Klassieke genetica - erfelijkheid en voortplanting

5 belangrijke vragen over Klassieke genetica - erfelijkheid en voortplanting

Waaneer gebruiken wij het begrip klonen?

bij individuele die door een ongeslachtelijke voortplantingen uit een organisme zijn ontstaan

Wat kan er gezegd worden over het genotype en fenotype van nakomelingen van ongeslachtelijke voortplanting?

  • Het genotype van het dochterorganisme is geheel gelijk aan het genotype van het moederorganisme
  • Het fenotype kan echter verschillen, door invloeden vanuit het milieu. Een dochterplant kan bijvoorbeeld groter worden dan een moederplant, wanneer er betere voeding of meer zonlicht is.

Wat zijn homologe chromosomenparen?

Bij homologe chromosomenparen zijn de chromosomen twee aan twee aan elkaar gelijk.
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Waaruit bestaat het genotype van een nakomeling van geslachtelijke voortplanting?

Een nakomeling van geslachtelijke voortplanting erft de helft van zijn chromosomen van zijn ene ouder, en de andere helft van zijn chromosomen van zijn andere ouder.
Nakomelingen van geslachtelijke voortplanting hebben een ander genotype dan hun ouders.

Welke cellen zijn haploïd, wat is de oorzaak hiervan?

De gameten (geslachtscellen). Dit zijn de zaadcellen (man) en de eicellen (vrouw).
Deze cellen zijn haploïd als gevolg van de reductiedeling (meiose) bij de vorming van de gameten.

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo