Baananalyse en prestatie - Functieanalyse: Fundamentele eigenschappen en praktijken
3 belangrijke vragen over Baananalyse en prestatie - Functieanalyse: Fundamentele eigenschappen en praktijken
Er zijn twee manieren om een gedragstheorie voor een baan te produceren: taakgerichte functieanalyse en arbeidersgerichte functieanalyse. Leg het verschil uit
- Arbeidersgerichte functieanalyse = Richt zich op de kenmerken van de werknemer die nodig zijn om taken uit te voeren
De volgende stap in beide analyses (taakgericht + arbeidersgericht) is het identificeren van de KSAO. Wat houdt dit in?
- Vaardigheid (Skills, zoals bijv. computer- of interpersoonlijke vaardigheden) = geoefende handeling
- Vermogen (Abilities) = Stabiel vermogen om een specifiek gedrag te vertonen
- Andere kenmerken (Other characteristics) = interesses, persoonlijkheid, etc
Een vakexpert (SME, want subject matter expert) kan tijdens een sollicitatiegesprek informatie geven over de functie. Hierbij wordt gebruik gemaakt van veel voorkomende methoden. Van functieanalyse. Licht er 4 toe
2. Interviews = praten met SME, een gestructureerd interview afnemen
3. Kritische incidenten en werkdagboeken = gebruik maken van kritieke incidenten moeten SME's de belangrijke aspecten van gedrag of prestaties in een bepaalde functie die tot succes of falen hebben geleid identificeren.
4. Vragenlijsten = SME's wordt gevraagd werknemers te beoordelen
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden