Startpagina / Samenvattingen / Basistheorie Makelaar Bouwkunde Deel 3 / open-gesloten-verbranding

Gasinstallaties

15 belangrijke vragen over Gasinstallaties

Waar mag géén gasinstallatieleiding gelegd worden?

1) De spouw (behalve voor doorvoer met een mantelbuis);

2) Schoorsteen- afvoer en ventilatiekanaal

3) Liftschachten

Waaraan moet een leiding voldoen, wil die door worden gevoerd door een vloer of wand?

1) Moet geschieden middels een mantelbuis en moet 50mm doorsteken.

2) Mogen niet in de buitenspouwmuur worden aangelegd. Deze muur is vaak vochtig, waardoor de leiding wordt aangetast.

3) De leidingen mogen niet door schoorsteen of ventilatiekanalen worden gevoerd;

4) Als men leidingen wil wegwerken, worden wel leidingkokersgemetseld. Een leidingkoker moet wel bereikbaar blijven. Bijv. door één zijde gedeeltelijk te voorzien van een afneembaar schot.

Wat is een gesloten verbrandingssysteem?

Het gasverbruikstoestel betrekt zijn zuurstof rechtstreeks van buiten en haalt deze niet meer uit het vertrek waarin het systeem staat. De toegevoegde zuurstof wordt opgewarmd door de hete afvoergassen en wordt zo gebruikt om de verbranding op een hogere temperatuur te laten beginnen.

Aan welk keurmerk moeten installaties voldoen?

Het CE keurmerk

Welke drie opstellingsmogelijkheden zijn er?

1) Open toestel in een open openstellingsruimte.

2) Open toestel in een gesloten opstellingsruimte.

3) Gesloten toestellen in opstellingsruimten.

Wat is een open toestel in een open opstellingsruimte?

Bijvoorbeeld een keuken of een zolder. Een badkamer is verboden. Alleen als men volledige verbranding van gas kan garanderen, mogen open verbrandingstoestellen in willekeurige ruimtes staan.

Hoe wordt volledige verbranding gerealiseerd bij een open toestel in een open opstellingsruimte?

Voldoende luchttoevoeropeningen, deze mogen niet afsluitbaar zijn. Tevens moeten de openingen in verbinding staan met de buitenlucht. Deze openingen mogen in een aangrenzend vertrek zitten, maar dan moeten tussen de vertrekken ook voldoende openingen zijn aangebracht.

Welke eisen worden er aan de luchtafvoeropeningen gesteld?

1) De openingen mogen niet afsluitbaar zijn;

2) De openingen moeten zo hoog mogelijk worden aangebracht;

3) Rekening houden met afstanden tot erfgrens i.v.m. rookhinder

Welke 6 eisen worden gesteld aan gesloten opstellingsruimten?

1) De ruimte moet luchtdicht afgescheiden zijn van de rest van de woning;

2) Toegangsdeur moet zelfsluitend zijn.

3) Vrije hoogte voor de toestellen moet minimaal 1800mm zijn.

4) Toegangsdeur mag zich niet bevinden in de woon- slaap- of badkamer.

5) Temperatuur mag niet boven de 40 graden uitkomen.

6) Er mag geen bevriezingsgevaar zijn.

Waar mogen gesloten toestellen in opstellingsruimten worden geplaatst?

In principe overal, meestal wordt gekozen voor voor de plek waar de afvoerleiding het kortst is.

Verklaar waarom er grote zorg besteed moet worden aan de afvoer van de verbrandingsgassen.

Bij de verbranding van aardgas komen koolmonoxide en stikstofoxyden vrij. Dat zijn gevaarlijke stoffen die zo goed mogelijk moeten worden afgevoerd.

Waarom zit in een HR-ketel een ventilator om de verbrandingsgassen af te voeren?

Om verbrandingsgassen af te voeren. Deze gassen zijn namelijk zo erg afgekoeld dat ze het afvoerkanaal uit zichzelf niet meer verlaten. (Geen thermische trek meer). Door een ventilator toe te passen is men ook niet meer afhankelijk van de manier waarop de gassen het gebouw verlaten. Dat kan ook op een horizontale manier gebeuren

Hoe groot is de gasdruk in een woning?

30mbar

Waarom moet de opening tussen dienstleiding en mantelbuis dicht worden gemaakt?

1) Ter plaatse van de fundering geen grond of pendulair water in de kruipruimte kan stromen;

2) Ter plaatsen van de begranegrondvloer er geen open verbinding ontstaat tussen de kruipruimte en binnenruimte.

Wat is het voordeel van het plaatsen van gesloten verbrandingstoestellen? Verklaar.

Een gesloten verbrandingstoestel haalt zijn verbrandingslucht direct van buiten. Groot voordeel is dat er dan geen ventilatievoorzieningen nodig zijn. Bovendien kan het toestel bijna overal worden geplaatst. Ander voordeel is dat de koude toevoerlucht (van buiten) langs de warme afvoergassen stroomt, waardoor deze wordt opgewarmd. Daardoor kan de verbranding op een hogere temperatuur beginnen.

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

Basistheorie Makelaar Bouwkunde Deel 3 | A van Raalte

Bekijk samenvatting

Een unieke studie- en oefentool
Nooit meer iets twee keer studeren
Haal de cijfers waar je op hoopt
100% zeker alles onthouden

Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.

Studiemateriaal generieke omslagafbeelding

Gasinstallaties

15 belangrijke vragen over Gasinstallaties

Waar mag géén gasinstallatieleiding gelegd worden?

Waaraan moet een leiding voldoen, wil die door worden gevoerd door een vloer of wand?

Wat is een gesloten verbrandingssysteem?

Aan welk keurmerk moeten installaties voldoen?

Welke drie opstellingsmogelijkheden zijn er?

Wat is een open toestel in een open opstellingsruimte?

Hoe wordt volledige verbranding gerealiseerd bij een open toestel in een open opstellingsruimte?

Welke eisen worden er aan de luchtafvoeropeningen gesteld?

Welke 6 eisen worden gesteld aan gesloten opstellingsruimten?

Waar mogen gesloten toestellen in opstellingsruimten worden geplaatst?

Verklaar waarom er grote zorg besteed moet worden aan de afvoer van de verbrandingsgassen.

Waarom zit in een HR-ketel een ventilator om de verbrandingsgassen af te voeren?

Hoe groot is de gasdruk in een woning?

Waarom moet de opening tussen dienstleiding en mantelbuis dicht worden gemaakt?

Wat is het voordeel van het plaatsen van gesloten verbrandingstoestellen? Verklaar.

Samenvattingen die gerelateerd zijn aan Gasinstallaties

Basistheorie Makelaar Bouwkunde Deel 3

Vakboek basisopleiding pedicure

Pedicure 2

Beauty level basics 2

Klein Vaarbewijs 1 & 2

Cursusboek klein vaarbewijs I en II : studie…

Algemene bouwkunde voor makelaars

Alles wat u moet weten voor het examen klein…

Anatomie & Fysiologie

Anatomie & Pathologie

Hygiëne, arbo en milieu

vaarbewijs 1