Rechterlijke controle - Het toetsingsverbod
9 belangrijke vragen over Rechterlijke controle - Het toetsingsverbod
Hoe legt een Nederlands rechter het toetsings- verbod uit
Wat zijn redenen tegen het toetsingsverbod?
Ten eerste maken grondwetsbepalingen deel uit van een herinterpretatie van ontwikkelingen in het juridisch denken. Een formele wet (toen in overeenstemming geacht met de Grondwet) hoeft dat naar huidige opvatting niet meer te zijn.
Ten tweede is er het verdragsargument: wat heb je aan het verbod van toetsing van formele wetgeving aan grondrechten, terwijl toetsing aan soortgelijke verdragsbepalingen/Unierecht wel is toegestaan?
Opheffing van het toetsingsverbod valt te verdedigen wanneer de toetsing wordt toegespitst op de concrete omschrijving van grondrechten, men aandacht vestigt op overeenstemming met internationale jurisprudentie en terughoudendheid van de rechter benadrukt.
Wat is de ratio achter het toetsingsverbod.
Verder bevat het grootste deel van de bepalingen organisatierecht, procedureopdrachten en wetgevingsopdrachten zodat een toetsing doorgaans niks toevoegt voor de democratische rechtsstaat.
Nederland is een eenheidsstaat zodat federale wetgeving van federale overheden hier niet bestaat en getoetst moet worden aan de grondwet. Zoals bijvoorbeeld in Amerika en Duitsland.
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Wat wordt er bedoeld met een verklaring van grondwettelijke onverenigbaarheid?
In de literatuur wordt gepleit voor het uitgeven van een verklaring van grondwettelijke onverenigbaarheid: de rechter is bevoegd te verklaren dat een nationale wet onverenigbaar is met de Grondwet, maar het is aan de wetgever hier conclusies uit te trekken.
Voordeel is dat de wetgever het laatste woord houdt en de Grondwet een levender document wordt.
Onder welke voorwaarden zou het toetsingsverbod wel kunnen worden opgeheven
De rechter krijgt niet de bevoegdheid om een wet te vernietigen wel om de wet buiten toepassing te laten. Tevens zou de rechter een termijn kunnen stellen waarbinnen de wetgever de grondrechtenschending zelf kan oplossen .
Wat besliste de Hoge Raad in het Landbouwvliegers-arrest (1986)?
Wat besliste de Hoge Raad in het Harmonisatiewet-arrest? (1989)
In deze zaak werd toetsing verzocht aan het rechtszekerheidsbeginsel. De Hoge Raad overwoog dat hij de wet weliswaar in strijd achtte met het rechtszekerheidsbeginsel, maar dat de strekking van art. 120 Gw zich er tegen verzet dat de rechter de formele wet aan fundamentele rechtsbeginselen toetst.
Juist, omdat blijkens het Harmonisatiewets-arrest de rechter geen mogelijkheid ziet formele wetten aan het rechtszekerheidsbeginsel te toetsen, verdient het aanbeveling dat de wetgever zelf zich in het kader van het wetgevingsproces meer om dit aspect zal bekommeren.
Waarom is toetsing aan fundamentele rechtsbeginselen problematisch?
Bij toetsing van de wet aan de Grondwet behoudt de wetgever, in zijn gedaante als grondwetgever, de mogelijkheid zo nodig de Grondwet te wijzigen, en daarmee de door de rechterlijke macht uitgezette lijnen terug te buigen. Bij de toetsing aan algemene rechtsbeginselen, met als legitimatie die beginselen zelf, zou deze mogelijkheid afwezig zijn.
Nu kan uit art. 94 Gw in samenhang met art. 120 Gw afgeleid worden dat een dergelijke toetsing wel mogelijk is voor zover die beginselen in een ieder verbindende verdragsbepalingen zijn vervat.
Leg uit op welke wijze preventief en repressief bestuurlijk toezicht wordt uitgeoefend op het functioneren van de decentrale overheden.
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden