Samenvatting: Biologie Voor Jou 5H Deel A En B | 9789402065060 | Marianne Gommers, et al

Studiemateriaal generieke omslagafbeelding
  • Deze + 400k samenvattingen
  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Gebruik deze samenvatting
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo

Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van biologie voor jou 5h deel A en B | 9789402065060 | Marianne Gommers, Arthur Jansen, André van Leijen, Ruud Passier, Hans Rawee, Theo de Rouw

  • 2 DNA

  • 2.2 DNA-replicatie

    Dit is een preview. Er zijn 1 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 2.2
    Laat hier meer flashcards zien

  • Wat betekend sequensen

    Het bepalen van de nucleotidevolgorde van DNA
  • 4.3.1 Leerdoel 5: Je kent de functies en kenmerken van aders, slagaders en haarvaten

    Dit is een preview. Er zijn 4 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 4.3.1
    Laat hier meer flashcards zien

  • Wat zijn de functies/kenmerken van slagaders?

    Vervoeren bloed dat wegstroomt v/h hart, liggen meestal diep in het lichaam (waardoor ze niet gemakkelijk worden beschadigd), (slagaders moeten de slag v/h hart opvangen dus) de wand is dik, stevig en elastisch en de bloeddruk is hoog. alleen halvemaanvormige kleppen (aan het begin v/d longslagader en de aorta),
  • Vervoeren aders zuurstofrijk bloed (rood) of zuurstofarm bloed (blauw)?

    Aders vervoeren zuurstofarm bloed met uitzondering op de longader, die vervoert zuurstofrijk bloed van de longen terug naar het hart
  • Leg de het proces van slagader naar ader uit

    Slagaders vervoeren bloed richting een orgaan - vervolgens vertakt de slagader zich in steeds kleinere bloedvaten en komt het bloed uiteindelijk uit bij een netwerk van dunne haarvaten - vervolgens geven de haarvaten allerlei stoffen af en nemen bijvoorbeeld afvalstoffen mee - dan komt het bloed in een ader terecht en die vervoert het bloed uiteindelijk weer richting het hart
  • 4.3.1.1 Leerdoel 6: Je kunt de delen van het bloedvatenstelsel noemen en daarin de zuurstofgehalte, glucosegehalte en stroomrichting van het bloed aangeven

    Dit is een preview. Er zijn 6 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 4.3.1.1
    Laat hier meer flashcards zien

  • Zuurstofgehalte van het bloed in de kleine bloedsomloop

    Door de slagaders van de kleine bloedsomloop stroomt zuurstofarm bloed (longslagaders), door de aders v/d kleine bloedsomloop stroomt zuurstofrijk bloed (longaders)
  • 4.3.1.1.1 Leerdoel 7: Je kunt het verloop van de bloeddruk in de bloedvaten beschrijven

    Dit is een preview. Er zijn 10 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 4.3.1.1.1
    Laat hier meer flashcards zien

  • Van slagaders naar aders neemt de bloeddruk voortdurend af, beschrijf dit (stap voor stap)

    De bloeddruk is het hoogst in de linkerkamer en de aorta tijdens het samentrekken van de kamers. In de slagaders gaat de bloeddruk sterk op en neer als gevolg van de hartslag. In de aders is de bloeddruk vaak te laag om de bloedstroom opgang te houden
  • Waar is de stroomsnelheid van het bloed het grootst en waar is het het laagst?

    De stroomsnelheid van het bloed is het grootst in de aorta en het laagst in de haarvaten
  • 4.4.1 Leerdoel 8: Je kunt de bestanddelen van bloed noemen met hun kenmerken en functies

    Dit is een preview. Er zijn 8 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 4.4.1
    Laat hier meer flashcards zien

  • Wat zijn de kenmerken en functies van bloedplasma?

    - Bloedplasma vervoert zuurstof, voedingstoffen (o.a. Glucose), afvalstoffen (o.a. CO2), signaalstoffen (o.a. Hormonen) en beschermde stoffen (o.a. Antistoffen).
    - Het bloedplasma houdt het interne milieu constant.
    - Veel plasma-eiwitten spelen een rol bij de transport van stoffen, de handhaving v/d osmotische waarde v/h bloed en de bloeddruk.
  • Wat zijn de kenmerken en functies van rode bloedcellen?

    - Cellen zonder kern (daardoor levensduur van 4 maanden, kort).
    - Worden gevormd in het rode beenmerg uit stamcellen, onder invloed van het hormoon epo (erytropoëtine) uit de nieren.
    - Worden afgebroken in het rode beenmerg, in de milt en in de lever.
    - Bevatten hemoglobine dat zuurstof kan binden.
    - Functie: transporteren van zuurstof (en koolstofdioxide)
  • 5 Gaswisseling en uitscheiding

  • 5.1 Gaswisseling

    Dit is een preview. Er zijn 10 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 5.1
    Laat hier meer flashcards zien

  • In welke volgorde van onderdelen van het ademhalingsstelsel passeert de lucht het ademhalingsstelsel?

    1. Neus/ mondholte
    2. keelholte
    3. luchtpijp
    4. hoofdbronchiën
    5. bronchiën
    6. bronchiolen
    7. longblaasjes

Om verder te lezen, klik hier:

Lees volledige samenvatting
Deze samenvatting +380.000 andere samenvattingen Een unieke studietool Een oefentool voor deze samenvatting Studiecoaching met filmpjes
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Onderwerpen gerelateerd aan Samenvatting: Biologie Voor Jou 5H Deel A En B