Startpagina / Samenvattingen / Basisboek methoden en technieken praktische handleiding voor het opzetten en uitvoeren van onderzoek / steekproef-groter-populatie

Onderzoekspopulatie en steekproef - Hoe kies ik een steekproef en hoe groot moet die zijn?

Q: De omvang van een benodigde steekproef hangt af van drie factoren

1. De heterogeniteit van de populatie -> hoe heterogener de groep, hoe groter de variatie kan zijn en daarom moet ook de steekproefomvang groter zijn. (bijv. respondenten tussen 18 en 65 is een meer heterogene groep dan 50+) 2. De vereiste nauwkeurigheid -> voor nauwkeurigheid tot een paar procent is een grotere steekproef nodig dan globaal 3. Het karakter van het onderzoek -> experiment is 30 respondenten per experimentele conditie. Survey -> meer subpopulaties en daarom veel meer respondenten nodig.

Q: Hoe bepaal je voor wat voor soort steekproef je moet kiezen?

Als de operationele populatie klein is dan gehele populatie nemen, anders steekproef Bij steekproef: kan je rechtstreeks elementen trekken of moet het getrapt gebeuren? Belangrijke vraag hierbij is of je toegang hebt tot een steekproefkader (of in geval van meertrapssteekproef, tot steekproefkaders) Zo ja? Dan aselecte steekproef . Zo nee? Dan selecte steekproef . (Dit kan per trap verschillen)

Q: Hoe bepaal je hoe groot de steekproefgrootte moet zijn?

Dit hangt af van een aantal factoren : De heterogeniteit van de populatie (verschillend) Bij heterogene populatie moet de steekproefomvang groter zijn. De nauwkeurigheid van de onderzoeksresultaten . Hoe nauwkeuriger je de resultaten wilt hebben hoe groter de steekproefomvang. Het soort onderzoek : voor een experiment minder respondenten dan voor een survey

4 belangrijke vragen over Onderzoekspopulatie en steekproef - Hoe kies ik een steekproef en hoe groot moet die zijn?

De omvang van een benodigde steekproef hangt af van drie factoren

1. De heterogeniteit van de populatie -> hoe heterogener de groep, hoe groter de variatie kan zijn en daarom moet ook
de steekproefomvang groter zijn. (bijv. respondenten tussen 18 en 65 is een meer heterogene groep dan 50+)
2. De vereiste nauwkeurigheid -> voor nauwkeurigheid tot een paar procent is een grotere steekproef nodig dan globaal
3. Het karakter van het onderzoek -> experiment is 30 respondenten per experimentele conditie. Survey -> meer subpopulaties en daarom veel meer respondenten nodig.

Lossere benaderingen om de omvang (van de benodigde steekproef) te bepalen:

- absolute minimum 30, voorzichtigheidshalve 100 eenheden, zeker wanneer je vergelijkingen wilt maken tussen subgroepen
- vooruitlopen op de analysefase nagaan hoeveel cellen een kruistabel van twee variabelen zal omvatten. De minimale
omvang van de steekproef is dan het aantal cellen maal 25 eenheden
- de omvang van de steekproef laten afhangen van de tijd die je hebt en het geld waarover je beschikt

Kijk in literatuur naar de steekproefomvang die onderzoekers in vergelijkbaar onderzoek hebben gebruikt.

Hoe bepaal je voor wat voor soort steekproef je moet kiezen?

Als de operationele populatie klein is dan gehele populatie nemen, anders steekproef
Bij steekproef:

kan je rechtstreeks elementen trekken of moet het getrapt gebeuren?
Belangrijke vraag hierbij is of je toegang hebt tot een steekproefkader (of in geval van meertrapssteekproef, tot steekproefkaders)
Zo ja? Dan aselecte steekproef.
Zo nee? Dan selecte steekproef. (Dit kan per trap verschillen)

Hoe bepaal je hoe groot de steekproefgrootte moet zijn?

Dit hangt af van een aantal factoren:

De heterogeniteit van de populatie (verschillend) Bij heterogene populatie moet de steekproefomvang groter zijn.
De nauwkeurigheid van de onderzoeksresultaten. Hoe nauwkeuriger je de resultaten wilt hebben hoe groter de steekproefomvang.
Het soort onderzoek: voor een experiment minder respondenten dan voor een survey