Samenvatting: Biologie | 2220170004600 | L Bouwens

Studiemateriaal generieke omslagafbeelding
  • Deze + 400k samenvattingen
  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
LET OP!!! Er zijn slechts 73 flashcards en notities beschikbaar voor dit materiaal. Deze samenvatting is mogelijk niet volledig. Zoek a.u.b. soortgelijke of andere samenvattingen.
Gebruik deze samenvatting
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo

Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Biologie | 2220170004600 | L. Bouwens

  • 1 chemie van het leven -erfelijke moleculen( biomoleculen)

    Dit is een preview. Er zijn 30 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1
    Laat hier meer flashcards zien

  • Onderzoek naar de eerste organisatie bij levende wezens (moleculair

    Dit gebeurt op reductionistische werkwijze:
    - inventaris van de onderdelen (verzameling van de moleculen)
    - afleiden van de structuurfunctie
    De chemische samenstelling van de mens
    70% water
    26% macromoleculen C O H N ( P S )
    4% ionen en andere kleine moleculen
  • De organische macromoleculen ( biomoleculen) bevatten vier families

    -8% Koolwaterstoffen (mono en polysachariden)
    -7% Lipiden
    -58% Eiwitten (polypeptiden) opgebouwd uit een verzameling van 20 aminozuren
    -27% Nucleïnezuur (RNA, DNA)

    Hierbij zijn de polymeren goed vertegenwoordigd:
    Polysachariden zijn opgebouwd uit monosachariden, eiwitten uit aminozuren, nucleïnezuur uit nucleotiden.
  • Condensatie reactie en hydrolyse reactie


    energie nodig

    komt netto-energie
     vrij
  • 2) Metabolisme: geheel aan biochemische reacties in een levend wezen.

    Deze leiden tot de aanmaak en de werking van de biomoleculen. Men onderscheidt twee soorten metabolisme:
    - Katabolisme (afbraak van stoffen met vrijkomende energie)
    - Anabolisme (opbouw van stoffen, wat energie kost)
    De energiewinst van het katabolisme wordt gebruikt de anabolische reacties te laten doorgaan, men spreekt van een energiekoppeling. Daarvoor heeft men energiedragers nodig.

  • Het expriment van Avary, Mc Carthy, Mcleod


    Later in 1944 slaagden Avary, Mc Carthy en Mcleod erin om aan te tonen welke biomolecule zorgde voor de overdracht van de erfelijke eigenschappen.


    Dit bracht veel vragen mee:
    - Hoe kon deze molecule informatie bevatten
    - Hoe kon ze zichzelf kopiëren?

    In 1953 ontdekten Watson en Crick de structuur van DNA waarmee de zoektocht was geëindigd.
  • DNA herstel en mutatie

    Om problemen te voorkomen moeten DNA zo juist mogelijk gekopieerd worden
    Een eerste controle is de proofreading

  • DNA herstel en mutatie


    Hierbij wordt slechts een fout gemaakt van 10-7nucleotiden
    Dit is echter nog niet goed genoeg. Een tweede controle is de mismatch repair
  • Ribosoom = moleculaire machine voor biosynthese


    De twee eenheden van het ribosoom komen samen wanneer ze een mRNA tegenkomen en vormen dan het ribosoom.(5’  3’). In het ribosoom zijn drie bindingsplaatsen, maar er kunnen max twee tRNA’s gebonden worden)


    (rood sterretje slide: peptidebinding met als katalysator het rRNA (in die ftie: ribozyme)
    translatie: 20 verschillende amino-tRNA-synthetases
                    30 verschillende tRNA’s door de redunantie en wobbling(1 tRNA met meerdere
                    az’s gebonden)
  • 1.2 De biomoleculen

    Dit is een preview. Er zijn 2 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.2
    Laat hier meer flashcards zien

  • a) Organische macromoleculen die door levende wezens aangemaakt worden.

    •  Koolwaterstoffen → Suikers & polysachariden
    •  Eiwitten → = proteïnen, polypeptiden → Belangrijkste biomoleculen + meest diverse groep
    • Nucleïnezuren → DNA & RNA
    • lipiden → Vetten, fosfolipiden, steroïden
  • a) Biomoleculen = allemaal polymeren (met uitzondering van de lipiden). Polymeren =  opgebouwd uit monomeren.

    • Monomeren eiwitten → Aminozuren
    • Monomeren nucleïnezuren → Nucleotiden
    • Monomeren polysachariden → de suikers
LET OP!!! Er zijn slechts 73 flashcards en notities beschikbaar voor dit materiaal. Deze samenvatting is mogelijk niet volledig. Zoek a.u.b. soortgelijke of andere samenvattingen.

Om verder te lezen, klik hier:

Lees volledige samenvatting
Deze samenvatting +380.000 andere samenvattingen Een unieke studietool Een oefentool voor deze samenvatting Studiecoaching met filmpjes
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart