Samenvatting: Bedreigt Rechtsvinding De Rechtszekerheid? ... | Klink

Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Bedreigt rechtsvinding de rechtszekerheid? Een kritisch-hermeneutische visie op de rol van de rechter in het materiele strafrecht. | Klink

• 1 Grenzen aan de interpretatievrijheid

  Dit is een preview. Er zijn 3 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1
  Laat hier meer flashcards zien

• Wat bepleiten Groenhuijsen en Wiemans?

  Een procedurele benadering van het analogieverbod, volgens welke in gevallen van redelijke twijfel de rechter de oplossing van het probleem in kwestie moet overlaten ana de wetgever.

• Wat zegt De Hullu ten aanzien van het analogieverbod?

  Hij acht een algeheel verbod op analogie niet haalbaar, aangezien in concrete gevallen de grens tussen extensieve interpretatie en analogische interpretatie moeilijk te trekken zou zijn.

• Wat houdt de problematisering van de extensieve interpretatie van De Hullu in?

  onder specifieke voorwarden en mits goed gemotiveerd is extensieve interpretatie toelaatbaar.

• 2 Enkele visies op rechtsvinding

• Welke twee vormen rechtsvindingleer kan worden onderscheiden?  

  Het legisme en de juridische hermeneutiek.

• 2.1 Het legisme

  Dit is een preview. Er zijn 5 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 2.1
  Laat hier meer flashcards zien

• Wat betekent de wet in de legistische versie?

  De wet in formele zin is de belangrijkste rechtsbron. de wet is democratisch tot stand gekomen en moet daarom zo getrouw mogelijk worden uitgelegd. de rechter wordt geacht de wet toe te passen volgens het schema van het syllogisme. de feiten van het geval worden onder een algemene regel gebracht en hieruit volgt logisch dwingend een conclusie.

• Welke interpretatie voert de boventoon in het legisme?

  De grammaticale interpretatie; teneinde de betekenis van een rechtsregel vast te stellen, dient de rechter zich zoveel mogelijk te houden aan de letterlijke betekneis van de erin gebezigde woorden.

• Wat wordt erkend in de legistische visie?

  De rechter is geen subsumptieautomaat. Elk woord vraagt uitleg.

• Waar Wordt naast het feit dat elk woord uitleg behoeft nog meer aan vastgehouden in de legistische visie?

  De notie van een wezenlijke objectieve betekenis van een rechtsregel, die onafhankelijk van de feiten van het geval kan worden vastgesteld. Zo niet door middel van een letterlijke uitleg dan wel door te kijken naar de bedoeling van de wetgever (de wetshistorische interpretatie) of naar het systeem van de wet (systematische interpretatie).

• Wat betekent het dat interpertatie in de legistische visie neerkomt op een semantische operatie op een voorgegeven inhoud?

  In de moeilijke gevallen dient de rechter met behulp van de bestaande interpretatiemethoden een oplossing te vinden die niet alleen redelijk aansprekend en rechtvaardig is, maar vooral ook aansluit bij de doelstelling van het recht en past binnen het rechtssysteem.

• Wat is de opvatting van Langemeijer in de legistische visie?

  Elke norm heeft een objectieve betekenis die door grammaticale uitleg of teleologische uitleg (extensieve interpretatie) kan worden gevonden.Bij analogie is dat juist omgekeerd. Hier staat niet de logische subsumptie maar het waarderingsoordeel voorp. Analogische rechtstoepassing rekt de grenzen van de eigenlijke norm op onaanvaardbare wijze op en moet dus worden verboden.