Persoonlijk voornaamwoord - Voornaamwoord
5 belangrijke vragen over Persoonlijk voornaamwoord - Voornaamwoord
Eigenschap persoonlijk voornaamwoord?
ik, mij, me - wij, we, ons
jij, je, jou, u - jullie, u
hij, hem, 'm, zij, ze, haar (d'r), het, 't - zij, ze, hen, hun
Wat is een uitzondering bij persoonlijk voornaamwoorden?
Zich is dan geen persoonlijk voornaamwoord
Vormen van zich: me, je, zich en ons
vb. Zich vergissen: ik heb me vergist
Zich schamen: Jij schaamt je zeker wel voor die fout
Wat zijn de 2e persoon bezittelijk voornaam woorden
Meervoud: Jullie, je , uw
Die gele fiets is de jouwe
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Kenmerk aanwijzend voornaamwoord?
Heb jij die/deze cadeautjes nog gezien?
Pieter droeg dezelfde/zo'n stropdas als Bernard
Dat/dit meisje kocht een leuk zomerjurkje
Kenmerk vragend voornaamwoord?
Vaak aan begin van zin
Wie
Wat
Welke
Wat voor een
Wiens
Wie geeft hem dat?
Welke tas is van jou?
Wat voor een merk fiets heb jij gekocht?
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden