Inleidende anesthesie of inductie
9 belangrijke vragen over Inleidende anesthesie of inductie
Welke 4 verschillende toedieningsmethoden van inductie zijn er?
Geef van elk een voorbeeld.
2. Intramusculair; ketamine, neurolept-analgesie
3. Intraperitoneaal; ketamine
4. per inhalatie; isofluraan
Waar hangt de keuze van de toedieningsmethode van af? (5x)
2. conditie
3. gezondheid
4. ingreep
5. ervaring DA met de middelen
Wat zijn de eigenschappen van de soorten Hypnotica?
- niet analgetisch
- opslag in vet waardoor opstapeling ontstaat
- daling AF en HF
- smalle veiligheidsmarge
- geven spierspanning
* Propofol
- niet analgetisch
- geen opslag in vet, dus geen opstapeling
- daling AF en HF (ademdepressie)
- gebruik bij jonge dieren of met verminderde leverfunctie
- werkt zeer kort (8-10 min)
- geen excitatie tijdens inductie en recovery
* Alfaxan
- ademdepressie
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Wat zijn de eigenschappen van Ketamine (dissociativa)?
- spierkrampen en convulsies ("ketaminestuip")
- oppervlakkige slaap
- spierspasmen
- hallucinerend
- stijging bloeddruk en HF
- naar voren blijven staan vd oogbol
- speekselen
- ooglidreflex blijft bestaan
Wanneer wordt er gekozen voor intraperitonale inductie?
Wat zijn de nadelen van intraperitonale inductie?
- veel stoffen worden intramusculair niet verdragen (barbituraten veroorzaken weefselnecrose)
- gevaar dat er in de blaas of andere buikorganen wordt gespoten
Inhalatie anesthesiemiddelen zijn in het lichaam min of meer inert. Leg uit.
Hoe kan de concentratie van het inhalatie anesthesiemiddel in het czs bepaald worden?
Wat is de bloed:gas verdelingscoëfficient?
- hoge oplosbaarheid, verlengt de inductie- en recoverytijd
- lage oplosbaarheid, verkort de inductie- en recoverytijd
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden