Het uitscheidingsstelsel - Anatomie van het uitscheidingsstelsel

14 belangrijke vragen over Het uitscheidingsstelsel - Anatomie van het uitscheidingsstelsel

Waardoor vindt een klein deel van de uitscheiding van water en zouten plaats? En waardoor het grootste deel?

Een klein deel van de uitscheiding vindt plaats door lever en darmen en via de huid. Het grootste deel vindt plaats in de nieren, het nierbekken, de urineleiders en de plasbuis.

Wat zijn nefronen? En waar bestaat een nefron uit?

De functionele niereenheden, daar waar de werkelijke filtratie plaatsvindt. Een nefron bestaat uit een glomerulus en een tubulussysteem.

Waardoor worden de nieren omgeven en waarin liggen ze ingebed?

De nieren worden omgeven door een bindweefselkapsel en liggen ingebed in het perirenale vet (vet rond de nier), vooral aanwezig aan de posterior en mediale zijde.
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Wat is de ligging van de nieren en de urineleiders (ureters)?

De ligging van de nieren en ureters is retroperitoneaal (achter het buikvlies). De nieren liggen naast de wervelkolom.

Wat zijn de glandulae adrenales en waar zijn ze gepositioneerd?

Ze liggen bovenop de nieren en dit zijn klieren die hormonen produceren die grotendeels hun werking buiten de nieren hebben.

De vorming en afvloed van urine vinden plaats van --- naar ---

Van lateraal (zijkant) naar mediaal (midden), waar zich de nierhilus (nierpoort) bevindt.

In de medulla ziet men de nierpiramiden. Waardoor worden de piramiden gevormd en hoe noemt men de top van de piramiden?

De nierpiramiden worden gevormd door de verzamelbuizen. De top van de piramiden noemt men papillen, waar de verzamelbuizen uitmonden in het pyelum.

Waarin ligt de glomerulus ingestulpt? En wat komt daarin terecht?

In het kapsel van Bowman. Dit is een dubbelgeslagen blad dat tot een blaasje verwijd is, een bekervormig membraan, en het begin vormt van het tubulussysteem. In het kapsel van Bowman komt het filtraat uit de glomerulus terecht, de voorurine.

Wat betekent proximaal en wat distaal?

Proximaal: dichtbij, richting het begin
Distaal: het verst of ver verwijderd van een standaard referentiepunt

Hoe wordt het korte aanvoerende vat en het langere afvoerende vat van de glomerulus genoemd?

Aanvoerend: vas AFferens (AF = dus aanvoerend!)
Afvoerend: vas efferens

De ureters lopen uiteindelijk achter de blaas langs en komen zo subperitoneaal (onder het buikvlies) terecht, om ten slotte onder in de blaas schuin door de blaaswand heen in de blaas uit te monden. Door dit verloop schuin door de spierlagen van de blaaswand treedt een ventielwerking op. Beschrijf de ventielwerking.

Bij samentrekken van de blaas bij mictie (urinelozing) worden de ureters dichtgedrukt, zodat de urine er niet in kan terugvloeien. De ventielwerking van de ureters treedt uitsluitend op door het verloop door de spierlaag van de blaas.

Wat is de musculus detrusor? En waaruit bestaat de wand.

De blaasspier. De wand is opgebouwd uit in elkaar grijpende, in verschillende richtingen lopende spierlagen.

Wat zijn de 3 uitscheidingsorganen en wat is hun taak?

Longen: scheiden koolstofdioxide en vocht uit
Huid: afvoer van vocht en zout
Nieren: afvoer van vocht, zout en overbodige stoffen

Hoe komen de overbodige en schadelijke stoffen in ons lichaam terecht welke we via onze nieren uitscheiden?

Sommige krijgen we binnen via voedsel (kleurstoffen) en andere stoffen ontstaan door processen in het lichaam (ureum - ontstaat bij afbraak eiwitten in lever).

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo