Samenvatting: Belastingheffing Van Concerns

Studiemateriaal generieke omslagafbeelding
  • Deze + 400k samenvattingen
  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
LET OP!!! Er zijn slechts 47 flashcards en notities beschikbaar voor dit materiaal. Deze samenvatting is mogelijk niet volledig. Zoek a.u.b. soortgelijke of andere samenvattingen.
Gebruik deze samenvatting
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo

Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Belastingheffing van Concerns

  • Week 1 Inleiding en winstdrainage

    Dit is een preview. Er zijn 3 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 01/01/2021
    Laat hier meer flashcards zien

  • Wat zijn de eisen van art.10a?

    1. Er is sprake van groepslening (rente op een schuld, schuldig blijven van aan een verbonden lichaam)
    2. En een besmette rechtshandeling (winstuitdeling, kapitaalteruggaaf (= teruggaaf van gestort kapitaal zowel formeel als informeel), (in)formele kapitaalstorting of koopsom van aandelen)
    3. Een verband tussen 1 en 2 waardoor er respectievelijk sprake is van bestemmingsverband of een herkomst verband.
  • Valutaresultaten vallen ook onder niet aftrekbare kosten bij het bepalen van de winst, als die samenhangen met één van de in art. 10a genoemde rechtshandelingen. Waarom is dat zo? Noem ook het wetsvoorstel van Prinsjesdag 2020 dat in is gegaan per 1 januari 2021.

    Zie ook het arrest over het Bosal gat. Plussen en minnen volgens de HR: ze moet ze algebraïsch opvatten (vaak volgens de HR) dus dan zou de valutawinst vrij worden gesteld!

    Valutaverlies is ook gunstig als jij een schuld hebt aan een concernonderdeel waarbij die valuta daalt: de schuld is dan minder waard en je hebt dus een lagere schuld, ook wel een positief valutaresultaat/winst. Nu zou de aftrekbeperking niet moeten worden toegelaten en per schuld dit moeten worden beoordeeld.
  • Om onder 10a te vallen moet er sprake zijn van een zgn. Verbonden Lichaam (zie afbeelding). Dat kan alle kanten op. Stel dat de moeder een belang bezit van meer dan 1/3 in zowel de X als de Z. Heeft Z dan een belang in X? En X in Z? 

    Ja. Maar dat moet dus wel via de Moeder en minimaal 1/3 anders gelden ze niet als verbonden lichaam.
  • Een aantal begrippen in dit artikel zijn eigenlijk wat vaag geformuleerd.Wat bedoelt art 10a met 'een belang' in zo'n verbonden lichaam?Als je minder dan 33.33% van zo'n belang hebt in een lichaam, ben je dan niet verbonden?

    1. Er moet sprake zijn van méér dan alleen aandelen houden, en ook meer dan zeggenschapsrechten of stemrechten o.id. Wat dat is is niet duidelijk.
    2. Stel dat in dit plaatje de X BV niet één moeder zou hebben maar wel 4 dan hebben die moeders allemaal een belang van een kwart. Maar dat is kunstmatig dus toen heeft de wetgever gezegd dat er sprake is van een samenwerkende groep, dat je dus naar het geheel moet kijken en dus wel verbonden bent). Maar wanneer er dan precies sprake is van een samenwerkende groep wordt verder ook niet nader gespecificeerd.
  • Wat is het gevolg als art. 10a Wet VPB '69 van toepassing is? Leg ook uit wat de tegenbewijsregeling inhoudt: wat er dus precies getoetst moet worden.

    In het geval o.g.v. Art. 10a lid 1 en 2 wordt de aftrek van de kosten die gepaard gaan met het maken van de schuld, niet toegestaan behoudens de in lid 3 genoemde tegenbewijs regeling. Dan moet de belastingplichtige aannemelijk maken dat er sprake is van een schuld waar zakelijke overwegingen aan ten grondslag liggen. Zakelijk in dit lid en artikel betekent dat de schuld om niet fiscale redenen is aangegaan. Er moet dan getoetst worden of de (besmette) rechtshandeling en de schuld die daarom/daarvoor/daardoor is ontstaan beiden overwegend op zakelijk gestoelde overwegingen zijn gebaseerd.
  • Noem een voorbeeld van een Moeder met een Dochter en een Zuster-vennootschap die onder 10a zou kunnen vallen.

    Moeder en dochter zijn allebei gevestigd in Nederland terwijl de Zuster in een laagbelast land is gevestigd. De Zuster verstrekt een lening aan de dochter-vsp. De dochter betaalt dus rente en die is aftrekbaar als rentekosten in beginsel. Het EV daalt daardoor.
    Dochter keert dividend uit aan de Moeder. 

    M.a.w. Er is sprake van een schuld met een verbonden lichaam en dat geld van die lening wordt gebruikt om (heeft de bestemming van) een dividend uit te keren, een zgn. Bestemmingsverband.
  • Wat is een samenwerkende groep?

    Er gecoördineerd wordt. Maar wat precies is de wetgever waaarschijnlijk intentioneel vaag over om te voorkomen dat men onder dat begrip kan uitkomen.
  • Wat is de gedachte achter de samenwerkende groep en daarin al die verbonden lichamen?

    Dat het geld van de besmette rechtshandeling wordt gebruikt om (vandaar het causale verband tussen schuld (bpl en vl) en besmette r.h. (tussen bpl en vl) een belastingvoordeel te genereren. Eigenlijk voorkomen dat de vennootschap die misschien niet direct de rechtshandeling verricht, wel gedekt wordt door de rechtsregel. Maar er moet daarom ook sprake zijn van een verband.
  • Hoe - in het licht van deze week vooral bezien en bij een beroep doen op de tegenbewijsregeling - speelt het woord 'omleiding' een rol?

    Dat is het lopen van een bepaalde rechtshandeling en de keuze voor financiering binnen een groep. Je kiest dan voor VV-financiering ipv EV en hoe meer schakels en minder direct die schuld is aangegaan (keuze voor een bepaalde structuur), des te meer je de schijn tegen je hebt. In het geval van acquisitie kun je bijvoorbeeld een Nederlands bedrijf overnemen. Het moet dus gaan om niet fiscale beweegredenen en hoe meer die aanwezig zijn (alle entiteiten, op groepsniveau, de betrokken partijen) des te groter de kans dat je tegenbewijsregeling faalt.
  • Fraus legis wordt niet overbodig geacht vanwege het bredere toepassingsbereik. Noem 2 voorbeelden waardoor 10a niet meer van toepassing zou zijn:

    1. Doordat je geen schuld meer hebt maar deze omzet in een lijfrenteverplichting
    2. Doordat je in strijd met de hele wet vpb als zodanig handelt. Maar hier speelt sneller rechtsonzekerheid als bpl, want wat valt er nog binnen en wat buiten de scope van die wet?
LET OP!!! Er zijn slechts 47 flashcards en notities beschikbaar voor dit materiaal. Deze samenvatting is mogelijk niet volledig. Zoek a.u.b. soortgelijke of andere samenvattingen.

Om verder te lezen, klik hier:

Lees volledige samenvatting
Deze samenvatting +380.000 andere samenvattingen Een unieke studietool Een oefentool voor deze samenvatting Studiecoaching met filmpjes
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Onderwerpen gerelateerd aan Samenvatting: Belastingheffing Van Concerns