Startpagina / Samenvattingen / Class notes - Anatomie in vivo / zijde-fibularis-tibialis

Arteriae en nervi deeltoets

21 belangrijke vragen over Arteriae en nervi deeltoets

In welke gebieden van de onderste extremiteit kunnen min of meer zelfstandige spiergroepen worden onderscheiden?

Bilgebied

Dorsale zijde bovenbeen (reflectoren heup / flexoren knie)
Mediale zijde bovenbeen (adductoren heup)
Ventrale zijde bovenbeen (anteflectoren heup / extensoren knie)

Dorsale zijde onderbeen (plantair flectoren)
Laterale zijde onderbeen (pronatoren)
Ventrale zijde onderbeen (dorsaal flectoren)

Voetzool
Voetrug

Van welke twee grote beenzenuwen zijn naam en ligging rechtstreeks te relateren aan namen van skeletdelen?

n. obturatorius -> loopt door het foramen obturatum en dus mediaal.
n. ischiadicus -> loopt langs het os ischii en dus dorsaal.

Waarom is het tamelijk logisch dat de n. femoralis door het trigonum femorale loopt?

De n. femoralis innerveert de spieren op de ventrale zijde van de dij (anteflectoren heup en extensoren knie). Deze zenuw ligt in het trigonum femorale, dus op de ventrale zijde van het bovenbeen.

Waarom is moeilijk vast te stellen dat de n. obturatorius afkomstig zou zijn uit de plexus sacralis?

Indien afkomstig uit de plexus sacralis zou de n. obturatorius, gezien zijn verloop door het ventrale deel van het foramen obturatum, tussen de organen van het kleine bekken door moeten lopen.

Wat is er, gezien zijn innervatiegebied, logisch aan de ligging van de n. tibialis?

De n. tibialis innerveert de huid over het middelste posteriore deel van het onderbeen en daarnaast de spieren: m. popliteus, m. triceps surae, m. plantaris, m. tibialis posterior, m. flexor digitorum longus en m. flexor hallucis longus. Deze structuren liggen allemaal mediaal in het onderbeen. De n. tibialis ligt ook mediaal, evenals de tibia (waar zijn naam van afkomstig is).

Waarom lijkt het mediale voetgewelf geschikter als onderdoorgang voor vaten en zenuwen dan het laterale voetgewelf?

Het mediale voetgewelf is zichtbaar hoger dan het laterale voetgewelf en is daardoor geschikter voor de passage van vaten en zenuwen.

Wat maakt het begrijpelijk dat, bij het bereiken van de voet, de n. fibularis profundus zich niet splitst en de n. tibialis wel?

De n. fibularis profundus innerveert de diepe dorsaal flexoren. Het is een aftakking van de n. fibularis communis, welke splitst in de n. fibularis superficialis (oppervlakkige zenuw) en de n. fibularis profundus (diepgelegen zenuw). De n. fibularis profundus loopt rechtdoor de diepte in, waardoor een aftakking niet noodzakelijk lijkt.
De n. tibialis innerveert de oppervlakkige en diepe plantair flexoren, wat al aangeeft dat de zenuw op twee verschillende plekken structuren moet innerveren. Hierdoor lijkt opsplitsen noodzakelijk.

Aan welke zijde van de lumbale wervelkolom bevindt zich de plexus
lumbalis?

De plexus lumbalis ligt tussen de twee delen van de m. psoas major, dus aan
de ventrale zijde (zie afbeelding).

Aan welke zijde van het os sacrum bevindt zich de plexus sacralis?

Aan de ventrale zijde van het os sacrum (zie afbeelding).

Worden vanuit de plexus lumbalis uitsluitend spiergroepen van de onderste extremiteiten geïnnerveerd?

Nee, ook buik- en rugspieren.

Welke topografische relatie heeft de n. ischiadicus met de m. biceps femoris?

De n. ischiadicus kruist het caput longum van de m. biceps femoris voorlangs, van lateraal (bij het tuber ischiadicum) naar mediaal (in de top van de fossa poplitea).

In welk gebied vindt de splitsing van de n. ischiadicus in de n. tibialis en de n. fibularis communis plaats?

Hoog in de fossa poplitea, maar de plaats van de splitsing is overigens nogal variabel. Niet zelfden splitst de n. ischiadicus al ter hoogte van het foramen infrapiriforme.

Welke delen van de onderste extremiteit worden niet vanuit de a. femoralis van bloed voorzien?

Het bilgebied en delen van de adductoren.

Wat wordt verstaan onder een gemengde zenuw?

Een gemengde zenuw is een zenuw die naast motorische vezels ook sensibele vezels en vezels van het vegetatieve zenuwstelsel bevat.

Waardoor komt de a. tibialis posterior bij de malleolus medialis aan het oppervlak?

Doordat de oppervlakkige plantair flectoren eindigen in de achillespees komt de a. tibialis posterior, die daaronder loopt, aan het oppervlak ter hoogte van de malleolus medialis.

Welke grote vaten en zenuwen van de vrije onderste extremiteit maken geen deel uit van een vaat-zenuwstreng?

De distale delen van de a.v. femoralis, de n. ischiadicus, de a.v. fibularis, de n. fibularis communis en de n. fibularis superficialis.

Van welk deel van de a. iliaca interna is de a. glutea superior de eindtak?

Het is de achterste stam van de a. iliaca interna eindigt als a. glutea superior.

Van welk groter foramen zijn het foramen suprapiriforme en het foramen infrapiriforme onderdelen?

Het foramen ischiadicum majus.

Stel m.b.v. een atlas vast door welke structuren de a. poplitea dorsaal wordt bedekt.

Proximaal -> m. biceps femoris, m. semitendinosus en m. semimembranosus
Distaal -> m. gastrocnemius

Welke wegen volgen de a. tibialis anterior en de n. fibularis profundus voordat zij op de ventrale zijde van de membrana interossea terechtkomen?

De a. tibialis anterior: loopt onder de distale rand van de m. popliteus door naar de ventrale zijde van het onderbeen; zij gaat daarbij door een proximale opening in de membrana interossea cruris. Daarna ligt de arterie op de membrana interossea. 

De nervus fibularis profundus steekt de fibularisloge in wat schuine richting over en doorbreekt vervolgens het septum intermusculare cruris anterius. Zo bereikt de zenuw de extensorenloge waar hij zich voegt bij de a. tibialis anterior.

Welke pees kun je als referentie gebruiken voor de ligging van de a. dorsalis pedis op de voetrug? Palpeer de arterie (niet teveel druk!).

De pees van de m. extensor hallucis longus.

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

Anatomie in vivo

Bekijk samenvatting

Een unieke studie- en oefentool
Nooit meer iets twee keer studeren
Haal de cijfers waar je op hoopt
100% zeker alles onthouden

Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.

Studiemateriaal generieke omslagafbeelding

Arteriae en nervi deeltoets

21 belangrijke vragen over Arteriae en nervi deeltoets

In welke gebieden van de onderste extremiteit kunnen min of meer zelfstandige spiergroepen worden onderscheiden?

Van welke twee grote beenzenuwen zijn naam en ligging rechtstreeks te relateren aan namen van skeletdelen?

Waarom is het tamelijk logisch dat de n. femoralis door het trigonum femorale loopt?

Waarom is moeilijk vast te stellen dat de n. obturatorius afkomstig zou zijn uit de plexus sacralis?

Wat is er, gezien zijn innervatiegebied, logisch aan de ligging van de n. tibialis?

Waarom lijkt het mediale voetgewelf geschikter als onderdoorgang voor vaten en zenuwen dan het laterale voetgewelf?

Wat maakt het begrijpelijk dat, bij het bereiken van de voet, de n. fibularis profundus zich niet splitst en de n. tibialis wel?

Aan welke zijde van de lumbale wervelkolom bevindt zich de plexuslumbalis?

Aan welke zijde van het os sacrum bevindt zich de plexus sacralis?

Worden vanuit de plexus lumbalis uitsluitend spiergroepen van de onderste extremiteiten geïnnerveerd?

Welke topografische relatie heeft de n. ischiadicus met de m. biceps femoris?

In welk gebied vindt de splitsing van de n. ischiadicus in de n. tibialis en de n. fibularis communis plaats?

Welke delen van de onderste extremiteit worden niet vanuit de a. femoralis van bloed voorzien?

Wat wordt verstaan onder een gemengde zenuw?

Waardoor komt de a. tibialis posterior bij de malleolus medialis aan het oppervlak?

Welke grote vaten en zenuwen van de vrije onderste extremiteit maken geen deel uit van een vaat-zenuwstreng?

Van welk deel van de a. iliaca interna is de a. glutea superior de eindtak?

Van welk groter foramen zijn het foramen suprapiriforme en het foramen infrapiriforme onderdelen?

Stel m.b.v. een atlas vast door welke structuren de a. poplitea dorsaal wordt bedekt.

Welke wegen volgen de a. tibialis anterior en de n. fibularis profundus voordat zij op de ventrale zijde van de membrana interossea terechtkomen?

Welke pees kun je als referentie gebruiken voor de ligging van de a. dorsalis pedis op de voetrug? Palpeer de arterie (niet teveel druk!).

Samenvattingen die gerelateerd zijn aan Structuren dissectie deeltoets

Class notes - Anatomie in vivo

Discovering statistics using SPSS

Sportpsychologie

Neuroscience

Exercise physiology : energy, nutrition, and…

Motorische ontwikkeling van kinderen deel 2 …

Dynamics of Skill Acquisition A Constraints-…

Lumbopelvische klachten

Hart en bloedvaten

Artrose

Centrale neurologie

Artikels

Aan welke zijde van de lumbale wervelkolom bevindt zich de plexus
lumbalis?