LEREN deel IV
6 belangrijke vragen over LEREN deel IV
Wat zijn monetaire aggregaten?
- M0 = munten en bankbikljetten die zijn uitgegeven en de reserves die banken aanhouden bij de centrale bank.
- M1 = munten en bankbiljetten, m.u.v. wat zich in de kassen van de banken en de rijksoverheid bevindt en giraal geld zoals rekening-courranttegoeden.
- M2 = M1 + kortlopende (tot 2 jaar) deposito's en spaarrekening met een korte opzegtermijn (< 3 mnd).
- M3 = geldhoeveelheid in brede zin en vormt de basis van het monetaire beleid van de ECB. M3 = M2 + een aantal verhandelbare effecten.
Wat houdt de klassieke visie (aanbod van geld) in?
Wat houdt de verkeersvergelijking van Irving Fisher in?
M (money) = geldhoeveelheid
V (velocity) = omloopsnelheid
P (prices) = prijzen
T (trade) = transacties
Wanneer alle transacties tegen betaling van geld plaatsvinden --> MV = PT (geldstroom is gelijk aan de waarde van de transacties)
MV = geldstroom
PT = goederenstroom
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Wat houdt de keynesiaanse visie (vraag naar geld) in?
Welke 3 motieven heeft Keynes geformuleerd op grond waarvan mensen geld in kas willen aanhouden?
- Transactiemotief (geld nodig voor transacties te doen)
- Voorzorgsmotief (reserve voor calamiteiten)
- Speculatiemotief (afwachten gunstig tijdstip voor beleggingen)
Transactiekas is een actieve kas, de andere zijn inactieve kassen.
Geld in de actieve kas heeft een positieve omloopsnelheid, in de inactieve kas is de omloopsnelheid 0.
Wat houdt de monetaristische visie (geldgroeiregel) in?
Friedman pleit voor beheersing van de geldgroei door een vooraf bepaald max. % per jaar d.m.v. een sterke monetaire autoriteit.
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden