Samenvatting: Allergie

Studiemateriaal generieke omslagafbeelding
  • Deze + 400k samenvattingen
  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
LET OP!!! Er zijn slechts 87 flashcards en notities beschikbaar voor dit materiaal. Deze samenvatting is mogelijk niet volledig. Zoek a.u.b. soortgelijke of andere samenvattingen.
Gebruik deze samenvatting
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo

Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Allergie

  • Allergie

    Dit is een preview. Er zijn 77 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 25/10/2015
    Laat hier meer flashcards zien

  • Hoe wordt allergie omschreven?

    Een schadelijke reactie van het immuunsysteem die gericht is tegen normaal onschadelijke stoffen.
  • Vertel wat over de aangeboren immuniteit?

    Deze richt zich in principe direct op alles wat niet lichaamseigen is: de respons op niet lichaams eigen stoffen/cellen is direct en minder specifiek. Het gaat daar bijvoorbeeld om de mono's en granulo's
  • Vertel wat over de verworven immuniteit?

    Hier gaat het om de B en T cellen die eerst leren niet lichaamseigen materiaal te herkennen. De respons komt langzaam op gang, pas na ongeveer twee weken, maar is sterk en specifiek.
  • Wat voor soort antilichamen kent het lichaam(5)?

    IgD, IgG, IgE, IgM, IgA
    Deze hebben allemaal 2 variabele uiteinde die de specificiteit van het antilichaam bepalen.
  • Vertel wat over het IgD?

    Het IgD komt voor in het membraameiwit in B cellen voor hun activatie. Verder komt IgD nauwelijks voor. De belangrijkste rol is die bij de activatie van de B cellen.
  • Vertel wat over het IgG?

    Het IgG komt vooral voor in het bloed, maar ook in de weefsels. Het is het meest voorkomende en belangrijkste antilichaam. Behalve binding aan antigenen van indringers die daarna door bijv door macrofagen verteerd kunnen worden, kunnen ze ook de zogeheten complementen eiwitten binden, die een belangrijke rol spelen bij de hypersensiviteitsreacties type 2 en type 3.
  • Wat voor cellen zijn van belang bij de overgevoeligheidsreactie type 1?

    De t cellen(diverse)deze kunnen een ontstekingsreactie op gang brengen
  • Wat is een aspecifieke hyperreactiviteit?

    Een overdreven sterke reactie op het inademen van irriterende stoffen in concentraties die bij normale mensen geen reactie te weeg brengt. Het gevolg is hoesten en benauwdheid, Dergelijke reacties berusten niet door herkenning van de stof door het immuunsysteem, maar hebben te maken met de regulatie van de toegankelijkheid van de luchtwegen.
  • Wat is het verschil van klachten tussen kinderen en volwassenen bij voedselallergie?

    Bij jonge kinderen staan maagdarmklachten en huidklachten op de voorgrond. Bij volwassenen treden meer klachten in de mondhilte opo f, minder vaak, een algehele allergische reactie of anafylaxie.
  • Wat voor verschillen zie je bij kinderen en volwassenen in de allergenen?

    Bij kinderen gaat het voornamelijk om de voedingsmiddelen koemelk, kippenei of pinda. Bij volwassenen pinda's noten zaden(bijv sesamzaad) of vruchten.
LET OP!!! Er zijn slechts 87 flashcards en notities beschikbaar voor dit materiaal. Deze samenvatting is mogelijk niet volledig. Zoek a.u.b. soortgelijke of andere samenvattingen.

Om verder te lezen, klik hier:

Lees volledige samenvatting
Deze samenvatting +380.000 andere samenvattingen Een unieke studietool Een oefentool voor deze samenvatting Studiecoaching met filmpjes
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart