Towns and the urbanisation of medieval society - The phenomenon of the pre-industrial town - The scale of towns and of urbanisation
10 belangrijke vragen over Towns and the urbanisation of medieval society - The phenomenon of the pre-industrial town - The scale of towns and of urbanisation
Welke belangrijk ontwikkeling had grote invloed vanaf de 10e eeuw?
Welke drie zaken worden bedoeld met urbanisatie?
-de expansie in grootte van bestaande steden
-de groei in de proportie van de totale populatie die in de stad leeft. Dit was alleen mogelijk als de voedselhoeveelheid in dezelfde mate groeide als de vraag.
Waarom waren de grotere steden meestal in de buurt van de kusten of havens?
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Wat was de reden dat er erg grote steden bestonden in de Mediterraanse regio?
-toegang voor grote schepen
-mogelijkheden voor rouwe materialen voor een exportindustrie op grote schaal
-aantrekking of druk die een grote stad zou kunnen uitoefenen op een uitgebreid achterland
Welke steden waren de belangrijkste economische centra tot de 16e eeuw in Europa ten noorden van de Alpen en Pyreneeën?
-Parijs
Deze steden werden bewoond door 100.000 mensen.
Een eeuw later bereikte Amsterdam de nieuwe mijlpaal van 200.000 inwoners. In de 18e eeuw was Londen de belangrijkste stad.
Hoe kan de stad worden bekeken vanuit een economisch perspectief?
-de inwoners van de stad konden alleen eten als de omgeving surplussen had. Als de stad groeide was er een groter achterland nodig.
-stadsmensen moesten zelf productief zijn om eten te kunnen betalen
=> steden waren afhankelijk van hun goederenlijnen en potentiële markten voor producten. Hoe groter de stad, hoe belangrijker de controle over langere handelsroutes door een achterland werd.
Hoe stimuleerde de aanwezigheid van een stedelijke markt de rurale economie?
-koopkracht was geconcentreerd in de stad voor allerlei voedselwaren zoals vlees en meel, maar ook voor rauwe materialen als graan en wol
-stadsmensen investeerden in landelijk gebied
-schaarse goederen werden ook over langere afstand verhandeld. Schapenhouderij in Engeland werd gestimuleerd door vraag naar wol uit Noord Frankrijk en de Lage Landen vanaf de 11e eeuw.
Hoe kan de relatie tussen stad en achterland worden gezien?
Welke factoren geeft Jan de Vries om de groei van een stad in pre-industrieel Europa op te baseren?
2. De afstand tussen deze steden
3. de geografische locatie, uitgedrukt in een quotiënt
Hij berekende hiermee een 'urban potential' op verschillende momenten tussen 1500-1800. Hij reconstrueerde hiermee hoe de geografie van een stadsgroei veranderde in de tijd.
Welke kritiek is er te geven op de methode van Jan de Vries?
-De rol van de kleine stadjes was vooral van belang in gebieden met weinig urbanisatie
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden