorm kan hebben

  1. Gestructureerd -> helpt om een diagnose te stellen en hoge betrouwbaarheid
  2. Ongestructureerd -> je krijgt veel (meer) informatie, flexibiliteit
  3. Semi-gestructureerd-> middenweg tussen gestructureerd en ongestructureerd

Op welke manier kan de populatie bereikt worden ten aanzien van preventie?

  1. Universeel: iedereen
  2. Selectief: personen met een verhoogd risico
  3. Geïndiceerd: personen die symptomen vertonen

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo