Samenvatting: Algemene Economie 2

Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Algemene Economie 2

• College 1

• Wat is de formule van het totale surplus?

  TS = CS + PS (Totale surplus = consumentensurplus + producenten surplus)

• Beschrijf waar in de grafiek je het consumentensurplus ziet

  Het vak tussen de D (demand) lijn en de lijn van de evenwichtsprijs

• Beschrijf wat het producentensurplus ziet in de grafiek

  Het vak tussen de S (supply) lijn en de lijn van de evenwichtsprijs

• Als de wereld -evenwichtsprijs lager ligt dan de evenwichtsprijs op de markt in bijv. Nederland, hoe verhouden vraag en aanbod in Nederland zich dan tot elkaar, en hoe wordt dit verschil opgelost?

  Dan is er voor die prijs meer vraag dan aanbod. Het verschil wordt opgelost d.m.v. Import.

• Welk effect heeft import op het producenten- en consumentensurplus, en op de totale welvaart?

  Er gaat een stuk van het producentensurplus naar het consumentensurplus (stuk A). Er komt ook nog een stuk extra bij het consumentensurplus (stuk B + C). Totale welvaart neemt door meer consumentensurplus toe met A + B + C, en neemt door minder producentensurplus af met A. Per saldo neemt welvaart toe met B + C.

• Wat houdt het principe van comparatieve voordelen in?

  Ieder land heeft iets waar hij/zij relatief goed in is. Goederen worden geproduceerd in het land waar dat relatief het goedkoopst is, en met handel kan dit tot een win-win situatie leiden. Een land produceert dan een goed waarvan de opportuniteitskosten lager zijn.

• College 2

  Dit is een preview. Er zijn 4 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 30/10/2020
  Laat hier meer flashcards zien

• EU integratie heeft een positief effect op de groei van de economie, omdat er dan makkelijker geïnvesteerd kan worden in:

  1. Kapitaal (met name menselijk)
  2. Fysiek kapitaal
  3. Kennis van mensen

• EU integratie zorgt voor een aantal aspecten:

  - effectieve verdeling van bronnen en middelen
  - meer efficiëntie
  - beter klimaat voor investeringen
  - meer investeringen in machines, skills en technologie
  - hogere output per persoon

• Wat is het verschil tussen medium termijn economische groei en lange termijn economische groei?

  Bij medium termijn economische groei stopt de groei in hogere output per persoon op den duur. Bij lange termijn is die groei oneindig.

• Wat is de competition curve (COMP)?

  Negatief verband tussen het aantal bedrijven in de markt en de mark up. Hoe hoger het aantal bedrijven, hoe lager de mark up is die per bedrijf gerealiseerd kan worden.