Materiële normen voor besluitvorming - Daadwerkelijke afweging van relevante belangen

6 belangrijke vragen over Materiële normen voor besluitvorming - Daadwerkelijke afweging van relevante belangen

Hoe is de plicht tot daadwerkelijke belangenafweging geregeld?

Voor zover aan een bestuursorgaan beleidsvrijheid is gegeven en het dus belangen kan afwegen, moet een bestuursorgaan deze belangen ook daadwerkelijk afwegen.
Art. 3:4 lid 1 Awb: een bestuursorgaan weegt de rechtstreeks bij het besluit betrokken belangen af, voor zover niet uit wettelijk voorschrift of uit de aard van de uit te oefenen bevoegdheid een beperking Dit is een procedurele eis.
Art. 3:4 lid 2 Awb stelt eisen aan het resultaat van de belangenafweging: dat mag niet onevenredig zijn.

Wat is op grond van het specialiteitsbeginsel en legaliteitsbeginsel noodzakelijk?

  1. Het bestuur geen rechten en belangen van burgers aantast zonder een bevoegdheid die op geschreven recht berust;
  2. Die bevoegdheid moet zijn toegekend voor de behartiging van een nader gespecificeerd algemeen belang.


Het uitgangspunt is dat de overheidsbevoegdheden met een speciaal doel zijn toegekend: de doelverbinding.

Wat moet een bestuursorgaan onderscheiden om enerzijds vast te houden aan de plicht om particulieren belangen van derden in de belangenafweging te betrekken en anderzijds niet in strijd komen met het specialiteitsbeginsel?

  1. De bevoegdheid tot het verlenen respectievelijk weigeren van een vergunning
  2. De bevoegdheid tot he verbinden van voorschriften of beperking aan de vergunning.
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Welke belangen mogen niet worden afgewogen?

Art. 3:3 Awb bepaalt welke belangen niet mogen worden afgewogen.
In art. 3:3 Awb is het vebod va detournement de pouvoir (misbruik van bevoegdheid) neergelegd. Uit dit verbod vloeit voort  dat een bestuursorgaan zijn bevoegdheid niet mag aanwenden ter bescherming van andere belangen dan die waarvan de behartiging aan hem is opgedragen.

Wat zijn de aandachtspunten van de belangenafweging van art. 3:4?

  1. Beschikt het bestuursorgaan over beleidsvrijheid?
  2. Zo ja, moet het bestuursorgaan ook belangen afwegen.
  3. Indien belangen worden afgewogen, dan staat daarbij centra; he specifieke algemene belang.
  4. Andere algemene belangen mogen niet in de belangenafweging worden betrokken tenzij de wet anders bepaald.
  5. In de belangenafweging mogen wel bijzondere, particuliere belangen worden betrokken.
  6. Dit betreft allereerst de bijzondere belangen van de aanvrager van een besluit en van de geadresseerde van een ambtshalve te nemen besluit.

Wat zijn de aandachtspunten van de belangenafweging voor bijzondere, particuliere belangen van derden?

  1. Welke andere personen dan de geadresseerde een bij het besluit rechtstreeks betrokken belang hebben;
  2. In welke mate de particuliere belangen van die derden als rechtstreeks gevolg van het besluit kunnen worden geschaad;
  3. Als blijkt dat onaanvaardbare schade aan de particuliere belangen van derden voorzienbaar is en daaraan tegemoet kan worden gekomen verbindt het bestuursrecht;
  4. Kan er niet aan de belangen van particuliere derden tegemoet worden gekomen dan kan het bestuursorgaan nadeelcompensatie aanbieden.

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo