Samenvatting: Bewegingsonderwijs In Het Speellokaal | 9789073218062 | Werkgroep Bewegingsonderwijs
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Bewegingsonderwijs in het speellokaal | 9789073218062 | Werkgroep Bewegingsonderwijs
-
2 Lesbedoelingen
-
2.2 Visie en doelstelling
Dit is een preview. Er zijn 4 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 2.2
Laat hier meer flashcards zien -
Hoe kijkt een leerkracht van bewegingsonderwijs naar kinderen?
Het uitgangspunt van een leerkracht is beïnvloeding van het bewegingsgedrag.- Vindt het kind bewegen leuk/eng. Uitbundig of ingetogen
- Leerkracht wil ieder kind wat leren
- Vindt het kind bewegen leuk/eng. Uitbundig of ingetogen
-
Waar willen leerkrachten in bewegingsonderwijs nadrukkelijk rekening mee houden?
Met de subjectieve beleving van het kind ten opzichte van de beweegsituatie.
Ook de manier waarop het kind betrokken is in de beweegssituatie is per kind verschillend. -
Waarom is bewegen persoonlijk gekleurd gedrag?
Gedrag is een uitdrukking van hoe iemand zijn situatie ervaart en daar naar handelt. Bewegen is gedrag. Dus in bewegen zit ook het element van persoonlijke ervaring. -
2.2.1 Doelstelling
Dit is een preview. Er zijn 2 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 2.2.1
Laat hier meer flashcards zien -
Wat is het doel van bewegingsonderwijs?
De ontwikkeling van bewegingsgedrag van alle kinderen op een systematische en doelgerichte manier.
Kinderen leren om deel te nemen aan bewegingsactiviteiten. Deze bewegingsactiviteiten zijn op dit moment zinvol voor het kind en bieden perspectief voor deelname bij het ouder worden -
2.2 Aan welke 10 punten wordt gewerkt binnen het bewegingsonderwijs?
- Reeds
verworven mogelijkhedeninzetten Uitgedaagd worden nieuwegedragsmogelijkheden te ontdekken, te onderzoeken enzicht eigen te maken.- De kinderen zich bewust worden van wat voor hun
zinvol enhaalbaar is. - De kinderen zich leren onderscheiden van anderen en hun eigen keuzes kunnen maken
- De kinderen
respecteren enwaarderen dat andere kinderen eigen mogelijkheden,voorkeuren engrenzen hebben. - Samen met andere kinderen een
beweegactiviteit kunnen beginnen en op gang houden. - Nieuwe activiteiten als
betekenisvol enbeantwoordbaar lerenonderkennen - Meer
bewegingssituaties beschikbaar komen entoegankelijk worden. - Ze in hun
bewegingsgedrag eenononderbroken ontwikkelingdoormaken . - Er blijvend plezier aan
beleven .
- Reeds
-
Welke doelstellingen zijn geen bruikbare criteria voor het onderwijs in bewegen?
De doelstellingen die buiten het bewegingsgedrag zelf liggen.
Bijvoorbeeld:- Bewegen is een hulpmiddel om andere kennis- en vaardigheidsgebieden toegankelijk te maken (m.n. cognitief en sociaal gebied)
- Bewegingsonderwijs bereidt voor op sport- en sportieve vrijetijdsbesteding.
- Bewegen bevordert een gezonde levensstijl en helpt overgewicht te voorkomen.
- Bewegen brengt jeugdigen samen en draagt zo bij aan sociaal-culturele integreatie
-
2.3 Bewegingsschema's
Dit is een preview. Er zijn 14 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 2.3
Laat hier meer flashcards zien -
Hoe selecteer je activiteiten (die nu zinvol voor de leerlingen zijn en die hen perspectief bieden op deelname later)
Door de activiteiten van de lessen te ordenen in bewegingsthema's -
Noem het kenmerk en de bewegingsuitdaging voor het thema 'springen'
kenmerk: met een afzet loskomen van de grond
uitdaging: vergroten van het zweefmoment -
Noem het kenmerk en de bewegingsuitdaging voor het thema 'balanceren'
kenmerk; gaan staan op een smalle of instabiele ondergrond
uitdaging: nog net je evenwicht kunnen bewaren -
noem het kenmerk en bewegingsuitdaging voor het thema klimmen
kenmerk: verplaatsen van steunvlak/grijpvlak naar een ander steunvlak/grijpvlak (boven de grond)
uitdaging: zoeken naar voldoende steunpunten
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden