Uitscheiding - de nier, functies en werking
18 belangrijke vragen over Uitscheiding - de nier, functies en werking
Wat zijn de 5 belangrijke functies van de nieren?
- handhaven van de concentratie van ionen (Na+ ; K+ ; Cl- ; H+)
- handhaven van de osmotische waarde van het bloed
- regelen vd hoeveelheid water in het lichaam
- verwijderen van stoffen die door de cellen gemaakt zijn
- verwijderen van vreemde stoffen die het lichaam zijn binnengekomen
Hoe en waar komt het bloed in de nier?
- uit de aorta onder hoge druk
- in de nierslagader en zijn vertakkingen
Neemt de bloeddruk af als het bloed uit de aorta in de nier is aangekomen?
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Welke stoffen kunnen niet door de poriën van de wanden van de haarvaten in de glomerulus?
Hebben de cellen door het proces van ultrafiltratie extra zuurstof nodig voor extra verbranding?
Waardoor heeft het vocht in het nierkapseltje een lagere osmotische waarde dan het bloedplasma in de aanvoerende bloedvaten (=osmotisch drukverschil)
Waardoor wordt de afgifte van water aan het nierkapseltje iets tegen gewerkt?
Waaruit bestaat de voorurine in het kapsel van Bowman?
Hoeveel liter bloed moet er door de nieren stromen om de dagelijkse hoeveelheid van 150 liter voorurine te vormen?
Hoeveel liter of hoeveel % van de 150 liter voorurine plas je dagelijks uit?
En wat gebeurt er met de overige liters?
- 2 a 3 liter (2%)
- 98% van al het water in de voorurine gaat terug in je bloed
Waar wordt het resterende water uit de voorurine (de 98%) terug getransporteerd naar het bloed?
Welke stoffen hebben dezelfde transport route?
- in de proximale en distale tubulus
- glucose; aminozuren; mineralen
Hoeveel % van alle zuurstof die het lichaam in rust nodig heeft, wordt in de nierstofwisseling verbruikt?
Hoe staat dit in verhouding tot het lichaamsgewicht?
- 8%
- de nieren maken 0,4% uit van het lichaamsgewicht
1. Hoeveel % van de glucose wordt normaal gesproken in de voorurine geresorbeerd?
2. Wanneer blijft er toch suiker in de urine achter?
- Bijna 100%
- als het glucosegehalte in het bloed stijgt boven 1,8 g/l
Wat gebeurt er als het glucosegehalte in het bloed stijgt boven de 1,8 g/l?
- de transportcapaciteit wordt overschreden
- er blijft suiker achter in de urine
Wat is het tijdelijk reservoir van de urine voor uitplassen?
Het weefsel van de blaas kan oprekken voor er spanning ontstaat.
Bij hoeveel liter urine wordt de spanning op de blaas zo groot dat er een seintje naar de hersenen gaat om te gaan plassen?
Wat bevindt zich op de plaats waar de urinebuis de blaas ontspringt?
- de onwillekeurige (autonome zenuwstelsel)
- de willekeurige
Wat leer je bij zindelijkheidstraining?
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden