De awb relatie tot bijzonder bestuursrecht - De handhaving van het bestuursrecht
3 belangrijke vragen over De awb relatie tot bijzonder bestuursrecht - De handhaving van het bestuursrecht
Waarom is het onderscheid tussen deze categorieën van belang?
Bestraffende sancties meoten voldoen aan art. 6 EVRM. Er zijn dan eisen gesteld aan de procedure, het bewijsrecht een de evenredigheid van de sanctie.
In beginsel draait de overtreder zelf op voor de kosten die een bestuursorgaan maakt ibj het toepassen van een last onder bestuursdwang. Dit kan zolang de kosten te zijnen laste behoren te komen (art. 5:25 awb). Wel geldt dat de bevoegdheid in de last zelf moet zijn vermeld (art. 5:9 awb). Als dit ontbreekt is kostenverhaal niet mogelijk.
Er zijn wel drie uitzonering op de regel dat de overtreder opkomt voor de gemaakte kosten.
- Hij zelf geen schuld heeft aan de overtreding;
- het bestuursorgaan een meer algemeen belang nastreeft met de last;
- het bestuursorgaan fouten heeft gemakt bij de uitvoering.
Wat wordt bedoeld met una via (art. 5:44 Awb)?
Een overtreder mag alleen een bestuurlijke boete opgelegd krijgen als er niet strafrechtelijk wordt opgetreden tegen de overtreding. Dit geldt ook andersom. Er moet op een gegeven moment definitief een keuze worden gemaakt.
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
