Visie, een samenstel van referentiekaders en waardekaders - Referentiekaders

5 belangrijke vragen over Visie, een samenstel van referentiekaders en waardekaders - Referentiekaders

Wat is het uitgangspunt van het sociaalpsychologisch referentiekader?

De sociale psychologie richt zich op twee deelterreinen, enerzijds de sociale invloeden op het individuele functioneren en anderzijds het individuele functioneren in sociaal opzicht. Het begrip ‘sociaal’ verwijst hierin naar andere mensen.

Waarom is het systeemtheoretisch referentiekader relevant binnen het sociaal werk?

  • Het richt zich op gebieden waar sprake is van meerdere cliënten samen, zoals partnerrelatie, gezin, groep, netwerk.
  • Het richt zich op de circulaire benadering. Zo kunnen enerzijds problemen geanalyseerd worden en anderzijds wordt de hulpverlener onderdeel van de hulpverleningsinteractie waar deze circulaire processen ook gelden.

Wat is het uitgangspunt van het sociaalecologisch referentiekader?

Hier gaat het om een manier van kijken die van het belang van de sociale omgeving uitgaat. Problemen in het psychosociaal functioneren zijn een gevolg van een evenwichtsstoornis tussen persoon en omgeving. Hierbij wordt gekeken naar de totale omgeving: zijn materiële en immateriële hulpbronnen; zijn sociale netwerk. Het sociale netwerk rondom de cliënt wordt geactiveerd.
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Wat is het uitgangspunt van het maatschappelijk referentiekader?

De invloeden en processen van buitenaf hebben hun weerslag op de ervaringen en processen binnen de persoon. De hulpverlener en cliënt opereren in maatschappelijke context, zij zelf en hun leef- en werkomgeving zijn mede maatschappelijk bepaald.

Uit welke twee deeltheorieën bestaat het maatschappelijk referentiekader? en er is nog een derde...

  • Etiketteringstheorie: op basis van onderlinge ervaringen wordt een bepaald verwachtingspatroon gecreëerd.
  • Socialecontrole/sociale-integratietheorie: hoe beter de sociale integratie van een persoon in een groep, hoe sterker de controle van die groep op die persoon.
  • differientiële associatietheorie; iedere groep heeft zijn eigen subcultuur, bijvoorbeeld bij een jeugdbende, het individu maakt het gedragspatroon en de waarden en normen in de groep door een leerproces eigen.

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo