Besluitbegrip en overige handelingen
8 belangrijke vragen over Besluitbegrip en overige handelingen
De toekenning van een (publiekrechtelijke) bevoegdheden kan op de volgende manieren geschieden:
- Een geïmpliceerde bevoegdheid (bijv. Door de bevoegdheid tot het nemen van besluiten bestaat ook de bevoegdheid tot het wijzigen van besluiten).
- Ontleend aan een vergunningsvoorschrift (moet voldaan worden aan eisen in vergunningsvoorschrift).
- Ontleend aan ongeschreven recht (afwijking legaliteitsbeginsel soms geoorloofd; in jurisprudentie bij onverschuldigde betalingen en noodrecht)
Door wat kan een geïmpliceerde bevoegdheid worden beperkt?
- Het legaliteitsbeginsel: een wijziging van een besluit dat eerder was genomen bij wijze van een bestraffende bestuurlijke sanctie vereist wel een wettelijke grondslag.
- Het wettelijke systeem: soms is een wet zo gespecificeerd dat een geïmpliceerde bevoegdheid niet mogelijk is.
- De aard van het besluit: besluiten die afhangen van een enenmale beoordeling lenen zich meestal niet voor een geïmpliceerde bevoegdheid.
Middels welke rechtsfiguren geschiedt het toekennen van bestuurlijke bevoegdheden?
- attributie
- delegatie
- overdracht
- mandaat
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Kenmerken zelfstandig bestuursorgaan:
De Kaderwet (bijv. Art. 21 en 22 Kw) bieden wel mogelijkheden voor ministers om de werkwijze van deze organen te beïnvloeden.
Waarom attributie aan ambtenaren?
- Het aantal besluiten is te groot om aan één bestuursorgaan over te laten.
- Vaktechnische kennis en deskundigheid is vereist.
- Soms is onmiddellijk optreden vereist en een bestuursorgaan kan maar op 1 plek tegelijk zijn.
Hoe heet het als een deklegataris op zijn beurt weer delegeert aan een ander orgaan?
Is er een wettelijke grondslag nodig voor mandaat?
- een wettelijk voorschrift verbiedt de mandaatverlening (zowel wet in formele zin als een lager avv).
- de aard van de bevoegdheid verzet zich tegen mandaatverlening, twee factoren:
- de bevoegdheid als zodanig: soms simpelweg te ingrijpend om te mandateren;
- de persoon aan wie gemandateerd wordt: moet vallen binnen de normale bevoegdheidsuitoefening van persoon.
Twee verschillende soorten mandaat:
- Algemene mandaten: moet schriftelijk (lid 2), moet voor inwerkingtreding bekend worden gemaakt volgens regels van art. 3:42 Awb, intrekking geschiedt ook schriftelijk (art. 10:8 lid 2 Awb);
- Mandaten voor specifieke gevallen: geen mandaatbesluit vereist, tenzij gemandateerde niet werkzaam is onder de verantwoordelijkheid van de mandaatgever (art. 10:5 lid 2 Awb).
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden