Arteries + venen

108 belangrijke vragen over Arteries + venen

Ramus cutaneus lateralis aa. Intercostales dorsales

  • Een wordt afgegeven halverwege de rib
  • een ontstaat net boven de ribkraakbeengewrichten
  • een ontstaat als aftakking van de ramus dorsalis

Rr. Phrenici aa. Intercostales dorsales

Bevloeien het gedeelte van het diafragma dat aan de ribbenkast reikt

Aa. Lumbales verloop

  • Ontstaat dorsaal uit aorta abdominalis
  • loopt caudaal van processus transversus van overeenkomstige lendenwervel
  • loopt tussen m. Transversus abdominis en m. Obliquus abdominis internus naar ventrale buikwand
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Ramus dorsalis Aa. Lumbales

Loopt aan de achterrand van processus transversus van de betrokken lendenwervel naar dorsaal

Ramus cutaneus medialis Aa. Lumbales

  • Loopt tussen m. Spinalis en m. Multifidus dorsi naar de huid
  • bevloeit epaxiale spieren en de huid

Aa. Phrenicae cranialis (eq)

  • Ontstaan uit ventrale zijde aorta thoracica
  • vertakken onmiddellijk in diafragma
  • bevloeien diafragma

Aa. Phrenicae caudales (Ru, Carn)

  • Ontstaan uit aorta abdominalis
  • vertakken in diafragma
  • bevloeien diafragma, bijnieren

Aa. Adbominales craniales

  • Alleen aanwezig bij carn
  • ontstaat uit aorta abdominalis
  • loopt tussen m. Transversus abdominis en m. Obliquus abdominis internus
  • deelt in craniale en caudale tak

A. Lienalis verloop

  • Splits aan linkerkant van de a. Celiaca af
  • kruipt over achtervlakte van de maag naar het hilusgebied van de milt
  • loopt dan verder in omentum majus

Rami pancreatici A. Lienalis

  • Onstaan thv de achtervlakte van de maag en lopen uit in de pancreas
  • bevloeien pancreas

Rami lienalis van A. Lienalis

  • Ontstaan op hetzelfde niveau als aa. Gastricae breven
  • lopen via het hilusgebied van de milt uit in het miltweefsel
  • bevloeit de milt

A. Gastrica sinistra

  • Aftakking van de a. Celiaca
  • loopt aan de curvatura minor van de maag
  • aftakkingen: rami esophagei, ramus visceralis, ramus parietalis

Rami esophagei a. Gastrica sinistra

  • Lopen omhoog langs de slokdarm
  • anastomoseren met takken van a. Broncho-esophagea
  • bevloeien het abdominale gedeelt slokdarm

Ramus parietalis a. Gastrica sinistra

  • Loopt aan pariëtale zijde van maag
  • bevloeit pariëtale vlakte maag

A. Gastrica dextra van a. Hepatica

  • Blijft in het omentum minus lopen
  • anastomoseert met a. Gastrica sinistra
  • bevloeit achterste gedeelte maag

A. Gastroepiploica dextra

  • Loopt over het voorste gedeelte duodenum
  • loopt verder langs curvatura major
  • geeft rami gastricae en rami epiploica af

Takken lever van a. Hepatica

  • Ramus dexter en ramus sinister
  • naargelang diersoort a. Cystica naar galblaas
  • bevloeit lever en galblaas

A. Ruminalis sinistra

  • Loopt over de netmaag naar de pensgroeve aan linkerzijde
  • geeft a. Reticularis af naar netmaag
  • bevloeit linkervlakte pens

A. Ruminalis dextra

  • Loopt in de pensgroeve aan rechterzijde pens
  • anastomoseert met a. Ruminalis sinistra
  • verzorgt grootste deel bevloeiing pens

A. Celiaca Carn

  • Voldoet aan basisschema

A. Pancreaticoduodenalis caudalis

  • Loopt in het ophangligament van pars descendens duodeni richting maag
  • anastomoseert met a. Pancreaticoduodenalis cranialis
  • stuurt takjes naar pancreas + achterste gedeelte pars descendens duodeni

A. Colica dextra

Bevloeit middelste en achterste gedeelte colon ascendens

A. Mesenterica caudalis

  • Ontstaat uit aorta abdominalis als onpare tak
  • loopt in ophang ligament colon descendens in caudale richting
  • bevloeit colon transversus, colon descendens, voorste gedeelte rectum

Ramus uretericus van aa. Renales

  • Loopt langs het proximale stuk van ureter
  • bevloeit ureter

A. Sacralis/caudalis mediana verloop

  • Ontstaat wanneer beide aa. Iliaca interna zijn afgegeven
  • loopt in mediaanvlak aan onderzijde van sacrum
  • verandert bij bereiken staartwervels van naam

A. Sacralis/caudalis mediana bevloeiingsgebied

  • Spieren en huid thv sacrum en staart
  • ruggenmerg
  • sacrum en staartwervels

Rami sacrales van A. Sacralis/caudalis mediana

  • Ontstaan segmentaal uit a. Sacralis/caudalis mediana
  • lopen doorheen de foramina sacralia pelvina ventrale
  • stuurt een ramus spinalis naar het ruggenmerg
  • en een ramus dorsalis die loopt doorheen het foramina sacralia pevlina dorsalia naar de epaxiale spieren + bovenliggende huid

Rami caudales van A. Sacralis/caudalis mediana

  • Lopen tussen de dwarsuitsteeksels van de staartwervels naar dorsale zijde staart
  • anastomoseren ventraal en dorsaal met elkaar en vormen a. Caudalis ventrolateralis/dorsolateralis
  • bevloeit spieren dorsolateraal en ventraal van staart en staartwervels

Verloop a. Iliaca interna

  • Ontstaat uit aorta abdominalis na afgifte van a. Iliaca externa
  • loopt over mediale vlakt van m. Iliopsoas richting bekkenholte, kruist darmbeenzuil

Verloop a. Umbilicales

Loopt aan de voorrand van het lig. Vesicae laterale in de richting van de blaastop

Bevloeiing a. Umbilicales

Een gedeelte van het urogenitaal stelsel

Aftakkingen a. Umbilicales

  • A. Vesicalis cranialis
    • bestaat uit verschillende takjes die naar het voorste gedeelte van de blaas lopen
    • bevloeit blaas

Aftakkingen a. Uterina

Ramus utereticus
  • wordt afgegeven door a. Uterina wanneer deze de ureter kruist
  • loopt in dorsale richting langsheen de ureter
  • bevloeit: ureter

Ramus ductus deferentis

  • Loopt naar het terminale gedeelt van de ductus deferens (nabij de blaas)
  • anastomossert met de a. Ductus deferentis
  • bevloeit: ductus deferens

A. Rectalis media man

  • Loopt in dorsocaudale richting naar het rectum
  • loopt verder langs ventrolaterale zijde van het rectum
  • anastomoseert met de a. Rectalis cranialis van de a. Mesenterica caudalis
  • bevloeit: het intrapelviene gedeelte van het rectum

A. Perinealis dorsalis man

  • Loopt in de caudale richting naar de perineaal streek
  • bevloeit: perineum

Ramus uterinus vrouw

  • Loopt naar het achterste gedeelte van de uterus
  • anastomoseert met de a. Uterina
  • bevloeit: uterus

Ramus uretericus vrouw

  • Wordt vaak afgegeven door de a. Vesicalis caudalis
  • loopt naar dorsaal langs de ureter
  • bevloeit: het intrapelviene gedeelte van de ureter

Ramus urethralis vrouw

  • Ontstaat vaak uit de a. Vesicalis caudalis
  • loopt in caudale richting
  • bevloeit het intrapelviene gedeelte van de urethra

A. Pudenda interna

  • Loopt langs binnenzijde van spina ischiadica in de richting van het spatium ischiadicum minus en arcus ischiadicus
  • bevloeit: uitwendige geslachtsorganen, perineum, achterste gedeelte spijsverteringsstelsel, urethra

A. Rectalis caudalis

  • Loopt in de richting van de anus
  • anastomoseert met de a. Rectalis cranialis en media
  • bevloeit: rectum en anaalstreek

A. Perinealis ventralis

  • Loopt naar het perineum
  • bevloeit: oppervlakkige perineaalstreek (ook takken naar scrotum/vulva)

A. Obturatoria (eq)

  • Loopt tezamen met de n. Obturatorius langs de mediale zijde van de darmbeenzuil
  • kruipt tussen het os pubis en de m. Obturatorius internus
  • loopt door het foramen obturatorium
  • vertakt zich in de onderliggende spieren
  • bevloeit: supinatoren, adductoren en broekspieren

A. Iliacofemoralis (eq)

  • Ontstaat uit de a. Obturatoria
  • loopt tussen de eindpees van de m. Psoas minor en os ilium
  • dringt tussen m. Rectus femoris en m. Vastus lateralis van m. Quadriceps femoris
  • bevloeit: m. Quadriceps femoris

A. Penis media/a. Clitoris media Eq.

  • A. Penis media loopt onder os ischium in de richting van de arcus ischiadicus en anastomoseert met a. Dorsalis penis
  • a. Clitoris media heeft een vergelijkbaar verloop

A. Pudenda interna Ru

Bij vrouwelijke dier ook een a. Vestibularis die gaat vertakken in het vestibulum vaginae

A. Rectalis caudalis Ru

Wordt bij het vrouwelijke dier afgegeven door a. Vaginalis

A. Caudalis lateralis Carn

Ontspringt thv de staartbasis en loopt oppervlakkig over de m. Gluteus superficialis naar de staart

A. Iliaca externa

  • Meest laterale en meest zware eindtak van aorta abdominalis
  • ontstaat uit aorta abdominalis voor de a. Iliaca interna
  • loopt mediaal van eindpees m. Psoas minor
  • loopt in ventrocaudale richting naar lacuna vasorum

A. Cremasterica(eq)

  • Kruipt onder het peritoneum in de richting van het lieskanaal
  • loopt in het lieskanaal om de m. Cremaster van bloed te voorzien
  • bevloeit m. Cremaster

A. Uterina (eq)

  • Blijft in de buikholte
  • loopt in het lig. Latum uteri
  • loopt uit in de baarmoeder
  • anastomoseert met ramus uterinus van a. Ovarica en van a. Vaginalis
  • bevloeit verschillende onderdelen baarmoeder

A. Abdominalis caudalis

  • Alleen bij carn, GRu, en schaap
  • ontstaat uit a. Iliaca externa in de buurt van de afgifte van de a. Profunda femoris
  • loopt in ventrocraniale richting en vertakt in de buikspieren
  • bevloeit: buikspieren + buikwand

A. Profunda femoris

  • Ontstaat onder een scherpe hoek uit de a. Iliaca externa net voordat deze laatste in de lacuna vasorum duikt
  • loopt in ventrocaudale richting naar de voorrand van het bekken
  • bevloeit: buikwand + uitwendige genitalia

Verloop a. Femoralis

  • Bereikt het dijkkanaal vanuit de lacuna vasorum
  • loopt in distocaudale richting in het dijkkanaal, caudaal van m. Sartorius
  • kruist de mediale zijde van het laaste derde van de femur
  • duikt dan tussen de twee hoofden van de m. Gastocnemius

A. Circumflexa ilium superficialis

  • Alleen bij carn
  • ontstaat uit begin a. Femoralis
  • kruipt tussen m. Sartorius en m. Tensor fascia lata en komt dan onderhuids te liggen
  • anastomoseert met de a. Circumflexa ilium profunda

A. Saphena bevloeiingsgebied

  • Spieren die de driehoek van scarpa begrenzen
  • m. Semimembranosus
  • huid aan mediale zijde bovenbeen

Ramus cranialis a. Saphena

  • Kruist de mediale vlakte van de tibia om dorsaal van de tarsus te gaan lopen
  • verzorgt een gedeelte van de bloedvoorziening van de dorsale vlakte van de tenen

Ramus caudalis a. Saphena

  • Vormt in feite de verderzetting van de a. Saphena na afgifte van ramus cranialis
  • via de twee aa. Plantares wordt de plantaire vlakte van de ondervoet bevloeid

A. Genu descendens

  • Ontstaat uit voorrand a. Femoralis in de omgeving van de afgifte van de a. Saphena
  • loopt in distocraniale richting naar de mediale zijde van het kniegewricht
  • bevloeit: m. Quadriceps femoris, m. Sartorius, m. Semimembranosus, kniegewricht

Aa. Caudales femores

  • Verzamelnaam voor de spiertakken die uit de achterrand van de a. Femoralis ontstaan
  • enkel bij carn 3 hoofdtakken onderscheiden
  • bij GHD allen een duidelijke a. Caudalis femoris distalis te onderscheiden naast rr. Musculares

A. Caudalis femoris media

  • Ontstaat iets na afgifte a. Genu descendens
  • bevloeit: m. Adductor, m. Gracilis en de broekspieren

A. Tibialis caudalis

  • Alleen bij eq bereikt deze de tarsus
  • bij niet eq vertakt ze kort na ontstaan in de spieren caudaal van de tibia
  • omvang is omgekeerd evenredig met omvang van a. Saphena

Verloop a. Tibialis caudalis

  • Ontstaat uit a. Poplitea op het moment dat deze onder de m. Popliteus vandaan komt
  • loopt tussen m. Flexor hallucis longus en m. Flexor digitorum longus (eq)
  • loopt uit in ramus caudalis van a. Saphena

A. Tibialis cranialis

  • Loopt onder het begin van de m. Flexor hallucis longus
  • dringt craniolateraal door het spatium interosseum tussen tibia en fibula
  • loopt in sulcus extensorius bedekt door m. Tibialis cranialis
  • loopt verder langs mediale zijde eindpees m. Extensor digitorum longus
  • bereikt dorsale zijde tarsus

A. Recurrens tibialis cranialis

  • Treffen we aan bij Ru. En Carn.
  • ontstaat uti a. Tibialis cranialis net nadat deze door het spatium interosseum gekropen is
  • bevloeit: kniegewricht

Rr. Musculares a. Tibialis cranialis

  • Ontstaat uit proximale derde a. Tibialis cranialis
  • bevloeit spieren aan caudolaterale zijde onderbeen

Ramus superficialis a. Tibialis cranialis Eq.

  • Zwak
  • ontstaat kort nadat de a. Tibialis cranialis door het spatium interosseum gekropen is
  • eindigt in de omgeving van de tarsus

Ramus superficialis a. Tibialis cranialis Carn.

  • Relatief goed ontwikkeld
  • ontstaat uit a. Tibialis cranialis in distale helft van de tibia
  • versmelt kort na ontstaan met ramus cranialis van a. Saphena
  • loopt door tot op het niveau van de tenen

A. Digitalis (plantaris propriae III) medialis Eq

  • loopt tussen MIM en m. flexor digitorum profundus naar mediaal
  • thv. elke phalanx wordt er een ramus dorsalis phalangis afgegeven voor de bloedvoorziening van de dorsale zijde van de ondervoet
  • thv. phalanx proximalis en medialis wordt er ook een ramus plantaris phalangis afgegeven
  • vervolgens duikt het bloedvat in het foramen soleare mediale en versmelt met a. digitalis lateralis en vormt zo een arcus terminalis

Aa. Metatarsea plantares II en III Eq

  • lopen tussen pijp en het mediale, respectievelijke laterale griffelbeentje naar distaal
  • lopen uit in de ramus perforans distalis

Aa. Digitales dorsales Ru.

Zijn de verderzetting van de ramus superficialis van de a. tibialis cranialis maar zijn zeer zwak ontwikkeld

A. Metatarseus dorsalis communis III Ru.

  • is de verderzetting van de a. dorsalis pedis
  • loopt onder de strekpezen in de dorsale groeve tussen MT III en MT IV
  • distaal van de kogel kruipt ze via de tussenteenruimte naar de plantaire vlakte wordt daar aangeduid als de a. interdigitalis die versmelt met de a. digitalis plantaris communis III

Ramus perforans distalis Ru.

  • Is sterker ontwikkeld
  • Loopt doorheen het onderste kanaal in de pijp van Ru
  • Loopt uit in de distale verbinding tussen de metatarsaalarteries

A. Digitalis plantaris propriae III abaxialis Ru.

  • Is de verderzetting van de a. digitalis plantaris communis II wanneer deze voorbij het kogelgewricht is
  • Loopt bedekt door de diepe fascie naar de abaxiale vlakte van de buigpezen, achter de gelijknamige vene en zenuw (NVNA)
  • Geeft een tak af naar de bijklauw, nl. a. digitalis plantaris propriae II
  • thv. phalanx proximalis en medialis wordt er een ramus dorsalis en plantaris phalangis afgegeven
  • Dringt in het foramen parietale van het klauwbeen en versmelt met a. digitalis plantaris propriae III axialis om de arcus terminalis te vormen

A. Digitalis plantaris communis III Ru.

  • Ontstaat ongeveer halverwege de metatarsus
  • Loopt over de oppervlakkige buiger naar de plantaire axiale vlakte van de ondervoet
  • Loopt uit in de a. interdigitalis

Aa. Digitales dorsales communes Carn

  • ontstaan uit de ramus cranialis van de a. saphena
  • splitst halverwege de metatarsea in aa. digitales dorsales communes II, III, IV en V
  • ontvangen thv. de tussenteenspleten de overeenkomstige aa. metatarsea dorsales
  • Aftakkingen:
    • Splitsten in nabij de kogelgewrichten in zwakke aa. digitales dorsales propriae voor de naburige tenen
    • sturen een a. interdigitalis naar de overeenkomstige aa. digitales plantares communes

A. Arcuata Carn

  • Loopt dwars over de ondervoet net onder de tarsus
  • Hieruit ontstaan de aa. metatarsea dorsales III, IV en V

Ramus superficialis van a. Plantaris medialis Carn

Loopt in de richting van het midden van de plantaire vlakte van de ondervoet

V. Cava caudalis

  • Veneuze tegenhanger van aorta thoracica als aorta abdominalis
  • begint in de sinus venarum cavarum en loopt in richting van foramen venae cavae

Pariëtale takken v. Cava caudalis

  • Zijn segmentaal aangelegd
  • weinig diersoortverschillen

Vv. Phrenicae cranialis (Eq, Ru)

  • Ontstaan uit het thoracaal gedeelte van de v. Cava caudalis
  • vertakken in het diafragma
  • bevloeit: diafragma

Vv. Phrenicae caudales (carn)

  • Ontstaan uit het abdominaal deel van de v. Cava caudalis
  • vertakken in het diafragma
  • ontstaat uit een gemeenschappelijke stam samen met de v. Abdominalis cranialis

V. Abdominales craniales

  • Alleen aanwezig bij carn
  • ontstaat uit gemeenschappelijke stam uit abdominale gedeelte v. Cava caudalis
  • draineert het craniale gedeelte van de buikwand

Verloop v. Portae

  • Een zware vene die evenwijdig loopt aan het abdominale gedeelte van de v. Cava caudalis
  • loopt rechts van a. Mesenterica cranialis
  • splits in leverpoort in verschillende takken die aanleiding geven tot de leversinusoïden

V. Ductus deferentis

  • Zwak
  • alleen aanwezig bij Eq

V. Glutea cranialis

  • Ontstaat thv het sacroiliacaal gewricht
  • dringt doorheen spatium ischiadicum majus
  • begeleidt de gelijknamige arterie
  • draineert: gluteusspieren

Diersoortverschillen V. Obturatoria

  • Ontstaat bij paard uit v. Iliaca externa
  • ontvangt bij paard v. Penis/clitoridis media

V. Ductus deferentis (eq)

  • Enorm zwak en kan afwezig zijn
  • volgt de ductus deferens vanaf de blaas tot op het niveau van de epididymis
  • begeleidt de gelijknamige arterie

V. Circumflexa ilium profunda

  • Begeleidt de gelijknamige arterie
  • ontstaat in het begin van v. Iliaca externa, uit de v. Iliaca communis
  • loopt over de ventrale zijde van de lendenspieren in de richting van de buikwand
  • duikt tussen m. Transversus abdominis en m. Obliquus abdominis internus

V. Abdominalis caudalis

  • Alleen bij Carn en Ru
  • begeleidt de gelijknamige arterie
  • ontstaat uit v. Iliaca externa of uit v. Pudendoepigastrica
  • loopt in ventrocraniale richting en vertakt zich in de buikspieren
  • draineert: buikspieren + buikwand

V. Profunda femoris

  • Begeleidt de gelijknamige arterie
  • draineert: buikwand + uitwendige genitalia

V. Epigastrica caudalis

  • Kruipt doorheen de inwendige liesring om in craniale richting langs de bovenzijde van de m. Rectus abdominis te lopen
  • anastomoseert met v. Epigastrica cranialis
  • stuurt takjes naar de buikspieren

V. Pudende externa

  • Loopt in het lieskanaal
  • vertakt na doorlopen lieskanaal

Ramus scrotalis/labialis v. Pudenda externa

  • Loopt in caudale richting en vertakt in craniale gedeelt van scrotum/ventrale gedeelte vulva
  • verzorgt ook drainage van caudale gedeelte uier

V. Epigastrica caudalis superficialis

  • Loopt oppervlakkig onder de huid
  • verzorgt ook bloedvoorziening van craniale gedeelte uier (v. Mammaria cranialis)

V. Tibialis cranialis

  • Verderzetting v. Poplitea
  • vaak dubbel aangelegd
  • begeleidt de gelijknamige arterie
  • onderdeel diep venensysteem

V. Saphena lateralis

  • Draineert caudo-laterale oppervlakkige deel achterbeen
  • zwak ontwikkeld bij Eq, sterk bij de rest

V. Saphena lateralis verloop

  • Loopt uit in v. Caudalis femoris
  • komt aan oppervlakte tussen m. Biceps femoris en m. Semitendinosus
  • draait zich halverwege het onderbeen naar lateraal omheen de tendo calcaneus communis
  • splits aan laterale zijde in craniale en caudale tak

V. saphena medialis

  • Deze vene draineert het craniomediale oppervlakkige deel van het achterbeen.
  • Loopt uit in de v. femoralis
  • Begeleidt de gelijknamige arterie en zenuw
  • Komt aan de oppervlakte ter hoogte van de punt van de driehoek van Scarpa
  • Splitst aan halverwege het onderbeen in een craniale en een caudale tak

V. Metatarseus dorsalis communis II Eq

  • is de verderzetting van de v. dorsalis pedis
  • geeft een v. tarsea perforans
  • Loopt naar de dorsomediale zijde over het pijpbeen en legt zich tussen het pijpbeen en het mediale griffelbeentje

V. Digitalis dorsalis communis II Eq

  • is de verderzetting van de ramus cranialis van de v. saphena medialis
  • ligt tussen het mediale griffelbeentje en het pijpbeen
  • kruipt over het griffelbeenknopje naar plantair om uit te lopen in de arcus plantaris profundus distalis.

V. Tarsea perforans Ru

  • ontstaat uit de v. dorsalis pedis
  • loopt doorheen de tarsus
  • mondt uit in de arcus plantaris profundus proximalis

V. Metatarseus dorsalis communis III Ru

  • is de zwakke verderzetting van de v. dorsalis pedis na afgifte van de v. tarsea perforans
  • Loopt onder de strekpezen in de dorsale groeve tussen MT III en MT IV en begeleidt de gelijknamige arterie.

V. Digitalis plantaris communis IV Ru

  • Verderzetting van de ramus superficialis van v. plantaris lateralis
  • Loopt aan de laterale vlakte van de metatarsus in de groeve tussen de oppervlakkige en diepe buiger
  • Loopt thv. het kogelgewricht uit in de arcus plantaris profundus distalis en daarna verder als de v. digitalis plantaris propriae IV abaxialis
  • Loopt bedekt door de diepe fascie naar de abaxiale vlakte van de buigpezen, achter de gelijknamige vene en zenuw (NVNA)

V. Digitalis plantaris communis III Ru

  • Lopen over de plantaire vlakte van de buigpezen naar distaal
  • Ontvangt de v. interdigitalis
  • Splitst in de vv. digitalis plantaris propriae III en IV axialis

Vv. Digitalis dorsales communes Carn

  • Ontstaan uit de arcus dorsalis superficialis die gevormd wordt door de anastomose tussen de ramus cranialis van de v. saphena lateralis en de ramus cranialis van de v. saphena medialis
  • splitsten in nabij de kogelgewrichten in vv. digitales dorsales propriae voor de naburige tenen en sturen een v. interdigitalis naar de overeenkomstige vv. digitales plantares communes

Vv. Metatarsea dorsales communes Carn

  • Ontstaan uit een arcus dorsalis profundus die gevormd wordt door de v. dorsalis pedis of door de ramus cranialis van de v. saphena medialis
  • lopen via een ramus perforans proximalis uit in het diepe venensysteem aan de plantaire zijde van de ondervoet

Vv. Digitales plantares communes II, III en IV carn

  • Ontvangen de overeenkomstige vv. metatarsea plantares communes en de overeenkomstige vv. interdigitales van de dorsale zijde
  • Geven aanleiding tot de vv. digitales plantares propriae

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo