Startpagina / Samenvattingen / Algemene managementkennis / beslissing-beslissingen-beslissingsmatrix

Bestuurlijke besluitvorming

4 belangrijke vragen over Bestuurlijke besluitvorming

Managers op alle niveaus in een bedrijf nemen voortdurend beslissingen. Vandaar de uitdrukking `Besturen is beslissen`.
A. Motiveer de stelling Besturen is beslissen.
B. Leg uit waarom het niet-nemen van een besluit ook een beslissing is.

A. Dagelijks nemen managers op alle niveaus in een organisatie beslissingen (grote en kleine). Bij het maken van een strategische keuze, bij het beoordelen van een medewerker of bij het leveren van een bijdrage aan werkoverleg neemt een managers beslissingen.
B. Bij het niet- nemen van een besluit laat men de zaak zoal het is. Dat is ook een beslissing.

Een detailhandelsconcern is van plan een of meer buitenlandse concurrentje over te nemen. Als voorbereiding heeft een stafafdeling een beslissingsboom opgesteld om enkele alternatieven te onderzoeken.
A. Noem twee zaken die deel zullen uitmaken van de beslissingsmatrix.
B. Leg uit waarom de resultaten van de beslissingsmatrix slechts ondersteunend zijn voor het management bij het nemen van de beslissing om buitenlandse concurrentie over te nemen.

A. Alternatieven van de toekomstige situaties, verschillende alternatieven (product), kans dat de situatie zich voordoen en winstkansen per situatie.
B. In een beslissingsboom en beslissingsmatrix zit niet alle benodigde informatie (onzekerheid) en de kwantitatieve gegevens zijn deels subjectief. Het is dus een hulpmiddel waarbij de echte keuze medebepaald wordt door andere subjectieve voorkeuren van het management.

Prijsvechters zijn een bekend verschijnsel in de luchtvaat (bijvoorbeeld Easyjet en Ryanair). Met de nieuwe formule hebben de prijsvechters een groot marktaandeel weten te verwerven, zeker op de korte vakantievluchten.
A. Leg uit waarom de invoering van het low budget vliegen een strategische beslissing is.
B. Noem twee alternatieven die (duurder) luchtvaartmaatschappijen hebben om de concurrentie met prijsvechters aan te gaan.

A. Low budget vliegen is een nieuw product (dienst) om een nieuwe markt te creeren.
B. Bestaande (duurdere) luchtvaartmaatschappijen moeten voor de meerprijs een toegevoegde waarde leveren; bijvoorbeeld meer service aan boord, sneller afhandeling, meer bestemmingen of snellere en betere aansluiting.

Bij het nemen van beslissingen gaat het erom de doelstellingen van het bedrijf te realiseren. In dit verband spreken we wel van een hierarchie van doelstellingen. Een reisbureau heeft als doelstelling geformuleerd binnen drie jaar 50% van de boekingen via internet te realiseren.
A. Leg uit van welke beslissing van het management sprake is bij het formuleren van de doelstelling.
B. Noem twee afgeleide doelstellingen om het doel van 50% boekingen via internet te realiseren.

A. Dit is de hoofddoelstelling van het bedrijf. Alle plannen en het beleid van alle afdelingen worden hierop afgestemd.
B. Doelstellingen op het terrein van omzet, inkoop, reclame en personeel.

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

Algemene managementkennis | 9789057523007 | Ad Bakker, et al

Bekijk samenvatting