Wat is orthopedagogiek?
29 belangrijke vragen over Wat is orthopedagogiek?
Welke eigenschappen zijn er nodig dat een kind kan ontplooien?
Dynamisch proces van de wederzijdse beïnvloeding binnen de opvoeding volgens Kok
John Dewey zegt over onderwijs:
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Wat is opvoeden volgens kok?
- Samen op weg zonder het waarheen te kennen (ontwikkelperspectief)
- Concreet eindpunt van opvoeding niet te bepalen van te voren
- Kindperspectiefen en Opvoedersperspectief
- Eigenheid van het kind ontplooien
- Optimaliseren van opvoedingsrelatie, opvoedingsklimaat en opvoedingssituatie
- Intentioneel: doelgericht, opvoeder wil 't kind iets leren.
- Functioneel: betrokkenheid (relatie) en omgang (interactie)
Wat zijn exernaliserende gedragproblemen?
Welke niveaus van omgaan met problemen in de opvoeding zijn er volgens Van Strien?
- Niveau van alledaagse problemen en ervaringskennis resulterend in handelen naar standaardvoorbeelden
- Niveau van de praktijkgerichte theorie ontwikkeld door de professionele opvoeder, via systematisch handelen en reflectie daarop
- Niveau van de wetenschap, systematisch proces van denken en handelen, gebruik maken van wetenschappelijk ontwikkelde instrumenten en procedures
Wat zijn de functies van een genogram?
- verbanden zoeken van problemen binnen een familie
- herkennen of herkennen van herhalingen van patronen door de generaties heen
- zoeken naar steundende en stressvolle factoren binnen een familei dei grote invloed hebben op
- het functioneren van een gezin
Wat is de regulatie cyclus?
Welke vaardigheden moet je inzetten o, goede afwegingen te maken?
stilstaan bij de POS
daarvan afstand te kunnen nemen
samen tot een hulpvraag kunnen komen
Wat is methodiek op gebasseerd?
Waar staat interventie voor?
Wat is practice based evidence?
Uit welke niveaus bestaat de effectlader?
niveau 1 : het niveau van goed beschreven interventies.
niveau 2 : het niveau van de interventies mt theorietische bewijskracht.
niveau 3 : het niveau van interventies met voorlopige bewijskracht
niveau 4 : het niveau van interventies met causale bewijskracht interventies zijn bewezen effectiefhetgeen is aangetoond op basis van wetenschappelijk onderzoek
Wat is het IWF model?
Welke vuistregels heb je bij doelformulering?
er moet zoveel mogelijk consensus worden nagestreeft
bij meerdere problemen en doelen moet de situatie eert worden geordend en moeten er prioriteiten worden gesteld
er moet bij de client motivatie zijn
als er meerdere belangen spelen dient dit ook kenbaar worden gemaakt
Wat is het verschil tussen vroeger en nu op het werkveld?
Wat zijn de veranderingen in de doelgroep ?
Wat was in de vorige eeuw een trend?
de marktwerking
vraaggericht werken
Wat is het uitgangspunt van de zo zo zo wet?
Welke 4 soorten hulp heb je?
semiredidentiele jeugdhulpverlening
residentiele jeugdhulpverlening
de pleegzorg
Wat is het doel van de volksgezondheid
- het versterken van de kinderopvang scholen etc
- het bevorderen van opvoedvaardigheden
- het inschakelen herstellen en versterkeb van de eigen mogelijkheden
- het bevorderen van de veiligheid
- intergrale hulp aan de jeudige en zijn ouders
Welke 3 strategiën heb je bij het passen onderwijs?
de kwalieit van het onderwijs zou beter kunnen
door de bovenstande punten zijn de kosten voor speciale onderwijszorg disproportioneel gegroeit
Waar besteed jeugd en gezin veel tijd in?
Welke 3 opmerkingen hebben de kanttekeningen bij het beleid?
ethnisch normatieve apsecten
stigmatiserende effect van activiteiten op het gebied van preventie
Wat staat er in het verdrag voor mensen met een beperking?
- persoonlijke autonomie waaronder de vrijheid om zelf keuzes te maken
- toegankelijkheid
- gelijke kansen
- volledige en daadwerkelijke participatie in de samenleving
Waar kunnen kinderen naar het onderwijs die meer begeleiding hebben?
- SO
- praktijkonderwijs
- leerwegondersteundend onderwijs
Wat is een opvoedingsimpasse (De Ruyter, 1983) ?
Wat zijn de stappen in het proces naar een opvoedingsimpasse volgens hoofd docent wijsgerige en historische pedagogiek Sleutel ( Vu Amsterdam 1986)?
2. Opvoeder heeft geprobeerd de ontwikkeling van het kind de juiste richting in te beinvloeden.
3. Op tijdstip 1 is de opvoeder van mening daar niet geslaagd in te zijn.
4. Opvoeder ziet geen bevredigende middelen om de ontwikkeling van het kind die richting in te beinvloeden.
5 Opvoeder mist de verwachting dat hij of met medeopvoeders bevredigende middelen zal vinden.
6. Gaat gepaard met pijnlijke emoties bij de opvoeder.
Door wie kan een opvoedingsimpasse worden geconstateerd?
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden