Samenvatting: Biochemie
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Biochemie
-
college-03-10-2017-linskens
Dit is een preview. Er zijn 6 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 03/10/2016
Laat hier meer flashcards zien -
Waarom lijken RNA-polymerase voor pro en eukaryoten veel op elkaar
RNA-polymerase, voor prokaryoot en eukaryoot grote overeenkomsten, door gemeenschappelijke evolutie.
Er komen 2 metaalionen in voor waarvan 1 wordt meegenomen door het nucleotide dat wordt ingebouwd -
Hoe ziet RNA-polymerase eruit bij prokayoten
-complex van eiwitten
-meerdere subunits o.a. sigma
-bedekt ongeveer 30 basen van DNA en haalt de
dubbele structuur los (15 basen open) binnen het complex.
-Aan beide kanten van het complex moet de draaiing
worden hersteld door topoisomerases.
-De synthese is “De Novo” dus aan het begin
bij de eerste base nog 3 fosfaten.
-Gebruikt DNA template -
Hoe is de betrouwbaarheid van RNA-polymerase
Betrouwbaarheid.
10 tot de min 4e tot 10 tot de min 5e en dat is voldoende.
(Een heel groot gen is 3000 basen.)
(een bacterie doet er ongeveer 60 seconden over om een mRNA te synthetiseren. )
Een belangrijk mechanisme voor herstel is het vermogen van RNA polymerase om terug te gaan en te hydroliseren en te herstellen. -
Hoe herkent Prokaryoot RNA-polymerase de plaats waar het moet beginnen ?
Pos -10 TATAAT (TATA-box) en op -35 herkenningssequentie.
De sigma subunit herkent de plekken op -10 en -35, de afstand is
dus van belang.
RNA-polymerase gaat over de DNA tot de sigma-unit de -10 en -35 herkent en klampt dan vast en begint synthese en dan valt de sigma-unit eraf en gaat de RNA-polymerase er nog vaster op zitten en gaat verder. Het is van belang dat het goed vast zit want het moet in 1 keer goed tot het einde. -
Hoe werkt het beeindigen van de transcriptie door RNA-polymerase
1-hairpin met daarna UUUU
2-Op mRNA een bepaalde sequentie en Rho-eiwit
3-Riboswitch, een 3d vorm ontstaat die met een bepaalde stof (FMN) een hairpin maakt op een paar basen verder. Dit stopt de aanmaak verder. Als er geen stof is (geen FMN) dan komt die hairpin in de 3d structuur te zitten en remt dus niet en wordt er wel verder mRNA gemaakt. -
Hoe werken antibiotica die de mRNA transcriptie remmen
Remming door antibiotica; rifamphicine, gaat binden in bacteriele RNA-polymerase op de plek waar normaal de RNA-DNA hydride zit. Dus effectief stoppen aanmaak mRNA. -
Geef aan waarin een eukaryoot verschilt met een prokaryoot t.a.v. transcriptie
-Heeft een kern
-Lineair DNA
-RNA wordt meer bewerkt (in de kern)
-Eiwitsynthese niet tegelijk met synthese RNA -
Geef aan welke RNA-polymerases er zijn bij eukaryoten
Er zijn 3 klassen polymerases er zijn dus ook 3 soorten promotors. Voor elke RNA-polymerase een soort promotor.
Type I maakt rRNA.
Type II maakt mRNA.(belangrijkste)
Type III maakt tRNA en rNRA -
Welke post-transcriptionele modificaties zijn er bij eukaryoten.
Er is post-transcriptionele modificatie van rRNA en tRNA door verandering van bepaalde basen en aan mRNA bijvoorbeeld het plaatsen van de 5'Cap en de poly-A staart. Ook is er specifieke baseverandering door specifieke enzymen op mRNA en splicing. -
Wat is het voordeel van post-transcriptionele modificatie van bijvoorbeeld specifieke basen en splicing.
Meer mogelijkheden met zelfde transcript.
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden