Macro economie - Binnenlands product en nationaal inkomen
6 belangrijke vragen over Macro economie - Binnenlands product en nationaal inkomen
Hoe kan, uitgaande van het bruto nationaal product tegen factorkosten, het netto nationaal inkomen tegen marktprijzen worden berekend?
Van een bepaalde economie zijn de volgende gegevens bekend (in miljarden geldeenheden):
- Bruto binnenlands product tegen marktprijzen: 435
- Consumptie van de gezinnen: 260
- Consumptie van de overheid: 70
- Bruto-investeringen: 85
- Uitvoer: 225
Bereken de waarde van de invoer
De totale bestedingen zijn: 260 + 70 + 85 + 225 = 640 435 + invoer = 640
Invoer = 640 - 435 = 205.
Veronderstel dat van een bepaalde economie de volgende gegevens bekend zijn (in miljarden geldeenheden):
- Toegevoegde waarde bedrijven (bruto tegen marktprijzen): 400
- Toegevoegde waarde overheid (bruto tegen marktprijzen): 50
- Saldo primaire inkomensoverdrachten aan het buitenland: 2
- Indirecte belastingen: 60
- Prijsverlagende subsidies: 15
- Afschrijvingen: 40
Bereken het bbp tegen marktprijzen
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Veronderstel dat van een bepaalde economie de volgende gegevens bekend zijn (in miljarden geldeenheden):
- Toegevoegde waarde bedrijven (bruto tegen marktprijzen): 400
- Toegevoegde waarde overheid (bruto tegen marktprijzen): 50
- Saldo primaire inkomensoverdrachten aan het buitenland: 2
- Indirecte belastingen: 60
- Prijsverlagende subsidies: 15
- Afschrijvingen: 40
Bereken het BNP tegen marktprijzen
Veronderstel dat van een bepaalde economie de volgende gegevens bekend zijn (in miljarden geldeenheden):
- Toegevoegde waarde bedrijven (bruto tegen marktprijzen): 400
- Toegevoegde waarde overheid (bruto tegen marktprijzen): 50
- Saldo primaire inkomensoverdrachten aan het buitenland: 2
- Indirecte belastingen: 60
- Prijsverlagende subsidies: 15
- Afschrijvingen: 40
Bereken het netto nationaal product tegen marktprijzen
Veronderstel dat van een bepaalde economie de volgende gegevens bekend zijn (in miljarden geldeenheden):
- Toegevoegde waarde bedrijven (bruto tegen marktprijzen): 400
- Toegevoegde waarde overheid (bruto tegen marktprijzen): 50
- Saldo primaire inkomensoverdrachten aan het buitenland: 2
- Indirecte belastingen: 60
- Prijsverlagende subsidies: 15
- Afschrijvingen: 40
Bereken het netto nationaal inkomen tegen factorkosten
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden