Vetserieus

52 belangrijke vragen over Vetserieus

Welke vragen stellen we als we kijken hoe gedrag tot stand komt?

  1. Wat is de directe, proximate, veroorzaker van het gedrag. Hiervoor kijk je naar de interne en externe stimuli van het dier. Ook kijk je naar de motivatie.
  2. Wat is de bestaansreden van dit gedrag en wat is de adaptieve waarde? Je kijkt dus naar de doelmatigheid van dit gedrag.
  3. De ontwikkeling van het gedrag, de ontogenie. Hierbij kijk je naar de erfelijke aanleg van het gedrag en de omgevingsinvloeden op het gedrag.
  4. De evolutie, fylogenie van het gedrag. Hiermee kun je de oorspronkelijke gedragsvorm onderzoeken.

Op welke manier kan je motivatie vaststellen en meten?

  • De reactiesterkte of snelheid kan varieren bij een geljike prikkel, bijvoorbeeld hoe snel en heftig een dier reageert op voedsel
  • De drempelwaarde van de benodigde stimulussterkte kan veranderen, een speciale vorm is vacuumactiviteit waarbij de drempelwaarde 0 is en zelfs zonder stimulus gebeurd
  • De weerstand of aversiestimulatie die het dier trotseert om het gedrag uit te voeren
  • De moeite die een dier doet om het gedrag uit te voeren

Wat is het energiemodel van Lorenz?

Dit model beschrijft motivatie als een emmer water die kan overlopen. Het gaat er vanuit dat motivatie de drempelwaarde voor een deblokkerende stimulus verlaagd. Nadat het gedrag is uitgevoerd neemt de motivatie af en is er herstel nodig. Voor seksueel en eetgedrag klopt dit redelijk maar er wordt vanuit gegaan dat motivatie inwendig is en dat uitwendige factoren er geen invloed op kunnen hebben. Dit klopt niet.
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Hoe kunnen we motivationele factoren onderverdelen?

  1. Hormonen, deze kunnen een motiverende invloed hebben, de bereidheid tot een bepaald gedrag wordt rechtstreeks beinvloedt. Of een organiserende invloed tijdens bijvoorbeeld een ontwikkelingsfase.
  2. Motivationele stimuli die inwendig, afkomstig van proprioreceptie en enteroreceptoren in het lichaam of uitwendig, afkomstig van het milieu.
  3. Activatie toestand van het centraal-neurale mechanisme

Welke drie fases heb je in een gedragsketen?

  1. Appetitieve fase of streefgedrag. Dit omvat beginelementen van de keten en de uitvoering hiervan verminderd de motivatie niet of nauwelijks.
  2. Consummatory act, eindfase. Gedragingen meer verderop in de keten die de motivatie voor het gedrag in de keten drastisch laat dalen. Zijn vaak heel star gecoordineerd volgens een vast patroon.
  3. Rust, het gedrag kan hierin niet of met moeite worden opgeroepen

Wat zijn de voornaamste gedragsystemen?

  • Slaap en rust
  • Zelfverzorging
  • Voedselverwerving
  • Uitscheidingsgedrag, secundair heeft het een functie in sociaal verkeer
  • Nestbouw en nestelgedrag
  • Predatorvermijdingsgedrag, maakt huisdieren minder handelbaar, weg geselecteerd
  • Exploratief
  • Seksueel gedrag
  • Zorggevend gedrag
  • Ziektegedrag
  • Spelgedrag
  • Pijngedrag

Welke gedragssystemen heb je bij agonistisch gedrag?

  • Territoriale agressie
  • Dominantie agressie
  • Comptetitief instrumentele agressie
  • Protectieve agressie

Wat er is bijzonder aan appetitief gedrag?

Het uitvoeren van dit gedag brengt op zichzelf een beloning mee die los staat dat van de erop volgende consummatory act. Zoals het zuigen van kalveren voor het drinken.

Welke twee vormen van ambivalent gedrag zijn er?

  • Successieve ambivalentie waarbij er opeenvolgende elementen zijn van verschillende gedragssystemen
  • Simultane ambivalentie waarbij elementen van 2 gedragssystemen tegelijk worden uitgevoerd.

Wat is de desinhibitiehypothese bij overspronggedrag?

Hierbij wordt gesteld dat twee onverenigbare gedragssystemen elkaar in balans houden en zo niet geuit kunnen worden. Deze niet uiting zorgt ook voor het wegvallen van de inhibitie op andere systemen, welke dan een kans krijgen.

Wat gebeurd er bij stereotiep gedrag bij het CZS?

Er treden irreversibele veranderingen op. Met name in het mesocortico-limbische dopamine systeem. Door een gedragsmatige desensitisatie wordt een disbalans in stand gehouden tussen de corticole en subcorticale systemen waarbij de laatste de overhand krijgt. Door een verminderde inhibtie kunnen hierdoor impulsieve compulsieve stoornissen ontstaan. Door de voortschrijdende DA transmissie wordt het gedrag bovendien rigide en minder flexibel.

Wat gebeurd er bij agressieve signalen?

Ze komen voort uit een conflict tussen angst en agressie Ze bevatten dus elementen uit het aanvalsgedrag. Dit ontstaat vaak wanneer een conflict riskant is en de dieren dit door geritualiseerd dreiggedrag hebben weten te voorkomen.

Hoe maak je onderscheid tussen plassen of sproeien bij katten?

  • Sproeien is tegen de muur
  • Sproeien is veel minder
  • Sproeien doen ze vooral in de periferie
  • Bij sproeien door stress is er geen locatie onderscheid en doen ze het overal
  • Sproeien stinkt veel meer dan urineren

Wat is het verschil tussen een offensieve kat en een defensieve kat?

Een defensieve kat heeft een lage houding en de oren plat. Een offensieve kat heeft een rechte rug, staat op hoge poten en zn oren liggen niet plat, de staart is plat tegen de achterhand gedrukt.

Wanneer wordt de respons op acute stress maladaptief?

Als het aanpassingsgedrag niet adequaat is of de fysiologie niet meer tot het gewenste resultaat kan leiden, Bij chronische stress leidt dit dan tot welzijnsaantasting.

Waar komen problemen als verenplukken bij papegaaien vandaan?

Handopfok, solitaire huisvesting, niet kunnen vliegen en een vast aanbod van voedsel. Ze vervelen zich dus en missen sociale aspecten. Met name het ontbreken van fourageer gedrag blijkt de voornaamste reden (net als bij kippen).

Wat is afhankelijke rang?

Een verschijnsel van dominantie wat optreedt in een gezin met meerdere honden, waarbij de rang die tussen honden onderling wordt vastgesteld, verschilt met wat de baas afdwingt. Het kan voor ernstige gedragsproblemen en frustraties bij de hond zorgen.

Waarom gaan kippen op de stok?

Omdat ze dan minder kwetsbaar zijn en om hun poten te ontspannen. Zo krijg je minder pootproblemen.

Waarom neemt een kip een stofbad?

Schoonhouden van de veren en parasieten weren. Dit duurt ongeveer 30 minuten en bestaat uit een 5 stadia. De behoefte van de kip om dit te doen is zo sterk, dat het bij afwezig zijn van zand het gedrag zich zal uiten in vacuümgedrag en dit zorgt voor veerbeschadigingen en infecties.

Wat geeft het kraaien van de haan aan?

Kraaien is vermoeiend dus het zegt wat over de conditie. Een haai kraait langzamer, met langere invallen als hij honger heeft. Een andere functie is laten weten aan de buurmannen dat de haan nog steeds aanwezig is dus territorium bezetting.

Wat is de voornaamste reden van gedragsproblemen bij drachtige zeugen?

Het niet in staat zijn om synchroon te eten. Dit leidt tot klingbijten omdat er bijvoorbeeld maar één voerstation is.

Welke postnatale gebeurtenissen kunnen voor gedragsproblemen zorgen?

  • Te weinig socialisatie
  • Verzorgingsgedrag van de moeder, bij knaagdieren moet de jongen bijvoorbeeld worden gelikt
  • Spelgedrag is van groot belang voor de ontwikkeling

Welke vormen van postnatale stress heb je?

  • Maternale deprivatie:hierbij speelt de hypofyse-bijnier-as een cruciale rol met verhoogde levels van ACTH en cortisol. Verminderd verzorgingsgedrag van de moeder ook invloed op het leervermogen en de stressrespons.
  • Sociale stress, een slechte groepsstabiliteit leidt bij cavia's tot masculinisatie. Bij veel dieren vermindert hierdoor het stressgedrag
  • Vroegtijdig spenen, varkens tonen verminderd leervermogen en meer agressie. Anticipatiemomenten voor het spenen kunnen dit gedrag verbeteren.
  • Spelgedrag, als ze dit niet kunnen zullen we later niet met soortgenoten kunnen omgaan en ook niet met agressie. Ze zijn later ook minder gevoelig voor beloning.

Wat versterkt de moeder-kind relatie?

De lucht van het vruchtwater, vaginale stimulatie rond de geboorte, hormonen (prolactine en oxytocine), zogen (extra oxytocine) en bij elkaar zijn brengt endorfines vrij. Een keizersnede kan hier dus effect op hebben.

Wat is stille bronst?

Dit is wanneer een koe tochtig is maar het niet laat zien met gedrag. Toch scheidt deze koe wel feromonen uit

Hoe ziet het dreiggedrag van stieren eruit?

Omlaag houden van de kop, laten zien van de zijkant. Hiermee laat hij zijn schouderspieren zien en dit heet lateraal dreiggedrag. Dat gaat over in frontaal dreiggedrag, intentiebewegingen en daarna een werkelijke agressieve uiting.

Hoe ziet het dreiggedrag van koeien eruit?

Dreighouding, kopdrukken met als doel de concurrent met de flank naar je toe te krijgen en beuken in de flank vanaf dat moment.

Welke vorm van klassiek conditioneren is het makkelijkst?

Delay conditioneren waarbij je eerst de bel laat klinken en daarna gelijk het eten neerzet.

Wat is actieve vermijdingsconditionering?

Een onaangename ervaring kan ontlopen worden door het uitvoeren van een bepaalde handeling en het is dus een aansporing om het gedrag wel uit te voeren.

Wat is progressieve desensitisatie?

Een proces waar habituatie en extinctie worden gebruikt om bepaalde fobieën af te leren.

Waarin kun je gedrag dat bij verlatingsangst hoort opdelen?

  1. Onderzoeksgedrag
  2. Spelen met objecten
  3. Destructief gedrag
  4. Vocalisaties

Welke punten zijn belangrijk bij het huisvesten van proefdieren?

  • Huisvesten in groepsverband en niet alleen
  • Huisvesten in een zo natuurlijk mogelijke omgeving, een dichte bodem met een bedekking
  • De kooi moet verrijkt worden met objecten die het natuurlijke gedrag van het dier bevorderen.

Hoe huisvest je een cavia?

Ze moeten kunnen klimmen, schuilen en knagen. Een roosterbodem is verboden, normaal zaagsel tenzij inhalatieonderzoek. Temp is 16-24 graden en vochtigheid 45 tot 60%. Niet te licht, achtergrond muziek en geen ultrasone geluiden.

Hoe huisvest je een varken?

18-22 graden, minimaal 0,8 m2 per varken en minstens met zn tweeen. Ze moeten samen kunnen slapen. Achtergrond geluid en een goed dag/nacht ritme

Hoe huisvest je een muis?

Sociaal, met bodembedekking. Ze moeten slapen, defeceren en eten apart kunnen doen. Ze moeten hun hok zelf kunnen inrichten (nest bouwen). Je mag geen stereotiep gedrag en apathie zien.

Wat is de consumer-demand methode?

Hierbij wordt de hoeveelheid inspanning uitgezet tegen de verkregen stimulus. Een steile lijn betekent dat het dier weinig moeite over heeft voor de beloning, een vlakke lijn betekent dat het dier kosten wat kost de beloning zal willen bemachtigen. Dit heet contra-freeloading, dieren verkiezen voedsel waarvoor ze moeten werken boven niets doen.

Welke twee regelsystemen heb je bij verschillende motivationele systemen?

  • Endogene opiaten komen vrij bij handelingen van de consumptieve fase. Stimuli die herhaaldelijk gevolgd zijn door iets plezierigs kunnen op zich al endorfine afgifte stimuleren en worden daarmee een geconditioneerde stimulus met een hogere incentive value.
  • Dopamine is meer een stof die betrokken is bij het aanzetten van het dier tot gedrag en hoort dus bij de appetitieve fase. Via het opiaten systeem krijgen ze informatie binnen over een stimulus en bepalen aan de hand daarvan hoeveel ze willen investeren.

Wat is er bijzonder aan de thermo neutrale zone?

Dan heeft het dier geen extra energie nodig om de lichaamstemperatuur te handhaven en is de thermogenese dus een rechte lijn (de afstand van de y-as tot deze lijn is het basaal metabolisme, en die is in de thermoneutrale zone het laagst).

Wat gebeurd er als een persoon gehypohydreert is door zweten?

Dit verhoogt de lichaamstemp tijdens inspanning. Dit komt door verminderd warmte verlies, verminderde zweetreactie en een verminderde doorbloeding van de huid. Waarschijnlijk door een aanpassing in het thermoregulatie systeem via osmo en baroreceptoren.

Wat voor effect heeft een natte vacht?

Het isoleert slecht en zorgt voor verdampingsverlies. Je moet het kalf dus droogwrijven. Een zwak kalf wat een moeilijke geboorte gehad heeft gaat veel sneller dood omdat hij zn thermogenese niet op gang kan brengen. Dit komt onder andere door hypoxie waardoor ze minder bruin vet kunnen verbranden.

Wat is het probleem bij zeugen en biggen die samen leven?

Biggen doen het beter bij 30-37 graden maar zeugen bij 12-22 graden. Koude temperaturen zijn slecht voor de biggengroei en de overlevingskans neemt af. Wanneer een zeug het te warm heeft zal de energieopname verminderen en de melkproductie afnemen. Dit is voor de biggen weer niet goed.

Wat gebeurd er bij punt A in het thermoprofiel?

Bij een te lage temperatuur werken de enzymen minder goed en dus de warmte productie ook niet waardoor je nog verder afkoelt.

Wat gebeurd er bij punt F in het thermoprofiel?

Als je te warm bent gaat je metabolisme omhoog, nog meer warmte productie en dus een verdere toename van hitte overlast.

Hoe zit het met zweten bij dieren?

Dieren die kunnen zweten zijn primaten, runderen en paarden. Specifiek penten is voor honden en vogels, die ook dode ruimte ventilatie doen (luchtzakken).

Wat voor effect hebben glucocorticoïden op de immuunrespons?

Ze zorgen voor een verschuiving van Th1 cellen naar Th2 cellen, waardor de immuunrespons eveneens van cellulair naar humoraal verschuift. Dit gebeurd dus ook bij chronische stress.

Wat kun je zeggen over huisvesting en het immuunsysteem?

Wat betreft de huisvesting speelt cellulaire respons geen rol, maar proactieve dieren hebben wel een hogere cellulaire respons. Wanneer je kijkt naar de humorale respons zien we wel dat huisvesting een rol speelt. Arme huisvesting geeft een snellere humorale respons dan rijke huisvesting, maar dit effect is alleen gezien bij reactieve dieren. Proactieve dieren ondervinden geen respons.

Wat zegt dopamine over stereotiep gedrag?

Dopamine speelt een belangrijke rol bij de ontwikkeling van stereotypien. Apomorfine (dopamine antagonist) invloed hangt ook af van de coping style. Een gevoeligheid voor dopamine is een grotere gevoeligheid voor het ontwikkelen van stereotyp gedrag. Proactieve dieren laten meer stereotyp gedrag zien en zijn dus ook gevoeliger voor dopamine.

Wat is cloaca zuigen?

Een systeem wat ervoor zorgt dat kiemen in contact komen met de immuun-competente cellen. In de cloaca zit de Bursa waar B cellen worden gemaakt. Het kuiken zuigt een hoeveelheid materiaal op uit de omgeving, dit is een reflex. Zo worden kiemen aangeboden waar een reactie op gevormd kan worden.

Wat speelt een rol bij het ontstaan van verenpikken?

  • Als ze opgroeien op strooisel zullen ze minder pikken
  • Als ze opgroeien in kleinere groepen zullen ze minder pikken
  • Bij een lagere lichtintensiteit zullen ze elkaar minder pikken want dan zijn ze minder actief
  • Het voer maakt ook uit, je kunt ze beter meel geven zodat ze meer moeite moeten doen.

Wat gebeurd er bij affliatief gedrag?

Sociale dieren doen dit bij elkaar. Ze zullen elkaar poetsen of likken. Hierbij komen endorfines en oxytoxine vrij, wat de HPA as reduceert. Dit zorgt voor bandvorming en werkt rustgevend en stress reducerend. Dit effect wordt social buffering genoemd.

Wat zijn de effecten van prenatale stress op gedrag?

  • Verminderd vermogen om om te gaan met stress
  • Gestoord gedrag in conflictsituaties
  • Verminderd spel, seks  en sociaal gedrag
  • Verslechterd leervermogen
  • Verminderde motorische ontwikkeling
  • Verminderde immuunreactie

Wat is inhibitoire vermijdingsconditionering?

Hiervan is sprake als een dier door een handeling uit te voeren een onaangenaam effect oproept.

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo