Startpagina / Samenvattingen / Bijzondere overeenkomsten V7: Arbeidsovereenkomst / werknemer-werkgever-wia

Loon - Loon tijdens ziekte

6 belangrijke vragen over Loon - Loon tijdens ziekte

Welke beperking kent art. 7:629 lid 1 BW?

De aanspraak die voor de zieke werknemer geldt ex art. 7:629 lid 1 BW geldt voor zover het loon niet meer bedraagt dan het maximumdagloon volgens art. 17 lid 1 Wfsv. De werkgever kan zich voor dit risico verzekeren.

Leg uit wat er wordt bedoeld met het zogenaamde "tweede spoor".

De werkgever kan de voor zijn overeengekomen arbeid zieke werknemer opdragen andere werkzaamheden te verrichten waartoe deze wel in staat is. Indien de werknemer hier anders over denkt, kunnen de partijen gezamenlijk of afzonderlijk hierover een deskundigenoordeel vragen van het UWV. De werkgever kan indien er binnen het Eigen bedrijf geen passende arbeid beschikbaar is, ook passende arbeid opdragen bij een andere werkgever. Hier wordt het "tweede spoor" mee bedoeld.

Leg uit voor welke periode de opschorting ex art. 7:629 lid 6 BW geldt. Dient het loon ook te worden uitbetaald indien de werknemer alsnog aan zijn verplichting voldoet?

De opschorting geldt voor de duur waarin de werknemer zijn controleverplichting niet nakomt. Wanneer de werknemer alsnog aan de verplichting voldoet, dient het loon te worden betaald, ook over de achterliggende periode van opschorting. Wel kan eventueel een beoete worden verbonden aan de niet-naleving, mits dit correct is geregeld op voet van art. 7:650 BW.

Welke regels gelden er met betrekking tot controlevoorschriften?

De controlevoorschriften dienen bij voorkeur in overleg met de bedrijfsarts te worden opgesteld;
zij dienen de grondrechten van de werknemer te respecteren;
de controle zelf dient door een arts te worden uitgeoefend;
indien de werknemer medewerking weigert aan de controle kan hij niet gedwongen worden tot medewerking, maar wel tot indirect door loonopschorting daartoe genoopt worden.
Het niet naleven van de controlevoorschriften levert op zichzelf geen dringende redden voor ontslag op (HR Vixia/Gerrits).

Wat is de achterliggende gedachte van art. 7:629 lid 7 BW?

De achterliggende gedachte van de mededelingsplicht ex art. 7:629 lid 7 BW is dat de werkgever gehouden is de werknemer direct te informeren over bij hem gerezen vermoedens die daarvoor aanleiding kunnen zijn, zodat de werknemer zich kan verdedigen en zo nodig bewijs kan leveren. Zou de werkgever hier pas later mee komen, dan is mogelijk de ziekte niet meer aan te tonen. De werkgever mag niet wachten tot het moment van loonbetaling, ook omdat de werknemer maatregelen moet kunnen treffen omtrent zijn inkomen.

Welke verplichtingen worden bedoeld in art. 7:629 lid 11 BW?

Werkgever mag niet nalatig zijn geweest in de naleving van de volgende verplichtingen:

te late ziekmelding na 42 weken (art. 38 lid 1 ZW);
te late aanvraag voor een uitkering op grond van de WIA (art. 64 lid 1 WIA);
verlenging van de wachttijd voor een arbeidsongeschiktheidsuitkering op gezamenlijk verzoek (art. 24 lid 1 WIA, art. 19 lid 7 WAO);
nalatigheid van de werkgever bij re-integratie (art. 25 lid 9 WIA, art. 71a lid 9 WAO, art. 7:658a BW).

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

Bijzondere overeenkomsten V7: Arbeidsovereenkomst | 9789013130942 | G J J Heerma van Voss

Bekijk samenvatting