Algemene bepalingen - Goed werkgeverschap en goed werknemerschap
8 belangrijke vragen over Algemene bepalingen - Goed werkgeverschap en goed werknemerschap
Op welke 3 manieren blijkt de norm van goed werkgeverschap ex art. 7:611 BW te functioneren?
- Het goed werkgeverschap biedt een norm om het gebruik van de instructiebevoegdheid door de werkgever te toetsen;
- Het goed werkgeverschap opent de mogelijkheid nieuwe ontwikkelingen in het arbeidsrecht te incorporeren en daarmee het arbeidsrecht bij de tijd te houden;
- Het goed werkgeverschap wordt benut om een wijziging in de arbeidsovereenkomst aan te brengen.
Welke algemene rechtsbeginselen dienen bij goed werkgeverschap ex art. 7:611 BW eveneens in aanmerking worden genomen?
- zorgvuldigheidsbeginsel;
- zuiverheid van oogmerk;
- motiveringsbeginsel;
- vertrouwensbeginsel;
- evenredigheidsbeginsel; en
- gelijkheidsbeginsel.
Hoe noemt men een verbintenis die de werknemer in een arbeidsovereenkomst is aangegaan?
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Benoem een aantal normeringen voor het gedrag van de werknemer.
- informatieverplichtingen;
- zorg voor aan de werkgever toebehorende goederen;
- geheimhouding;
- non-concurrentie;
- het verrichten van nevenwerkzaamheden;
- gedrag tijdens ziekte;
- functioneren;
- wangedrag;
- verrichten van overwork;
- wijziging van arbeidsvoorwaarden;
- misbruik van bevoegdheden;
- plicht om te werken aan eigen 'employability' (zoals het volgen van schooling).
Voor welk 'doel' en door wie wordt er vaak een beroep gedaan op goed werknemerschap?
Leg uit wat overwerk in privaatrechtelijke en publiekrechtelijke zin inhoudt.
Overwerk in publiekrechtelijke zin: de mogelijkheid om
- van de wettelijk maximaal toegestande arbeidstijd af te wijken, indien zich een onvoorziene wijziging van omstandigheden voordoet, incidenteel en niet-periodiek, of;
- de aard van de arbeid, incidenteel en voor kore tijd, dergelijke afwijkingen noodzakelijk maakt (art. 5:9 Arbeidstijdenwet).
Benoem 3 grondslagen waarop is gebaseerd dat een werknemer in zijn vrije tijd niet ongelimiteerd nevenarbeid mag verrichten.
- Er zijn regels om te voorkomen dat de werknemer wordt overbelast. Hij moet zijn nevenfuncties dan ook melden aan zijn werkgever (art. 5:15 Arbeidstijdenwat.
- CAO's kunnen hier beperkende regels over bevatten.
- De verplichting om als goed werknemer te handelen (art. 7:611 BW) brengt mee dat de werknemer de belangen van de werkgever niet mag schaden door nevenfuncties.
Kan een werknemer worden ontslagen indien hij een omvangrijke nevenfunctie vervult?
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden