Samenvatting: Beroepsethiek
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Beroepsethiek
-
1 Moraal en ethiek (Beginselethiek en gevolgen ethiek)
Dit is een preview. Er zijn 9 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1
Laat hier meer flashcards zien -
Moraal->Latijns mos -> Zede gewoonte->
Waarden en normen -> opvattingen over wat er waardevol is in het leven -> niet af te leiden van de werkelijkheid-> verbonden aan een levenvisie, idealen over hoe het leven zou moeten zijn. -
Niet alle omgangsvormen zijn morele normen
ook fatsoensnormen Binnen verschillende groepen zijn soms ook andere gedragsregels -
Morele kwesties spelen op verschillende niveaus
• Microniveau : vragen over de manier waarop je van mens tot mens met elkaar zou moeten omgaan. (morele vragen spelen een rol in alle menselijke situaties)
• Macroniveau : over de manier waarop de samenleving moet worden ingericht (verdeling welvaart,opvang vluchteling enz)-> politieke keuzes
• Mesoniveau: organisaties maken morele keuzes die ook hun neerslag vinden in de visie van de instelling. -
Als we ons richten op de waaren en het debat laten gaan over de normen die we daaruit kunnen afleiden
gaat het over de vraag wat we wezenlijk waardevol vinden in het leven -
De juistheid van het moreel handelen kunnen we afmeten aan de waarden en normen
kijken na de intenties van waaruit de persoon gehandeld heeft. -
Als een intentie voorkomt vanuit een vaste goede eigenschap van de persoon en niet vanuit een eenmalige ingeving
Deugd -> goede eigenschap die het handelen van een mens bepaalt. -> komen overeen met waarden/zijn gekoppeld aan waarden -> moed, zorgzaamheid, hoop, respect -
In onze tijd is welke deugd hoog aangeschreven
zorgzaamheid een deugd die hoog staat aangeschreven -
1.2 Descriptieve, normatieve, prespectieve
Dit is een preview. Er zijn 34 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.2
Laat hier meer flashcards zien -
Ethiek -> grieks ethos zede/gewoonte -> de wetenschap die morale vragen bestudeerd -> kan op twee manieren:
descriptieve en normatieve ethiek -
3e type ethiek-> metaethiek (boven)
gaat hierbij over morele vraagstukken van een hogere abstract niveau.
vb: Normen en waarden veranderen-> kritisch nadenken en bijstellen-> daarom worden beroepscodes vaak herzien. -
Aantal fundamentele kritiekpunten op het ethisch cultureel relativisme
• Leidt tot morele verlamming-> geeft geen basis van waaruit je kritiek kunt geven op morele praktijken
• Het maakt hervorming in principe verwerpelijk omdat het ingaat tegen de culturele opvattingen die op dat moment heersen
• Als alles relatief is, kan tolerantie ook geen universele waarde zijn.
Tegenover cultureel relativisme-> universalisme-> men gaat er vanuit dat fundamentele morele principes universeel geldig zijn en toepasbaar op vergelijkbare mensen in vergelijkbare situaties.
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden