Samenvatting: Bestuur En Beleid Eindtentamen
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Bestuur en beleid eindtentamen
-
1 Week 1
Dit is een preview. Er zijn 1 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1
Laat hier meer flashcards zien -
Er zijn vier verschillende perspectieven om beleid te onderzoeken, deze vier perspectieven geven je verschillende vormen van kennis. Ze kunnen alle vier naast elkaar bestaan:
1. Rationeel-analytisch
2. Politiek
3. Institutioneel
4. Cultureel-discursief -
1.1 1.2 Bekkers h3 + Kennisclip: Benaderingen van beleid
Dit is een preview. Er zijn 4 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.1
Laat hier meer flashcards zien -
Tussen alle verschillende benaderingen is sprake van convergentie,wanneer je let op de manier waarop bij de ontwikkeling en uitvoering van een bepaald beleidsprogramma de werkelijkheid wordt gecreëerd. Beleid krijgt vorm en inhoud door interactie, deze interactie wordt bepaald door een aantal factoren die elke benadering echter onderscheidend maakt:
1. Kennis en informatie de definitie van de werkelijkheid kleuren.
2. Wordt deze interactie bepaald door de belangen die op het spel staan.
3. Kan dit beeld van de werkelijkheid ook begrepen worden op grond van het proces van betekenisverlening.
4. Het is van belang om duidelijk te maken dat interactie niet onbegrensd is. -
Dit perspectief veronderstelt dat beleid het meest effectief/doeltreffend (d.w.z. het behalen van doelen) en efficiënt/doelmatig is (d.w.z. zo min mogelijk resources gebruiken en verspillen). Wat zegt het over het over kennis en informatie?
Informatie en kennis is de belangrijkste bron om beleid te maken, het liefst wetenschappelijke. Daarnaast kunnen ze wel Normatieve overwegingen hebben.
Bijvoorbeeld: De wetenschap kan een oplossing bieden, maar dat is niet passend of haalbaar in de huidige staat van de samenleving, dus wordt deze niet uitgevoerd. Een voorbeeld is opnieuw in lockdown gaan voor de coronabesmettingen, maar daar is geen draagvlak voor vanuit de samenleving. -
Wat beschrijft de politieke benadering het best: (a.d.h.v. Kenmerken etc)
Beleid als uitkomst van politieke machtsstrijd. Dit perspectief stelt dat beleid voortkomt uit de machtsstrijd tussen belanghebbenden, zoals politieke partijen, belangenorganisaties, burgers, adviesraden en het middenveld.
Kenmerken:- Macht en belangen. Wie heeft het meeste maatschappelijke macht om een stempel te drukken op het beleid en zijn eigen belang te verzilveren?
- Het Beleidsproces is als machtsstrijd, die ook voortmoddert als het beleid geïmplementeerd wordt. Het beleid kan nog dan aangepast worden.
- Beleidsinstrumenten worden gekozen op basis van machtsbronnen.
- Beoordeling op basis van belangen: wie wint? (individualistisch?)
- Macht en belangen. Wie heeft het meeste maatschappelijke macht om een stempel te drukken op het beleid en zijn eigen belang te verzilveren?
-
Benoem het volgende per visie op beleid: Beleid is een uitkomst van:
Beleid is de uitkomst van: rationele besluitsvorming
Beleid is de uitkomst van: onderhandelingen
Beleid is de uitkomst van: wensen en intenties en opvattingen van de samenleving
Beleid is de uitkomst van: gegroeide regels en praktijken. -
2 Week 2; HC - De rationale benadering
Dit is een preview. Er zijn 9 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 2
Laat hier meer flashcards zien -
De klassieke benadering / rationeel analytische benadering staan aan de basis van twee grondleggers:
Wilson (was president) en Weber (socioloog en grondlegger van de bureaucratie). -
De beleidstheorie wordt ontwikkeld als basis van het beleid. Het is een samenhangende set van oorzaken, gevolgen, doelen en middelen. Het is geen theorie in wetenschappelijke zin, maar een:
Handelingstheorie -
Na de beleidsuitvoering komt de evaluatie, de laatste stap in de beleidscyclus. Vanuit dit perspectief moet je het beoordelen op basis van effectiviteit en efficiency.Je meet hiervoor de:
Outputs en outcomes -
2.1 Hoogewerf: ontwerpen van beleid
Dit is een preview. Er zijn 2 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 2.1
Laat hier meer flashcards zien -
Het ontwerpen van beleid is het uitdenken, argumenteren en formuleren van een beleid en is dus een denkproces. De ontwerper van beleid kan een individuele ambtenaar, politicus, externe adviseur of een team zijn. Praktische kennis en ervaring spelen hierbij een grote rol.
De manier waarop het beleid wordt ontworpen is afhankelijk van de autonomie van de beleidsontwerper. Belangrijk is de vraag of het om een nieuw beleid of een bijstelling van een bestaand beleid gaat. -
Het normatieve uitgangspunt van Hoogewerf is dat een beleid een grotere kans heeft om rationeel en legitimatie te zijn naarmate het meer berust op meer betrouwbare informatie over het beleidsprobleem, de oorzaken, de doeleinden en de instrumenten. Er zijn acht stappen om beleid te formuleren:
1. De analyse van de opdracht tot hetontwerpen van een beleid’
2. De analyse van deprobleemsituatie
3. De analyse van de oorzaken en gevolgen van deprobleemsituatie - 4. Het
formuleren van eeneinddoel - 5 . Het
overwegen van debeleidsinstrumenten en huneffecten : hetinstrument model- 6. Het
ontwerpen van debeleidsuitvoering
7. Het afwegen van de kosten en baten (denk aan de neveneffecten)
8: De uiteindelijkeformulering van hetbeleidsontwerp - 4. Het
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden