Startpagina / Samenvattingen / AMM - 1 / straling-fotosynthese-licht

Ecosystemen en adaptatie - Primaire productie

Q: Wat wordt bedoeld met zonneconstante, transmissiecoëffieciënt en globale straling?

Deze intensiteit is de zonneconstante S . Van de inkomende straling komt er maar een fractie door de atmosfeer heen. Dit is de transmissiecoëfficiënt . De straling die vervolgens het aardoppervlak bereikt is de globale straling Sg.

Q: Welke type straling is bruikbaar voor fotosynthese?

Zichtbare straling kennen we als licht en is ook de enige straling geschikt voor plantaardige fotosynthese. En heet daarom ook wel PAR (photosynthetcally active radiation).

Q: Waarom is de hoeveelheid geabsorbeerd licht altijd lager dan de PAR?

Er wordt een deel gereflecteerd; de reflectiecoëfficient bedraagt ongeveer 0,08. Verder hangt doorgelaten hoeveelheid licht ook af van dichtheid van het bladerdek. Dit wordt uitgedrukt in LAI (leaf area index)

Q: Waarom wordt maar een deel van geabsorbeerde straling voor fotosynthese gebruikt?

Alleen straling ingevangen door chlorofyl wordt gebruikt voor fotosynthese. Echter wordt een deel van de PAR door andere pigmenten geabsorbeerd (bv carotenoïden). Dit geeft een reductie van 50% van de PAR.

Q: Welke beperkende factoren zijn er, naast licht, nog meervoor fotosynthese?

Temperatuur en CO2 – concentratie in chloroplasten

Q: Geef een verklaring voor het feit dat de tomaten onder het solardak een zelfde productie hebben of zelfs nog een grotere productie dan tomaten in het open veld.

Tomaten onder het solardak hoeven zich niet tegen de felle zon te beschermen en transpireren daardoor minder. De planten in het open veld moeten zich beschermen tegen waterverlies door hun huidmondjes te sluiten. Zo wordt de CO2 opname beperkt. Licht kan de beperkende factor zijn voor de planten onder het solardak.

8 belangrijke vragen over Ecosystemen en adaptatie - Primaire productie

Waarom is er bruto en netto assimilatie?

Een deel van de geproduceerde glucose heeft de plant direct nodig voor onder andere omzetting van glucose naar plantendelen. De rest, is de netto assimilatie/netto primaire productie.
Dus: netto assimilatie = bruto assimilatie – respiratie

Wat wordt bedoeld met zonneconstante, transmissiecoëffieciënt en globale straling?

Deze intensiteit is de zonneconstante S. Van de inkomende straling komt er maar een fractie door de atmosfeer heen. Dit is de transmissiecoëfficiënt. De straling die vervolgens het aardoppervlak bereikt is de globale straling Sg.

Welke indeling voor zonnestraling wordt gehanteerd?

De zonnestraling kunnen we indelen in langgolvige (> 3000nm) en kortgolvige straling (< 3000 nm). De kortgolvige straling (bijna alle straling van de zon is kortgolvig) wordt weer verdeeld in drie spectrale gebieden.
1. nabij-infrarode straling, golflengte 700 – 3000 nm
2. zichtbare straling, golflengte – 400 – 700 nm
3. Ultraviolette straling, golflengte < 400 nm

Welke type straling is bruikbaar voor fotosynthese?

Zichtbare straling kennen we als licht en is ook de enige straling geschikt voor plantaardige fotosynthese. En heet daarom ook wel PAR (photosynthetcally active radiation).

Waarom is de hoeveelheid geabsorbeerd licht altijd lager dan de PAR?

Er wordt een deel gereflecteerd; de reflectiecoëfficient bedraagt ongeveer 0,08.
Verder hangt doorgelaten hoeveelheid licht ook af van dichtheid van het bladerdek. Dit wordt uitgedrukt in LAI (leaf area index)

Waarom wordt maar een deel van geabsorbeerde straling voor fotosynthese gebruikt?

Alleen straling ingevangen door chlorofyl wordt gebruikt voor fotosynthese. Echter wordt een deel van de PAR door andere pigmenten geabsorbeerd (bv carotenoïden). Dit geeft een reductie van 50% van de PAR.

Welke beperkende factoren zijn er, naast licht, nog meervoor fotosynthese?

Temperatuur en CO2 – concentratie in chloroplasten

Geef een verklaring voor het feit dat de tomaten onder het solardak een zelfde productie hebben of zelfs nog een grotere productie dan tomaten in het open veld.

Tomaten onder het solardak hoeven zich niet tegen de felle zon te beschermen en transpireren daardoor minder. De planten in het open veld moeten zich beschermen tegen waterverlies door hun huidmondjes te sluiten. Zo wordt de CO2 opname beperkt. Licht kan de beperkende factor zijn voor de planten onder het solardak.

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

AMM - 1

Bekijk samenvatting

Een unieke studie- en oefentool
Nooit meer iets twee keer studeren
Haal de cijfers waar je op hoopt
100% zeker alles onthouden

Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.

Studiemateriaal generieke omslagafbeelding

Ecosystemen en adaptatie - Primaire productie

8 belangrijke vragen over Ecosystemen en adaptatie - Primaire productie

Waarom is er bruto en netto assimilatie?

Wat wordt bedoeld met zonneconstante, transmissiecoëffieciënt en globale straling?

Welke indeling voor zonnestraling wordt gehanteerd?

Welke type straling is bruikbaar voor fotosynthese?

Waarom is de hoeveelheid geabsorbeerd licht altijd lager dan de PAR?

Waarom wordt maar een deel van geabsorbeerde straling voor fotosynthese gebruikt?

Welke beperkende factoren zijn er, naast licht, nog meervoor fotosynthese?

Geef een verklaring voor het feit dat de tomaten onder het solardak een zelfde productie hebben of zelfs nog een grotere productie dan tomaten in het open veld.

Samenvattingen die gerelateerd zijn aan Bodem, atmosfeer en oceaan - Het ontstaan van elementen, ons zonnestelsel, de aarde en het leven

AMM - 1

AMM 2

Voeding & Gezondheid

Levenswetenschappen: evolutie

Exploring humans an introduction to the phil…

Psychologie & sociologie : basiscursus

sheets

Leren veranderen

Overheidsfinanciën

Hoofdzaken socialezekerheidsrecht

Handboek van het Nederlandse staatsrecht

Van de BV en de NV