Samenvatting: Andy Field Statistics/hennie Boeije Kwalitatief
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Andy Field Statistics/Hennie Boeije Kwalitatief
-
1 Factoranalyse en betrouwbaarheid
Dit is een preview. Er zijn 6 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1
Laat hier meer flashcards zien -
Wat zijn de voorwaarden voor een betrouwbaarheidsanalyse?
Let op: Item-Rest Correlatie < 0.2 bij Corrected Item Total --> verwijderen
Let op: Cronbach's Alpha if Item Deleted: groter dan de alfa, dan verwijderen (een goede Cronbach's Alpha ligt rond de 0.7 - 0.8) -
Wat zijn de overeenkomsten tussen kwantitatief en kwalitatief onderzoek?
- Ze zijn systematisch en transparant
- Computerondersteunend
- Het doel is om data te reduceren -
Wat zijn de verschillen tussen kwantitatief en kwalitatief onderzoek?
- Kwalitatief is meer inductief, explorerend en gaat om het bouwen van een analysekader; Kwantitatief is meer deductief, toetsend en het gebruiken van een vaststaand analysekader
- Kwalitatief: cyclisch proces; Kwantitatief: lineair proces -
2 Regressie
Dit is een preview. Er zijn 5 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 2
Laat hier meer flashcards zien -
Wat zijn de voorwaarden voor een regressie?
1. Steekproeven zijn aselect gekozen en onafhankelijk
2. Variabelen meten een begrip op minimaal interval meetniveau (of categorisch)
--> kijk naar hoe de steekproef is getrokken en voor welke variabelen er data is verzameld.
3. Puntenwolk geeft een lineaire relatie aan
4. Er zijn geen uitschieters
--> kijk naar spreidingsdiagram
5. Per X-waarde is de spreiding in de Y-scores gelijk (= homoscedasticiteit)
--> maak een residuenplot en zet de voorspelde waarden op de X-as en de residuen op de Y-as: is het lineair? gelijke spreiding? uitschieter?
6. Per X-waarde zijn de Y-scores normaal verdeeld
--> we maken een histogram -
Wat is R kwadraat?
R kwadraat meet de proportie van de spreiding van Y die verklaard wordt door de lineaire relatie met X (SSmodel/SStotal) -
3 ANOVA/Tweeweg ANOVA
Dit is een preview. Er zijn 3 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 3
Laat hier meer flashcards zien -
Wat zijn de voorwaarden voor een ANOVA?
1. Afhankelijke variabele is minimaal van interval meetniveau
2. Steekproeven zijn aselect getrokken
3. Steekproeven zijn onafhankelijk van elkaar
--> controleer door te kijken naar hoe de steekproef is getrokken
--> bij één: at random verdeeld
--> bij meerdere: zorg ervoor dat er geen link is
4. Populaties zijn normaal verdeeld (N > 30)
--> controleren dmv histogrammen (onafhankelijke staat op de Y-as)
5. Populaties hebben gelijke spreiding (= homogeniteit)
--> 1. Toetsen met Levene's test (werkt niet altijd bij ongelijke N) of 2. Bekijken met boxplots, zijn de IQR's even groot? -
6 Kwalitatief alles
Dit is een preview. Er zijn 53 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 6
Laat hier meer flashcards zien -
Waaruit bestaat axiaal coderen?
- Denken vanuit codes
- Waren de codes goed?
- Kunnen er codes worden samengevoegd/verwijderd?
- Zijn er clusters die bij elkaar horen?
- Categorie omschrijven en beschrijven
- Ordenen van thema's
- Omschrijven thema's en concepten
(dmv code boom en node memo's)
Axiaal coderen fungeert als brug (boomgroep)
--> toekennen van codes die a priori uit de theorie zijn gehaald (etic) of codes die uit de data voortkomen door interpretatie onderzoek (emic)
Doel = reduceren -
Waar dienen sensitizing concepts voor?
- Creativiteit en geeft verklarende kracht
- Breed en algemeen
- Exploratief -
Waar dienen definitieve concepten (= je hebt al een theorie) voor?
- Duidelijke inhoud
- Operationele definitie
- Weet hoe je het instrument moet meten
- In een bekend veld -
Wat is generic research?
Kun je werken zonder jezelf te positioneren in een bepaalde traditie?
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden