Het beenderstelsel/skelet

9 belangrijke vragen over Het beenderstelsel/skelet

Deel de botten in naar vorm en bouw

pijpbeenderen: korte (middenvoetsbeentjes en de teenkootjes en lange(dijbeen, scheenbeen)
platte beenderen: ribben, schouderbladen, het borstbeen ende botstukken van de schedel
onregelmatige beenderen: hand en voetwortelbeentjes, sesambotjes, de wereld en de bostukken die het aangezicht vormen

Beschrijf de bouw van een pijpbeen en platte beenderen

Pijpbeenderen: karakteristieke bouw, bestaan uit lange schacht (diafyse)--> wordt gevormd door soort buis di aarde buitenkant uit compact weefsel bestaat en aan de binnenkant hol. Aan het eind zijn de pijpbeenderen verdikt--> vormt de epifyse--> bestaat uit spongieus botweefsel. Het uiteinde van de epifyse vormt de gewrichtsvlakken.
Platte beenderen bestaan uit twee lagen compact beenweefsel met hiertussen een laag spongieus beenweefsel (bouw komt overeen met de onregelmatige beenderen)

Waar worden de rode bloedcellen geproduceerd bij kinderen en volwassenen

Bij kinderen in het rode beenmerg van de epifyse
Vowassenen: in het rode beenmerg van de platte beenderen
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Wat is het periost en waarbij speelt het een belangrijke rol?

Beenvlies wat het bot omsluit, het periost speelt een belangrijke rol bij de groei en voeding van de bostukken.

Hoe krijgt het bot zijn voeding

dmv speciale voedingsgaten (foramen nutricia) waardoor het periost bloedvaten het bot binnendringen. Binnen het bot vormen deze bloedvaten kanaaltjes in de lengte- en dwarsrichting van het bot.

Waar vind de dikte- of breedtegroei plaats en waarom

Vanuit het periost waar zich botvormende cellen bevinden
(De breedte groei kan bij de mens het hele leven plaatsvinden)

Waar vind de lengtegroei plaats

In de epifysaire schijf. Dit is een kraakbeenweefsel die zich op de overgang tussen de epifyse en diafyse bevindt--> hiervan uit worden botcellen afgezet waardoor het bot langer wordt.
(een epifysiare schijf zal uiteindelijk verbenen wanneer het bot volgroeid is)

Welke 3 botverbindingen onderscheiden we en waarin verschillen ze

- bindweefselverbindingen - geen beweging mogelijk naadverbindingen als schedelnaden in de schedel. zgn pandverbindingen geringe bewegingen mogelijk --> spaakbeen en ellepijp en het kuit- en scheenbeen.
- kraakbeenweefselverbindingen: wat meer beweging mogelijk, een tweetal varianten-->tussen ribben en borstbeen: hyalien kraakbeen en tussen de heupbeenderen: de symfyse-->vezelig kraakbeen hier is nauwelijks beweging
- (synoviale) gewrichten: bestaat uit miniaal 2 uiteinden van botten waartussen zich een dunnen spleet bevindt--> gevuld met een speciaal vet de zgn synovia.

Hoe noem je het bindweefselvlies tussen de bandverbindingen

het tussenbeenvlies (membranen interossa)

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo