Samenvatting: Basiskennis Calculatie | H H Hamers, et al
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Basiskennis calculatie | drs. H.H. Hamers / drs. W.J.M. de Reuver
-
1 Elementaire berekeningen
Dit is een preview. Er zijn 14 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1
Laat hier meer flashcards zien -
1-1. Waarom is de volgende opmerking onjuist? 'De nettowinst is gelijk aan de brutowinst minus de verkoopkosten.'
De opmerking moet zijn: 'De nettowinst is gelijk aan de brutowinst min de overige kosten'. De overige kosten zijn gelijk aan de bedrijfskosten exclusief de inkoopprijs van de omzet. -
1-3. Noem 2 oorzaken waardoor de balanswaarde van vaste activa afneemt.
1. Afschrijvingen2. Desinvesteringen -
1-5. Is de volgende zin juist? Motiveer je antwoord. 'De omzetbelasting is een verbruiksbelasting die berekend wordt over de behaalde omzet; de btw is een verbruiksbelsting die berekend wordt over de toegevoegde waarde'.
Het eerste deel van de zin is onjuist; de btw wordt berekend over de toegevoegde waarde. Het btw-systeem is in de plaats gekomen van het systeem waarbij de belasting werd berekend over de omzet. -
3 Goederenhandel
Dit is een preview. Er zijn 5 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 3
Laat hier meer flashcards zien -
Welke 2 soorten kortingen onderscheiden we?
1. Kortingen op het gewicht- extratarra (gewicht van de extra verpakking)- tarra (gewicht van de normale verpakking)- rafactie (korting voor tijdens vervoer opgelopen lichte beschadigingen)2. Kortingen op de prijs- rabat (korting bij aankoop van een grote hoeveelheid tegelijk)- contant (korting bij betaling binnen tevoren afgesproken termijn) -
De meest gangbare leveringscondities in binnenland en buitenland:
Binnenland:- Franco huis (goederen worden bij koper afgeleverd op kosten van verkoper)Buitenland:- Free On Board (FOB) (verkoper zorgt ervoor dat goederen worden ingeladen in een schip in een bepaalde aflaadhaven) -
Factuur / nota / rekening
Overzicht van geleverde goederen of diensten met prijs, kwaliteit, bijkomende kosten en kortingen. -
5 Kostensoorten
Dit is een preview. Er zijn 15 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 5
Laat hier meer flashcards zien -
5-3 a. Wat is er bijzonder aan de interestkosten?
Interest is geen afzonderlijke kostensoort. Interest is onverbrekelijk verbonden met de andere kostensoorten. -
5-3 b. Moet over het in de onderneming geïnvesteerde eigen vermogen ook interest berekend worden? Motiveer je antwoord.
Ja, ook nu is het een vergoeding voor het ter beschikking stellen van vermogen. -
5-8. De btw wordt weleens tot de kostprijsverhogende belastingen gerekend. Om welke reden is dit in feite onjuist?
De btw behoort niet tot de kostprijs, omdat deze belasting volledig door de consument moet worden betaald en dus niet tot de kosten voor de ondermening wordt gerekend. -
5-9. De btw kan door de overheid worden verhoogd of verlaagd.A) Waarom staat een ondernemer hier meestal onverschillig tegenover?B) Welk nadeel zal de onderneming van een verhoging kunnen hebben?
A) Omdat de btw door de consument wordt gedragen, ondervindt de ondernemer geen voordeel of nadeel van een verhoging.B) De prijs die de consument moet betalen wordt hoger. De koopkracht van de consument neemt af, waardoor de consument minder artikelen kan kopen.
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden