Roman Jakobson: Kindertaal, Afasie en taaltypologie

6 belangrijke vragen over Roman Jakobson: Kindertaal, Afasie en taaltypologie

Het werk van jakobson tracht 3 verschillende aspecten van natuurlijke taal onder 1 noemer te brengen. Welke?

Overeenkomsten in de ontwikkeling van de verschillende fonologische systemen bij kinderen in de kindertaalverwerving

overeenkomsten tussen de verschillende fonologische systemen van de talen van de wereld  (typologie)

overeenkomsten in de pathologische teloorgang van de verschillende fonologische systemen bij afatici

Waarom is Jakobson zo vernieuwend?

Hij gaat expliciet externe factoren in de taalkunde betrekken.
taalverwerving, psycholinguistiek, neurolinguistiek etc
jakobson wordt hiermee de voorloper van de functionele taalkunde
tegelijkertijd is hij ook een voorloper op de generatieve grammatica omdat ie universele aspecten van taal gaat bestuderen en de leerbaarheid van taal

Wat ondervindt jakobson als het gaat over kindertaalverwerving?
(eerste fase)

Er is een volgorde.
ten eerste gaat het kind prelinguaal brabbelen en kan het alle mogellijke klanken produceren. Wanneer ze naar hun linguale fase gaan stelt men vast dat de klanken die het kind eerder maakte niet  meer aanwezig zijn. Het kind maakt een selectie van klanken waarvan het beseft ddat ze een systematische klankeenheid zijn in de taal.  het kind interioriseert een aantal fonemen (valeurs)
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Wat vindt jakobson over kindertaalverwerving (tweede fase)

Wanneer het kind begint te spreken zien we een geleidelijke opbouw van een foneemsysteem.
ten eerst zal het kind bijna altijd starten met -a
vervolgens zal een kind de eerste deftige fonologische oppositie verwerven in mama en papa

na de oppositie van nasaal en bilabiaal  gaat het kind labialen en dentalen contrasteren
vervolgens zal de zeer open a gecontrasteerd worden met de gesloten i
gevolgd door u en dan e
als latere stadia worden fricatieven en africaten verworven

Wat vond jakobson over implicatieve universalia

Occlusieven zijn een voorwaarde voor fricatieven

dorsale medeklinkers /k/ en /g/ impliceren bestaan van labiale medeklinkers /b/ en /p/

affricaten worden door het kind pas verworven na occlusieven en fricatieven

vele kinderen beheersen maar 1 liquida

Wat vond Jakobson over Afasie

Zoals bij het kind de opbouw van het fonologisch systeem eenzijdig gefundeerd is dwz dat men gegeven x moete beheersen om het volgende te beginnen, is dit ook het geval bij afasie, behalve dan in de omgekeerde richting.

liquida zijn moeilijk te verwerven na afasie

bij franse kinderen is de nasale klank vaak de eerste die verdwijnt

englese kinderen zullen sneller de th verlizen

verschil tussen klinker en medeklinker is vrij robuust

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo